Advies van de Commissie van advies inzake beroepschriften ingevolge de Bouwverordening met betrekking tot het beroepschrift van A.J.van der Wiel te Goutum. Bijlage nr. 506 Leeuwarden, 13 november 1979 Aan de Gemeenteraad. De heer A.J.van der Wiel te Goutum heeft bijU beroep ingesteld tegen het besluit van Burgemeester en Wethouders van 10 juli 1979» no. B 289/79» waarbij bouwvergunning is geweigerd voor het veranderen van de zuidgevel van de woning Oer de Feart 28 te Goutum. Burgemeester en Wethouders hebben het beroepschrift, vergezeld van hun advies, bij brief van 13 september 1979 in handen van onze commissie gesteld. Het beroepschrift is binnen de daarvoor in de Woningwet gestelde termijn ingediend, zodat appellant in zijn beroep kan worden ontvangen. Appellant heeft evenals een vertegenwoordiger van Burgemeester en Wethouders gebruik gemaakt van de geboden gelegenheid om in een vergadering van de commissie te worden gehoord. Het verslag van die vergadering is voor U ter inzage gelegd. De motivering van het be streden besluit en de beroepsgronden hebben wij in het hierbij ge voegde ontwerp-besluit weergegeven. Aangezien het weigeringsbesluit uitsluitend is gegrond op wel standsoverwegingen achtte de commissie het zinvol, zulks op grond van artikel 390b vijfde lid van de Bouwverordening, zich in deze zaak te doen voorlichten door de Hogere Schoonheidscommissie. Het stadnpunt van deze commissie, vervat in het desbetreffende verslag van 24 oktober j.l., dat voor U ter inzage ligt, is weergegeven in het ontwerp-besluit. De commissie ziet geen reden om van het standpunt van de Hogere Schoonheidscommissie af te wijken. Zij is tot de conclusie gekomen, dat het weigeringsbesluit op juiste gronden is genomen, zodat het ingestelde beroep ongegrond dient te worden verklaard. Zij geeft U dan ook in overweging te besluiten overeenkomstig het hierna afge drukte ontwerp-besluit. Tot slot meent de commissie, dat het mogelijk moet worden geacht -eventueel met wijziging van het bestemmingsplan Goutum c.q. met toepassing van de anticipatieprocedure op grond van artikel 19 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en artikel 50» lid 8 van de Woningwet een verbouwing c.q. uitbreiding van de desbetreffende woning te realiseren die wel aanvaardbaar is, mits daarbij voldoende rekening wordt gehouden met de architectonische kwaliteit van het betrokken bouwblok; zij acht het in verband hiermede wenselijk appellant hier van bij toezending van de beslissing op het beroep in kennis te stellen De Commissie van advies inzake beroep schriften ingevolge de Bouwverordening, Mr.B.P.van der Veen voorzitter. Mr.L.P.A.van Kats secretaris.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Bijlagen) | 1979 | | pagina 557