Artikel III.
Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 januari 1980,
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris,
ijzigen Verordening op de heffing en invordering van Haven- en Opslag-
eld.
iijlage nr. 458 Leeuwarden, 18 oktober 1979-
Aan de Gemeenteraad.
In de ontwerp-begroting van het Markt-, Haven- en Slachthuisbedrijf
'/oor 1980 is een stelpost van 6.000,opgenomen wegens verhoging van
de haven- en opslaggelden.
De Minister van Binnenlandse Zaken heeft voor 1980 een tariefsver-
ïoging toegestaan, die in het algemeen niet hoger mag zijn dan Toe-
lassing van deze verhoging betekent een meeropbrengst, die vrijwel over-
'enkomt met het bedrag van de opgenomen stelpost.
Wij stellen daarom voor de haven- en opslaggelden met jjf/o te ver
logen.
In de ontwerp-verordening hebben wij een bepaling opgenomen, die
iet mogelijk maakt de tarieven te verhogen met de ingevolge de Wet op
le omzetbelasting 1968 verschuldigde omzetbelasting. Onder de werking
an de omzetbelasting vallen o.a. de liggelden van pleziervaartuigen
/olgens artikel 6, vierde lid van de verordening.
Tevens stellen wij voor een bepaling op te nemen, dat de in reke-
iing te brengen tarieven worden afgerond naar boven op een veelvoud van
5 centen (zie artikel I van het ontwerp-besluit)
Onder de mededeling dat de Commissie voor de Financiën zal worden ge
toord, stellen wij voor de Verordening op de heffing en invordering
van Haven- en Opslaggeld te wijzigen overeenkomstig het hierbij gevoegd
)ntwerp-besluit
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
W.J.G. Reumer
Secretaris.
- 2 -