Ledigen van putten.
Bij het ledigen van putten bij diverse ondernemingen is de situatie
ontstaan, dat de in die putten verzamelde stoffen niet via de afvalwater
zuiveringsinstallatie kunnen worden afgevoerd, zoals bijvoorbeeld met de
inhoud van beerputten het geval is. Bedoelde stoffen worden via de vuib
brandingsinstallatie verwerkt. Dit brengt hogere kosten met zich mee. Hf
verdient daarom aanbeveling voor dergelijke putten een afzonderlijk tarii
in te stellen, dat berekend is op 46,82 per m7> (zie artikel V van dei:
zigingsverordening)
De terzake voorgestelde tariefsverhogingen leveren een opbrengst op
van 115-920, In de primitieve begroting van de Dienst voor Rei iigij
en Brandweer, voor 1980, inclusief de binnenlijnse bedragen is terzakee
opbrengst geraamd van 93-270, Derhalve per saldo een meeropbre ïgstl
f 226 50Dit bedrag kan naar onze mening worden toegevoegd aan dj posi
Reservering correctie voor taxatiefouten" in de gemeentebegroting.
Onder mededeling, dat de Commissie voor de Dienst Reiniging en Braa
weer is gehoord, en dat de Commissie voor de Financiën zal worden g hoöd
stellen wij IJ voor de Verordening op de heffing en invordering van eini-
gingsrechten te wijzigen overeenkomstig het hierbij gaande ontwerp- asld
Burgemeester en Wethouders van Leeuwar len,
J.S. Brandsma Burgemees er.
W.J.G. Reumer Secretaris.
No. 14992.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 18 oktober
1 13 (bijlage no. 456
gelet op de artikelen 269, 272, letter h en 277, eerste lid onder b
2 van de gemeentewet;
BESLUIT:
v st te stellen de volgende
Verordening tot wijziging van de verordening op
de heffing en invordering van reinigingsrechten
1e wijziging).
Artikel I
A bikel 3 wordt als volgt gewijzigd:
A In ond.I, sub 2 wordt de zinsnede "alsmede de artikelen 5 tot en met 9"
gewijzigd in "alsmede de artikelen 5 tot en met 8";
B Ond. II wordt gelezen als volgt:
Indien de belastingplicht, voor de diensten genoemd in de artikelen 5
en 7 - voorzover de rechten voor deze diensten naar een Jaartarief wor
den geheven - in de loop van het belastingjaar aanvangt, worden de rech
ten geheven over zoveel twaalfde gedeelten van de in artikel 5, lid. 1 en
7 onder b, genoemde Jaarbedragen als na de aanvang van de belastingplicht
nog kalendermaanden in het belastingjaar overblijven. Een gedeelte, van
een kalendermaand wordt voor een volle maand gerekend.
Artikel II.
A tikel 4 wordt gewijzigd als volgt:
A In Onderdeel I, sub 1 onder a en b wordt voor 5,en 8,30" gelezen
respectievelijk 5,20 en 8,60;
B In Onderdeel I, sub 2 wordt voor 23,75" gelezen 24,60;
C In onderdeel I, sub 3 wordt voor 27,10 en 8,80" gelezen respectieve
lijk 28,05 en 9,10;
D In Onderdeel I, sub 4 wordt voor 13,50 en 3,30" gelezen respectie
velijk 14,en 3,40.
Artikel III.
In artikel 6 ond.A sub 1 en 2 wordt voor 2,50 en 4,55" gelezen respec
tievelijk 2,54 en 4,62.
Artikel IV.
Artikel 7 vervalt.
- 2 -