- 2 - dat de weigering om vrijstelling te verlenen van he: verbod to' overschrijding van de voorgevelrooilijn ten behoeve van :e gevraagce pergola stoelt op de overweging, dat hierdoor he: open karakter var het straatbeeld zou worden aangetast; dat hij van oordeel is dat, gelet op de vrij monotone bebouwing in de Jan van Scorelstraat, niet gevreesd behoeft te worden dat het karakter van het straatbeeld in negatieve zin zal worden gewijzigd; dat de vrijstelling ten behoeve van vorengenoemde pergola derhalve ten onrechte is geweigerd; dat hem voorts niet is gebleken van gronden waarop ae gevraagde vergunning zou moeten worden geweigerd; dat uit het vorenstaande voortvloeit, dat het bestreuen besluit niet in stand kan worden gelaten; gezien het advies van de Commissie van advies inzake beroep schriften ingevolge de Bouwverordening van 1? september 1979 (bijlage 408 gelet op de Woningwet; BESLUIT: met vernietiging van het besluit van Burgemeester en Wetnouders van 26 juni 1979, no. B 278/79 onder het verlenen van vrijstelling van het verbod tot overschrijding van de voorgevelrooilijn aan O.de Vries te Leeuwarden alsnog vergunning te verlenen voor het maker, van een afdakje en het plaatsen van een pergola op vorenomschreven perceel, zulks overeenkomstig de bij de aanvraag overgelegde bouwtekening en onder voorwaarde, dat over de vorm en afmetingen van het afdakje nader overleg moet worden gepleegd met de directeur van het Bouw en Woningtoezicht, Wissesdwinger 1, alhier. Aldus vastgesteld in de openbare vergaderi van Voorzitte Secretar. Statuten van de Stichting IJshal Leeuwarden. Bijlage nr. 409 Leeuwarden, 12 september 1979» Aan de Gemeenteraad. Op 5 juni 1979 besloot U deel te nemen in de op te richten Stich ting IJshal Leeuwarden, op basis van de bij het besluit behorende ontwerp-statuten. Het besluit is nog niet door Gedeputeerde Staten van Friesland goedgekeurd. Dit college had zowel bezwaar tegen de stichtingsvorm als ook tegen het feit, dat in de ontwerp-statuten geen bepalingen zijn opgenomen betreffende het recht van goedkeuring door Gedeputeer de Staten. Ten aanzien van de stichtingsvorm merkten Gedeputeerde Staten op, dat goedkeuring van een besluit tot deelname in een op te richten stichting slechts wordt verleend, als deze privaatrechtelijke vorm van behartiging van het openbaar belang in verband met de aard van dat belang als bijzonder aangewezen moet worden geacht (artikel 234 van de Gemeentewet). Naar onze mening was hiervan inderdaad sprake en na overleg met Gedeputeerde Staten heeft dit college zich met ons standpunt kunnen verenigen, dat een stichting hier de aangewezen vorm is. In de statuten is bepaald, dat onze goedkeuring is vereist op bestuursbesluiten betreffende onderwerpen, welke overeenkomen met de voor gemeenten in artikel 228 van de Gemeentewet opgesomde onderwerpen en op besluiten tot vaststelling van de begroting. Voorts dienen wij de verlies- en winstrekening en de balans vast te stellen. Voor de wijziging van de statuten is de voorafgaande goedkeuring van ondermeer de gemeenteraad vereist. Gedeputeerde Staten zijn van oordeel, dat dient te worden voorkomen, dat de gemeentelijke betrokkenheid bij de gang van zaken bij de ijshal aan hun toezicht wordt onttrokken en hechten er daarom aan, dat in de statuten een bepaling wordt opgenomen waarbij de hiervoor genoemde besluiten aan de goedkeuring van het col lege worden onderworpen. Wij hebben hiertegen geen bezwaar en de ove rige deelnemers in de stichting hebben ons meegedeeld, dat zij zich eveneens met het goedkeuringsrecht van Gedeputeerde Staten kunnen verenigen. Op grond van het vorenstaande stellen wij U voor akkoord te gaan met de gewenste aanpassing van de statuten door te besluiten overeen komstig het bijgevoegde ontwerp-besluit Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden, J.S. Brandsma Burgemeester. W.J.G. Reumer Secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1979 | | pagina 229