Een ander lid stelde de vraag, of het mogelijk is, dat de politie haar taak ten aanzien van de jeugd als een wat meer opvoedende taak kan opvatten, zulks in navolging van wat in verschillende an dere gemeenten gebeurt. Hoofdstuk IV. 136 Een lid stelde, in verband met het feit, dat het stads ziekenhuis, zoals het nu is, op de duur toch niet kan blij ven bestaan, de vraag aan de orde, of het niet gewenst is- te bevorderen, dat het vraag stuk in studie wordt genomen, of in Eriesland een centrali satie, dan wel een decentrali satie van het ziekenhuiswezen gewenst is 144 Enkele leden achtten het wenselijk te doen nagaan, of binnen afzienbare tijd de ge hele Leeuwarder bevolking kan worden doorgelicht. 150 Enige leden achtten het standpunt van Burgemeester en Wethouders ten opzichte van de werkzaamheden van het werkcomité voor de zedelijke volksgezondheid, uitgaande van de Provinciale Eriese Ver eniging "Het G-roene Kruis", niet juist. De sociale werkster van dit comité heeft een bijzondere taak en o.a. 45 kinderen on der voogdi j Deze leden bepleitten dan ook de verstrekking van een subsidie ten behoeve van dit comité Een ander lid was van me ning, dat de arbeid van bedoel de sociale werkster die van de gemeentelijke sociale werk sters doorkruist, hetgeen hij niet wenselijk achtte. 154 Een lid vroeg, of het insti tuut voor de geestelijke ge zondheidszorg het zich ook tot een taak rekent een classicale test toe te passen op de leer lingen van de zesde klassen der lagere scholen. Aangezien deze aangelegenheid tot de competentie van de burge meester behoort, onthouden wij ons van het uitspreken van een mening. Gedeputeerde Staten hebben ter bestudering van dit vraagstuk be reids een commissie ingesteld. Om redenen van organisatorische en van financiële aard zal van doorlichting van de gehele bevol king binnen afzienbare tijd wel geen sprake kunnen zijn. Wij verwijzen te dezen aanzien naar hetgeen de Raad op 15 Eebru- ari 1949 en op 10 Januari 1950 heeft besloten. Het instituut heeft de hier bedoelde Kwestie in studie. "Enige" Enige leden waren van oor deel, dat een gelijk subsidie, als het in dit volgnummer be doelde, toekomt aan de hier ter stede gevestigde Christe lijke stichting met gelijk doel Enige leden verzochten Bur gemeester en Wethouders nog eens nauwkeurig te willen na gaan, of in de binnenstad niet enige ruimte is te vinden voor openbare speelplaatsen. Men dacht b.v. aan het westelijk gedeelte van de Prinsentuin. Ook werd als mogelijkheid ge noemd de inrichting van een speelplaats in aan het Rui- terskwartier grenzende tuinen van Nieuwe stad -bewoners Zolang de onderlinge verhouding tussen de hier ter stede op dit terrein werkzame instellingen nog niet volledig is geregeld, menen' wij nog geen voorstel te kunnen doen ten aanzien van de door de Raad ter fine van prae-advies in onze handen gestelde subsidie aanvragen. Zonder organisaties van de be langhebbende ouders, welke derge lijke speelgelegenheden kunnen verzorgen, kan overheidsbemoei ing geen duurzaam resultaat heb ben. Zodanige organisaties bestaan in de binnenstad niet. Een lid vroeg, of Burgemees ter en Wethouders bereid zijn de mogelijkheid van kleuter- speelplaatsen in de parken in studie te nemen en eventueel uit te voeren. Deze mogelijkheid lijkt ons niet in voldoende mate aanwezig. Een ander lid wees er op, dat in Wijtgaard voor de jeugd geen speelplaats is. Gevraagd werd, of het schoolplein, dat thans gedeeltelijk betegeld is, niet geheel betegeld kan worden, waardoor een geschikte speelplaats, ook buiten school tijd, verkregen wordt. Wij achten het niet op de weg van de gemeente liggen het speel plein van een school op groter schaal te betegelen, dan als norm voor de schoolkinderen geldt. Hoofdstuk V. Verschillende leden achtten het wenselijk, dat Burgemeester en Wethouders voor de woning - wetbouw zullen overgaan tot opstelling van een werkplan voor de eerstvolgende drie ja ren, althans voor het jaar 1 951 Uit dit plan dient te blijken, waar het College zich voorstelt te bouwen en welk type woningen gebouwd moet worden, dit laatste zo veel mogelijk afgestemd op de bij het huisvestingsbureau geregis treerde behoefte. Bij schrijven van 20 November 1950, no. 196, 1e afdhebben Gedeputeerde Staten aan onze ge meente voor de jaren 1951 tot en met 1 953 voorlopig een toewijzing van tezamen 1000 woningen ver strekt De besteding van dit bouwvolume is in studie Ook verzochten deze leden aan het College om opnieuw te trachten de woningbouwcorpo raties bij deze bouw in te schakelen. Wij achten geen aanleiding aan wezig om het tot dusverre gevoer de beleid te wijzigen. "Een" - 8 -

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1950 | | pagina 646