No. 19168.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 21 decem
ber 1979 (bijlage no. 25);
a. de jaarstukken over 1978 van de "Stichting Het Nieuwe Stadswees
huis" goed te keuren en hierdoor het bestuur décharge te verlenen
voor het gevoerde beheer;
b. de begroting voor 1980 van de "Stichting Het Nieuwe Stadsweeshuis"
goed te keuren.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
BESLUIT
Vaststellen van het bestemmingsplan "Hempens".
Bijlage nr. 26 Leeuwarden, 21 december 1979.
Aan de Gemeenteraad.
In Uw vergadering van 26 januari 1976 hebt U de dorpennota aanvaard als
uitgangspunt voor het te voeren ruimtelijke beleid met betrekking tot de dorpen
binnen onze gemeente. Ten einde dit beleid een juridisch bindende vorm te geven
worden voor de onderscheiden dorpen bestemmingsplannen voorbereid. Thans bieden
wij U het ontwerp-bestemmingsplan "Hempens" ter vaststelling aan.
Dit plan draagt enerzijds een conserverend karakter en voorziet anderzijds
in een geringe uitbreiding met woonbebouwing van dit dorp. In totaal zullen
negen nieuwe woningen binnen het plangebied kunnen worden gerealiseerd. Deze
zijn zodanig geprojecteerd, dat een goede aansluiting bij de bestaande bebouwing
is gezocht. Het bestuur van de Vereniging Dorpsbelang "Hempens-Teerns" kan zich
met de gekozen lokatie verenigen. Het ligt in de bedoeling de geplande woonbe
bouwing gefaseerd te doen uitvoeren en ten goede te laten komen aan de plaat
selijke bevolking. Voor de overige aan het plan ten grondslag liggende gedachten
en de resultaten van het gevoerde overleg verwijzen wij U kortheidshalve naar de
bij het plan behorende toelichting.
In verband met een procedurele onvolkomenheid is het ontwerp-plan met in
gang van 30 augustus 1979 opnieuw overeenkomstig de in de Wet op de Ruimtelijke
Ordening voorgeschreven wijze ter visie gelegd. Binnen de termijn van tervisie-
ligging is een bezwaarschrift ontvangen van de heer TjMellema te Hempens, dat
/oor U bij de stukken ter inzage ligt.
Voor zover in het kader van dit ontwerpplan van belang voert reclamant
allereerst aan, dat de geplande woningen in de huidige opzet te duur zullen zijn
/oor de jonge Hempeners die deel uit willen blijven maken van de dorpsgemeen
schap. Voorts meent hij, dat het algemeen nut niet eist, dat zijn gronden ont
eigend moeten worden zulks met het oog op een alternatieve uitbreidingsmoge-
ij kheid aan de noordzijde van de Skoalledyk. Vervolgens merkt hij op, dat hem
geen afzonderlijke kennisgeving van de terinzagelegging van het ontwerp-plan is
gedaan zoals artikel 23, derde lid van de Wet op de Ruimtelijke Ordening voor
schrijft indien artikel 13, derde lid van deze wet in het geding is.
Naar aanleiding van dit bezwaarschrift merken wij het volgende op.
Zoals reeds opgemerkt is de dorpennota richtsnoer geweest bij het ontwerp
en van dit bestemmingsplan. Hierin is tot uitdrukking gebracht, dat het geen
■ezwaar ontmoette om een geringe uitbreiding met woonbebouwing toe te staan en
at met het bestuur van het dorpsbelang omtrent de situering nader overleg
gevoerd zou worden. Dit overleg heeft geresulteerd in een lokatie ten zuiden van
e Skoalledyk. Wij menen dat - in tegenstelling tot de door reclamant geopperde
suggestie - woonbebouwing aldaar op een meer aanvaardbare wijze aansluit bij de
>estaande bebouwing en daardoor beter past in het dorpsbeeld. In samenhang hier-
zede kan een adequate toegang met parkeerruimte t.b.v. het sportveld en het
geprojecteerde "BD-terrein" worden gemaakt. Bij het situeren van woonbebouwing
?:en noorden van de Skoalledyk zou een verdere aanzet worden gegeven tot lint-
ebouwing hetgeen wij uit stedebouwkundig oogpunt niet juist achten. Wij menen
an ook dat het bezwaar in dit opzicht ongegrond is. Het plan biedt de mogelijk
heid voor de bouw van zelfstandige woningen, zowel vrijstaand als twee onder één
kap. De gemiddelde prijs per bouwterrein van ruim 31.000, achten wij naar
uidige maatstaven gezien redelijk. Als gevolg van het vrijkomen van de goedko
pere woningen kan tevens een bijdrage worden geleverd aan het doorstromings
proces. Wij achten het bezwaar op dit punt eveneens ongegrond.