Onderzoek naar de behoefte aan kantooraccommodatie in Leeuwarden
Bi lage nr. 149. Leeuwarden, 20 maart 1980.
Aan de Gemeenteraad.
Op 4 oktober 1976 is in Uw raad de kantorennota Gemeente Leeuwarden aan de
orde geweest. Op basis van de raming met betrekking tot de behoefte aan terrei-
nen voor kantorenbouw in deze nota zijn een aantal beslissingen genomen met be
trekking tot het reserveren van terreinen in de gemeente voor kantorenbouw.
Inmiddels is het gewenst deze ramingen bij te stellen.
Wij zijn van mening dat niet uitsluitend met een actualisering van de kan
te ennota 1976 kan worden volstaan. Ook het karakter en de opzet van de kanto
re inota zullen moeten worden aangepast.
In de kantorennota 1976 werd aan de hand van een aantal veronderstellingen
er voornamelijk secundair cijfermateriaal een prognose gegeven van de behoefte
ar terreinen voor kantorenbouw die overwegend kwantitatief van aard was. Een
n uwe op te stellen kantorennota zal ons inziens daarnaast ook een kwalitatief
k. akter moeten dragen en mede gebaseerd moeten zijn op cijfermateriaal van meer
pi maire aard (enquêtes, interviews). Op basis hiervan zullen ook kwalitatieve
p; ignoses gegeven kunnen worden over de locaties (binnenstad, industrieterreinen
etc.) en de aard (huur - koop, groot - klein) van de behoefte aan terreinen voor
k itorenbouw.
Ter gelegenheid van de behandeling van het Beleidsplan 1980-1984 hebben wij
U toegezegd te komen tot een herziening van de kantorennota. Tevens hebben wij
ii dat verband medegedeeld dat, mede gezien ook de gewijzigde opzet van de kan
te cennota, de capaciteit van het gemeentelijk apparaat onvoldoende is om deze
hi ziening op redelijke termijn uit te voeren.
W hebben daarbij melding gemaakt van onze contacten met de Stichting Het Neder
lands Economisch Instituut (N.E.I.) te Rotterdam. Het N.E.I. heeft inmiddels of-
fe rte uitgebracht inzake het opstellen van een kantorennota.
Het N.E.I. stelt voor het onderzoek uit twee delen te laten bestaan. In het
et cste deel zal aan de hand van literatuurstudie, het opstellen van werkgelegen-
ht ds-scenarios en het analyseren van ontwikkelingstendenzen een kwantitatieve
prognose van behoefte aan terreinen voor kantorenbouw gegeven worden.
It het tweede deel zullen de meer lokale en kwalitatieve aspecten aan de orde ko
men. Met behulp van onderzoek onder de in Leeuwarden gevestigde bedrijven, vraag-
g< .prekken met belanghebbenden en terzake deskundigen en analyse van gemeentelij
ks gegevens zullen conclusies getrokken worden te verwerken in de in het eerste
deel afgeleide prognoses.
Voor nadere detaillering verwijzen wij U naar de offerte, die wij voor U ter
it •'.age hebben gelegd.
Ten aanzien van de uitvoering van het onderzoek stelt het N.E.I. voor eerst
e< n vooronderzoek te houden waarbij op basis van literatuurstudie en een aanzet
tot het opstellen van scenario's een beter inzicht in de situatie op dit terrein
ii Leeuwarden kan worden verkregen. Aan de hand van dit vooronderzoek kan worden
vastgesteld wat de aard en de inhoud van het vervolg-onderzoek zal moeten zijn.
D' resultaten van het vooronderzoek zullen in Uw raad aan de orde gesteld worden.
De kosten van het totale onderzoek worden op dit moment door het N.E.I. glo
baal begroot op ongeveer 240.000,-- (incl. BTW en incl. het vooronderzoek),
terwijl de totale duur van het onderzoek wordt geraamd op 1 jaar na de opdracht-
geving.
De eindrapportage zal dus naar verwachting omstreeks april 1981 kunnen plaatsvin
den. De kosten van het vooronderzoek zullen 54.000,-- (inclusief BTW) bedragen.
Het N.E.I. stelt zich voor het vooronderzoek in de herfst van 1980 te kunnen af
ronden.
De afdeling E.B.0. zal het vooronderzoek begeleiden.