I
3-27
#lV
C.'-Oj
,v V
f- \x
FV
ir
IV V:
I'.
b. Kunnen B. en V. mededelen in
hoeverre het bestaande ram
penplan voldoende voorzie
ningen bevat om een ernstig
ongeval met LPG-opslag,
-overslag, -transport tege
moet te treden
c. Zijn B. en V. met ons van me
ning dat de gevaren van LPG
dienen te leiden tot de con
clusie dat LPG-tankstations
niet in woonbuurten en in het
algemeen ook niet binnen de
bebouwde kom thuis horen en
dat voor zover zij daar thans
wel gevestigd zijn de gemeente
in overleg met de exploitanten
en met een beroep op financiële
steun van het Rijk een beleid
behoort te voeren dat gericht
is op de verplaatsing van LPG-
tanks
Zo ja, welke stappen heeft het
College in die richting reeds
ondernomen of is het van plan
te ondernemen en op welke ter
mijn
Zo neen, welke motieven liggen
hier dan aan ten grondslag
b. Het ontwerp-rampenplan kent
geen specifieke bepalingen
voor LPG-ongevallen. Bij in
ventarisatie en onderzoek van
bedrijven waarvoor eventueel
een ramp-bestrijdingsplan moet
worden opgesteld, zullen ui
teraard de bedrijven waar LPG
wordt op- of overgeslagen,
worden betrokken. Tevens zal
worden nagegaan of - naast de
aanvalsplannen van de brand
weer - speciale richtlijnen
voor de bestrijding van rampen
waarbij LPG of LNG is betrok
ken, moeten worden vastgesteld.
c. Het beleid is er in het alge
meen op gericht de vestiging
van LPG-stations binnen de be
bouwde kom en in het bijzonder
binnen woonbuurten tegen te
gaan.
Binnen het kader van de huidi
ge wettelijke regelingen be
schikken wij niet over de mo
gelijkheid vergunningen voor
reeds gevestigde installaties
in te trekken op grond van ge
wijzigde inzichten. Voorts
ontbreekt thans een schadever
goedingsregeling.
In het kader van de in voorbe
reiding zijnde wijziging van
de Hinderwet wordt aan deze
aspecten aandacht besteed.