x m a w 3 L sn No. 14864 a DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN; Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 18 oktober 1979, (bijlage no. 440); BESLUIT: vast te stellen de volgende Uitkeringsverordening vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel 1. Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambte narenreglement b. belanghebbende: degene aan wie ontslag, zoals bedoeld onder a, is ver leend; c. uitkering: de uitkering, zoals bedoeld in artikel 4 van deze verordening. Artikel 2. 1. Deze verordening verstaat onder laatstelijk genoten bezoldiging: de bezoldiging in de zin van de Bezoldigingsverordening, genoemd in artikel C 1, lid 1, van het Algemeen Ambtenarenreglement, vermeerderd met het bedrag der vakantietoelage zoals genoemd in artikel D 4 van het Algemeen Ambtenarenreglement, berekend over een maand, waarop de belanghebbende op de dag voorafgaande aan zijn ontslag aanspraak had of bij waarneming van zijn functie zou hebben gehad, met dien verstande dat: a. indien deze bezoldiging geheel of gedeeltelijk uit wisselende inkom sten bestaat, ten aanzien van deze inkomsten als laatstelijk genoten bezoldiging of als deel daarvan zal gelden de gemiddelde bezoldiging over de laatste twaalf volle kalendermaanden aan het ontslag vooraf gaand; b. als deel van de laatstelijk genoten bezoldiging tevens zal gelden het bedrag dat over de twaalf volle kalendermaanden, voorafgaande aan het ontslag, gemiddeld aan toelage als bedoeld in artikel C 4» lid 1-, van het Algemeen Ambtenarenreglement per maand is toegekend. 2. Indien in de laatstelijk genoten bezoldiging, omschreven in het vorige lid, anders dan ten gevolge van het verwerven van periodieke verhogingen, wijziging zou zijn gekomen, wanneer de belanghebbende op deze bezoldi ging in dienst zou zijn gebleven, zal van de dag van inwerkingtreding van die wijziging af het aldus gewijzigde bedrag als laatstelijk geno ten bezoldiging gelden. 3. Indien in de loop van het jaar onmiddellijk voorafgaand aan het ontslag een aanmerkelijke wijziging heeft plaatsgevonden in de omvang van de werkzaamheden, geldt in zoverre een afwijking van de vorige leden, als laatstelijk genoten bezoldiging, de gemiddelde bezoldiging over even- bedoeld jaar. 4. In gevallen waarin de toepassing van dit artikel tot onredelijke resul taten leidt, kunnen burgemeester en wethouders ten gunste van belangheb bende van het bepaalde in de vorige leden afwijken.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1979 | | pagina 310