No. 8279.
DE RAAD DER GEMEENTE LEEUWARDEN;
Gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders van 12 juni
1980 (bijlage no. 256);
BESLUIT:
I. tot het plaatsen van een zestal aanplakborden voor niet-commerciële
doeleinden in de binnenstad, zoals aangegeven in het daarop betrekking
hebbende voorstel van Burgemeester en Wethouders;
II. tot het beschikbaar stellen van 8.000,-- voor de aanschaf en plaatsing
van de onder I genoemde borden.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering
van
Voorzitter.
Secretaris.
Wijzigen Verordening op de heffing en invordering van lesgeld voor het volgen
van onderwijs aan het Gemeentelijk Muziekinstituut Leeuwarden, alsmede de
Verordening Gemeentelijk Muziekinstituut.
Bijlage no. 257. Leeuwarden, 12 juni 1980.
Aan de Gemeenteraad.
De lesgelden van het Gemeentelijk Muziekinstituut Leeuwarden zijn laatste
lijk gewijzigd bij Raadsbesluit van 23 april 1979 met ingang van het heffings
tijdvak 1979-1980.
Wij achten het gewenst ook nu de tarieven aan te passen aan het gestegen
loon- en prijsniveau.
De Minister van Binnenlandse Zaken heeft in zijn circulaire van 23 juli 1979
medegedeeld, dat als algemeen maximum voor toelaatbaar geachte tariefsverhogin
gen voor het jaar 1980 een percentage van 3\ wordt gehanteerd.
Verhogingen van meer dan 3j zullen, tenzij daar zeer gemotiveerde redenen
voor kunnen worden aangevoerd, niet worden goedgekeurd.
Wij stellen U voor de tarieven met ingang van het heffingstijdvak 1980-1981
met de genoemde 3\ te verhogen.
De tarieven kunnen dan worden vastgesteld als volgt:
A. voor klassikale lessen algemeen vormend
muziekonderricht
128,—
(was
124,
B.
voorlessen instrumentaal/vocaal
muziekonderricht minimum
190,—
(was
186,
maximum
575,-
(was
560,
C.
ensemble lessen
133,-
(was
129,
D.
opleiding harmonie- en fanfare-orkest
165,—
(was
160,
Ten aanzien van de lessen instrumentaal of vocaal muziekonderricht merken
wij het volgende op. Het minimum en maximum tarief zijn in deze categorie
gerelateerd aan de schoolgeldmaatstaf. De minimum schoolgeldmaatstaf
is gekoppeld aan het minimum-loon. Door de stijging van het minimum-loon
in 1979 ten opzichte van 1978, stellen wij U voor de minimum maatstaf te
bepalen op 1.750,-- (was 1.600,--). Het maximum tarief wordt dan
bereikt bij een maatstaf van 9.450,--.
Inschrijfgeld.
Ingevolge de Verordening Gemeentelijk Muziekinstituut is bij inschrijving
een inschrijfgeld verschuldigd van 25,(artikel 20, lid 1, sub b).
Het betaalde inschrijfgeld wordt in mindering gebracht op het verschuldigde
lesgeld.
Wij vinden het redelijk het inschrijfgeld voortaan niet meer in mindering
te brengen op het verschuldigde lesgeld, gezien de aan de inschrijving
verbonden administratiekosten.
--)
-)
--)
-)