Ontverp-p"1 an voor de ruilverkaveling Tietjerksteradeel
Bijlage no. 378. Leeuwarden, 17 augustus 1979«
Aan de Gemeenteraad.
Ingevolge het bepaalde in artikel 35 van de Ruilverkavelingswet
1954 ligt tot en met 4 september a.s. het ontwerpplan voor de ruil
verkaveling Tietjerksteradeel ter inzage.
Het hierop betrekking hebbende rapport bestaande uit een plan
kaart met toelichting is U toegezonden. Het noord-oostelijke deel van
onze gemeente ligt binnen het ruilverkavelingsgebied. De gemeente
Leeuwarden kan derhalve als belanghebbende desgewenst bij Gedeputeerde
Staten van Friesland voor 5 september a.s. bezwaren indienen tegen
het ontwerp-plan.
In de voorliggende periode hebben wij met de commissie welke tot
taak heeft de ruilverkaveling voor te bereiden overleg gepleegd over
de planonderdelen welke voor onze gemeente van belang zijn. Voorts
hebben wij over het voorontwerp-plan schriftelijk een aantal opmer
kingen gemaakt. Wij verwijzen U voor dit laatste kortheidshalve naar
de ter inzage gelegde stukken.
Een aantal van deze opmerkingen is in het nu voorliggende plan
niet verwerkt. Voorts wijkt dit plan op enkele onderdelen af van het
voorontwerp. De onderdelen welke naar onze mening van belang zijn
en alsnog in het plan dienen te worden opgenomen worden hierna
besproken.
Opname van een deel van het uitbreidingsplan voor Lekkum binnen de
blokgrens
Het ontwerp-bestemmingsplan voor Lekkum voorziet ondermeer in een
uitbreiding aan de noord-westzijde van het dorp waarvan een deel valt
binnen de grens van het ruilverkavelingsblokHet betreffende deel is
op de ter inzage gelegde tekening rood gearceerd aangegeven. Aan
vaarding van deze grens houdt in dat het betreffende gebiedsdeel in
principe voor een periode van 30 jaar is bestemd voor agrarische
doeleinden. Gezien het voornemen om dit gebiedsdeel over 8 10 jaar
te gebruiken voor woningbouw, zijn wij van mening dat de blokgrens
zodanig moet worden gewijzigd dat de geplande dorpsuitbreiding buiten
het ruilverkavelingsgebied valt.
Het uitbaggeren van de Miedumervaart
Deze vaart is in beheer en onderhoud bij onze gemeente. Als gevolg
van de ontwikkeling in het Groene Stergebied, alsmede de toename van
roei- en visboten zal het belang voor de recreatie van deze verbin
dingsweg met de Dokkumer Ee in de naaste toekomst aanzienlijk toenemen.
Voor een goed gebruik als vorenbedoeld is het noodzakelijk dat de
vaart wordt uitgebaggerd. Deze noodzaak was in het voorontwerp onder
kend door opname van deze werkzaamheden met een daarbij geraand be
drag van 150.000,Hiermede was het intergemeentelijk belang van
de recreatieve functie van deze vaart erkend. Vanwege bezuinigingen
van het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk is
het uitbaggeren van de Miedumervaart vervallen. Wij zijn van mening
dat hiertegen om vorenstaande redenen bezwaar moet worden ingediend.
Het fietspad vanaf de Miedweg richting Groene Ster.
Dit fietspad was in het voorontwerp opgenomen echter in het verleng'
van de Miedweg. Wij zijn van mening, dat dit fietspad ongeveer vanaf