In bovenstaande grafiek staat een berekening van het COELO (Centrum voor Onder
zoek van de Economie van de Lagere Overheden) omtrent de ontwikkeling van het
aantal huishoudens met een laag inkomen in Leeuwarden, zichtbaar is de kleiner wor
den groep mensen die werkloos zijn en of een bijstandsuitkering ontvangen en die tot de
minima behoren. Deze cijfers geven een trend weer, maar zijn niet te vergelijken met de
cijfers met betrekking tot het sociaal minimum, zie volgende grafiek, de definitie is an
ders en de berekeningen verschillen. Met enige voorzichtigheid kan wellicht worden
geconcludeerd dat de daling van het aantal personen met een bijstandsuitkering het ge
volg is van het gemeentelijk arbeidsmarktbeleid en de economische conjunctuur.
De gemeente Leeuwarden telt in 1998 in totaal 9.264 minima huishoudens. De grootste
groep van huishoudens (24,1%) komt rond van een bijstandsuitkering. Bijna de helft
van deze bijstandshuishoudens (43%) krijgt deze uitkering al driejaar of langer. De
tweede grootste groep betreft AOW/ANW huishoudens. In 1998 waren dit circa 1.300
huishoudens. De overige minima zijn huishoudens met een AAW/WAO-uitkering (996)
en huishoudens met een werkende kostwinner (902). De groep minima huishoudens met
een WW-uitkering is de kleinste (619 huishoudens in 1998). Deze cijfers zijn afkomstig
van een berekening gemaakt door het Groningse bureau KWIZ. Recentere gegevens zijn
niet beschikbaar.
73 Huishoudens nit een laag inkomen
66
7.4 Miünu hiishoudens
iajuo
9000
XXX)
7000
(XXX)
5000
x
X
4000
3000
1995 19% 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005
jaar
H«Tkmthuislnafcns □WWhuishouJens g AAttAWOhuishoufcns AOW/VNV'huislïxilüiï Q aantal bijstand hushoufcns
67