- 2 -
In het rapport zijn de voor- en nadelen van de verschillende locaties
aan de hand van een aantal beoordelingsaspecten afgewogen. Het spreekt voor
zich, dat het afwegen van de verschillende aspecten slechts in grote lijnen
kon plaatsvinden. Niettemin is het informatiemateriaal, dat het rapport be
vat, naar onze mening voldoende voor het formuleren van het uitgebrachte
advies van de projectgroep. Kortheidshalve volstaan wij ermee te verwijzen
naar de inhoud van het rapport, dat naar onze mening een overzichtelijk
beeld geeft van de wijze, waarop de projectgroep tot haar eindoordeel is ge
komen. Naar aanleiding van het ingestelde bodemonderzoek bevat het rapport
een nadere afweging van de locaties Goutum en Hempens.
Het resultaat van het onderzoek van de verschillende aspecten is ver
vat in een tabel. Teneinde de gegevens te kunnen interpreteren zijn deze
aspecten in drie groepen gesplitst.
Op grond van de aspecten, die bij de eindbeoordeling zwaar hebben gewo
gen, te weten de bodemgesteldheid, aansluiting op het hoofdwegenstelsel en
interne ontsluitingsmogelijkheden, komt de projectgroep tot de keus van de
locatie Goutum als nieuwe woonwijk van Leeuwarden- Als belangrijkste argu
menten hebben voor de projectgroep gegolden de betere aansluitmogelijkheden
op het hoofdwegennet, en de mede daaruit volg.ende interne verkeersstructuur,
alsmede de ophogingskosten.
Wij kunnen ons vinden in het standpunt van de projectgroep. Ook de door
haar gehanteerde argumenten, welke tot deze keuze hebben geleid, kunnen wij
onderschrijven,
Overleg.
Hoewel formeel over deze aangelegenheid geen overleg als bedoeld in ar
tikel 8 van het Besluit op de Ruimtelijke Ordening behoeft te worden ge
voerd, hebben wij het rapport om commentaar toegezonden naar de verschillen
de rijks- en provinciale diensten. Nadien hebben wij op 8 februari j.l. een
bespreking over deze locatiestudie belegd, waarbij aanwezig waren: de In
specteurs van de Ruimtelijke Ordening en van de Volkshuisvesting, de Hoofd
ingenieur-directeur van de Rijks- en Provinciale Waterstaat, de Rijksverkeerii
inspectie, de Landinrichting en de Rijksconsulent voor Handel, Ambacht en
Diensten. Hierbij hebben de overlegpartners te kennen gegeven te kunnen in- J
stemmen met de voorkeur voor de locatie Goutum. In dit verband merken wij
op, dat de Hoofdingenieur-Directeur van de Rijkswaterstaat tijdens genoemde I
bespreking heeft meegedeeld dat de Rijkswaterstaat instemt met de aansluiting)
van de locatie Goutum op Rijksweg N 32 onder de uitdrukkelijke voorwaarde,
dat de gemeente het gedeelte Werpsterhoek-Oostergoplein, onder vooraf nader
vast te stellen technische en financiële voorwaarden, overneemt.
In principe is dus de aansluiting van de locatie Goutum op deze rijks
weg, hetgeen als voorwaarde gold bij de keuze, verzekerd.
Door een aantal vertegenwoordigers werd een kanttekening bij het rap
port geplaatst. Van de zijde van de Inspecteur van de Ruimtelijke Ordening
werd er op aangedrongen ten aanzien van de taakstelling van Leeuwarden aan
sluiting te zoeken bij het rijks- en het provinciaal beleid in dezen. Wij
merken hieromtrent op, dat de Verstedelijkingsnota uitgaat van een geleide
lijke bevolkingsgroei van Friesland, welke mede gebruikt zal kunnen worden
voor versterking van de grotere Friese steden. Leeuwarden, aldus de nota,
staat daarbij als grootste stedelijk centrum voorop. Het Rijk acht een uit
breiding met een wervend woonmilieu voor Leeuwarden noodzakelijk. Voorts
wordt een aantal algemene richtlijnen aangegeven, waarop het stedelijk in-
richtingsbeleid moet zijn gericht. Genoemd worden bijvoorbeeld het bescher
men van de openheid, van ecologische, landschappelijke en (cultuur- histo
rische waarden.
- 3 -
De provincie heeft deze lijn van versterkte groei eveneens in haar
ruimtelijk beleid opgenomen. Blijkens de nota Grondslagen en Basisbeslis
singen Streekplan Friesland dient Leeuwarden, gezien zijn bijzondere po
sitie in Friesland, een extra deel van de Friese bevolkingsgroei tot 1995
op te vangen, te weten een aantal van plm. 4-000 inwoners.
De taakstelling voor Leeuwarden, zoals deze in het rapport is opgenomen,
is globaal in overeenstemming met het rijks- en provinciaal beleid. Verder
zullen wij bij het opstellen en uitwerken van het bestemmingsplan bijzonde
re aandacht schenken aan de in de Verstedelijkingsnota opgenomen richtlijnen
voor het stedelijk inrichtingsbeleid. In de toelichting op het te ontwerpen
globaal bestemmingsplan zal een en ander te zijner tijd dienen te worden uit
gewerkt.
Van de zijde van de Rijksverkeersinspectie werd naar voren gebracht,
dat in het rapport ten aanzien van de locatie Goutum niet de extra mogelijk
heden van het openbaar vervoer zijn opgenomen. Deze locatie biedt in dit op
zicht namelijk duidelijk een mogelijkheid van aansluiting op het spoorwegen
net door het maken van een voorstadhalte nabij Werpsterhoek. Verder biedt
deze locatie - als enige - de mogelijkheid om het interlokaal busvervoer door
de wijk te leiden, en dus tevens als lokaal vervoer te laten functioneren.
Wij onderstrepen deze opmerking gaarne en achten dit aspect van zodanig
belang, dat deze bij de beoordeling, van de verschillende locaties, zoals de
ze is vertaald in tabel III (op blz. 56van het rapport een rol moet spelen.
Deze tabel, alsmede de tekst van het rapport hebben wij daarom op dit punt
aangevuld.
Voorts is van de zijde van de Provinciale Waterstaat de opmerking ge-
mrakt planologische mogelijkheden open te houden om de geprojecteerde weg in
het verlengde van de oosttangent onder het van Harinxmakanaal door te kunnen
aanleggen. Wij delen dit standpunt. In de betreffende bestemmingsplannen dient
deze mogelijkheid ten behoeve van de eventuele latere locatie Hempens te wor
den ingebouwd.
Uit het overleg is ons tevens gebleken, dat afgezien van landschappelij
ke en agrarische bezwaren tegen de locatie Bullepolder met name ook verkeers
technische bezwaren met betrekking tot de hoofdontsluiting bestaan.
Onder de mededeling, dat de Commissie Ruimtelijke Ordening en de Commis
sie voor het Grondbedrijf over dit voorstel zullen worden gehoord stellen wij
voor de locatie ten zuiden van Goutum aan te wijzen als plangebied, waar
de nieuwe stadsuitbreiding na Camminghaburen zal plaatsvinden.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
J.S. Brandsma Burgemeester.
W.J.G. Reumer Secretaris.