I
m
M
fl
f
M
2F
i -
p
B. De Harmonie.
|C 3' 5» Kan het College uiteenzetten hoe
het er toe gekomen is, om in te
genstelling met de hierover in
de raad gevoerde discussies en
zonder enige toelichting in het
beleidsplan, af te zien van de
verbouw laatste fase Harmonie?
Is hierover voorafgaand overleg
gepleegd met de Stichting Cultu
rele Centra?
Waarom is de Culturele Raad bij
de voorbereiding van dit voor
stel niet betrokken?
iR 3 4* In de begrotingsvergadering van
13 februari 1979 (handelingen
blz. 27,28 en 29) heeft het Col
lege toegezegd bij de begroting
1980 met een voorstel te komen
t.a.v. de besteding van de af
rondende investering ad
800.000,t.b.v. de renovatie
van de Harmonie. Hoe rijmt IJ het
voorstel gedaan in het beleids
plan 1980-1984 om de aanvullen
de investering te schrappen met
het voornoemde?
De Culturele Raad dringt er met
klem op aan het bedrag van
800.000,alsnog in overeen
stemming met zijn advies van
27/11/1978 beschikbaar te stel
len.
Mocht het College inmiddels een
nader standpunt hebben ingenomen
ten aanzien van voornoemde beste
ding, dan dringt de Culturele
Raad er eveneens met klem op
aan dit bedrag binnen de beleids
sector Cultuur beschikbaar te
stellen. De Culturele Raad zal
hierover gaarne nader advies uit
brengen. Zie ook de ter inzage
gelegde brief van de Culturele
Raad van 27 september 1979-
D 305. De verhoging van het onderhouds-
fonds vanaf 1980 is geheel in de
lijn van de in de raad over dit
onderwerp gevoerde discussies.
Kan het College nader toelich
ten waaruit het geraamde bedrag
is opgebouwd en op welke normen
het is gebaseerd?
303/ Aan de hand van de verslagen van
304. de ingestelde Bouwbegeleidings-
commissie zijn wij tot de conclu
sie gekomen dat het achterwege la
ten van de investering van
800.000,geen essentiële be
lemmering met zich mee zou bren
gen voor het functioneren van de
Harmonie. Op grond hiervan menen
wij dat het verantwoord is, dat
van de realisering van de on
derhavige fase van de renovatie
van de Harmonie wordt afgezien.
305/ Een fonds voor groot onderhoud is
306/ bedoeld om de kosten van groot on-
307. derhoud gelijkmatig over de jaar
lijkse exploitatiebegrotingen te
verdelen. Het is ons gebleken dat
de storting in dit fonds van rond
90.000,jaarlijks moest worden
besteed voor klein onderhoud en
aanschaf van kleine inventaris met
een levensduur van max. 1 jaar.
12-2