Ei V9< 15-5 566. Kan bij de V.N.G. ook worden inge bracht het idee om bij de verde ling van de gelden uit het gemeen tefonds het aantal arbeidsplaatsen binnen een gemeente voor eigen in woners en anderen een factor te la ten zijn. 3. Diversen. 36 J. Hoever is de studie over afschrij-r ving op grond? 563. Hoever is de ambtelijke werkgroep gevorderd met het onderzoek van het niet-afschrijven op grondkos- ten en wat zijn eventueel de uit- - komsten hiervan? 569. Kan een van de oorzaken van de re keningsoverschotten zijn dat de jaarlijkse kapitaallasten van de investeringen als volgt wordt be rekend: afschrijving van de aanschaf- waarde rente p% van de aanschaf- waarde. Terwijl de rente met een vast be drag per jaar moet afnemen. 366. Het is ons bekend dat de Raad voor de Gemeentefinanciën stu deert op mogelijkheden voor een betere verdeling van de middelen van het gemeentefonds. Daarbij wordt ook gedacht aan de invoering van een uitkeringsnorm op basis van het aantal arbeidsplaatsen. 367/ Over deze problematiek is inmid- 368. dels een praatstuk opgesteld dat binnenkort in de Commissie voor de Financiën aan de orde zal wor den gesteld. Dit praatstuk zal te - zijner tijd bij het verslag van de desbetreffende vergadering van de Commissie voor de Finan ciën ter inzage worden gelegd. Dit is niet het geval. De rente wordt n.l. niet berekend over de aanschaffingswaarden doch over de boekwaarden. Alleen in het eerste jaar wordt de rente berekend over de aanschaffingswaarde (die dan gelijk is aan de boekwaarde). Door de jaarlijkse afschrijvingen op de gerealiseerde objecten, wel ke afschrijvingen ongeveer paral lel lopen met de aflossingen op de voor de financiering der objecten aangetrokken leningen, dalen de boekwaarden en dientengevolge ook de rentelasten. Deze daling komt op de onderschei den posten van de bedrijfsbegro- tingen en van de gemeentebegroting voor 1980 tot uitdrukking. Voor de jaren 1981 t/m 1984 staat de verlaging van de rentelast vermeer derd met eventuele vrijgevallen afschrijvingen op een stelpost on der de inkomsten. Zie blz. II-15-k van het beleidsplan. 37). Het investeringsvolume in de over heidssector neemt af. Is het col lege in staat aan te geven welk deel van deze terugloop (jaarlijks) moet worden toegeschreven aan maat regelen van de centrale overheid. 370. Wij kunnen op deze vraag geen exact antwoord geven. Overigens menen wij dat hier geen directe maatregelen van de centrale over heid als oorzaak van de daling kunnen worden aangewezen. Het Instituut voor het onderzoek van Overheidsuitgaven stelt momen teel een onderzoek in naar de oor zaken die tot verlaging van de o- verheidsinvesteringen - als percen tage van het Nationaal Inkomen - hebben geleid. - -'v..

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1979 | | pagina 491