No. 8207 d.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 12 juni 1980
(bijlage nr. 255)
BESLUIT:
I. met 3.D. Heeringa, wonende te Deinum, Spoorstraat 13, een overeenkomst van
grondruil aan te gaan, waarbij:
a. Heeringa aan de gemeente in eigendom overdraagt een onder Boksum
gelegen perceel weiland, kadastraal bekend gemeente Deinum, sectie D,
nummer 138, groot 2.4-1.80 ha, welk perceel op de bij dit besluit behorende
tekening roodgekleurd is aangegeven;
b. de gemeente aan Heeringa in eigendom overdraagt een onder Boksum gelegen
perceel weiland, kadastraal bekend gemeente Deinum, sectie D, nummer
895, groot 2.17.50 ha, welk perceel op de bedoelde tekening groenge-
kleurd is aangegeven;
zulks onder betaling door de gemeente aan Heeringa van een toegift van
7.290,en verder onder de volgende bedingen:
1. de overdracht van de percelen geschiedt in de staat en toestand, waarin
deze zich op 22 mei 1980 bevonden, met alles wat daarop of daarin aan
wezig is en met alle daarop rustende erfdienstbaarheden en lasten en
daaraan verbonden rechten, vrij van hypotheek, beslag, huur en pacht;
2. de levering van de geruilde percelen geschiedt op de dag van het ver
lijden van de akte van overdracht;
3. van de levering af komen alle zakelijke lasten en belastingen, welke
van de geruilde percelen worden geheven, voor rekening van de nieuwe
eigenaren;
4. de gemeente zal met de pachter van het door Heeringa aan de gemeente
over te dragen perceel kadasternummer 138 een regeling terzake van
pachtruil treffen; de gemeente vrijwaart Heeringa tegen eventuele
aanspraken van deze pachter op een schadevergoeding;
Heeringa verplicht zich ingaande de datum van overdracht aan hem van
het perceel kadasternummer 895 dit perceel te verpachten aan de pachter,
zijnde D.G. Heeringa, wonende Sint Ganswei 3 te Deinum; Heeringa
vrijwaart de gemeente tegen eventuele aanspraken van deze pachter;
5. partijen zijn overigens tot geen andere vrijwaring gehouden dan tot
die wegens uitwinning;
6. partijen doen afstand van het recht tot het vragen van ontbinding, als
bedoeld in de artikelen 1302 en 1303 van het Burgerlijk Wetboek;
7. alle kosten van overdracht komen voor rekening van de gemeente Leeuwarden;
II. het onder I.a. bedoelde perceel onder te brengen in het Grondbedrijf van de
Dienst Stadsontwikkeling.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.