PROGRAMMA VEILIGHEID, OPENBARE ORDE (09)
Blad 36
De veiligheid op stedelijk- en wijkniveau wordt gerealiseerd door middel
van een integrale aanpak. Integraal in de zin van het onder gezamenlijke
verantwoordelijkheid verbeteren van de veiligheid, dus met zowel
(semi)overheidsdiensten als private partijen. De gemeente treedt hierbij op
als regisseur.
Veiligheidsbeleid is facetbeleid, dat wil zeggen dat veiligheid structureel
en als verplicht onderdeel wordt meegenomen bij de beleidsvorming en -
uitvoering op terreinen waar dit van belang is (met name bij sociale en
fysieke maatregelen)
Het beleid is erop gericht de bewoners medeverantwoordelijk te maken voor
de wijk)veiligheid. Burgers en maatschappelijke instellingen zijn
medevormers en uitvoerders van het veiligheidsbeleid. Dit beleid wordt dan
ook interactief ontwikkeld en uitgevoerd.
Het is verheugend dat het vanaf 2003 beter mogelijk is de gemeentelijke
prioriteiten en de inzet van de politie op elkaar af te stemmen zodat
sprake is van daadwerkelijke invloed op te stellen doelen. Het overleg
tussen gemeente en politie is gestructureerd en geïntensiveerd en het is
vanaf dit jaar verplicht om in de beleidscyclus voor de vaststelling van
het jaarplan van de politie de Raad te betrekken.
Wat willen we bereiken?
Strategische doelen:
Het tot stand brengen en waarborgen van een aantrekkelijk(e) omgevingskwaliteit
en leefmilieu, zodanig dat het bijdraagt aan het woon-, werk- en leefplezier en
aan een attractieve en veilige omgeving voor burgers, bedrijven en bezoekers
(MOP)
Inwoners en bezoekers van de gemeente Leeuwarden zijn veilig, weten zich veilig
en voelen zich veilig.
Operationele doel
De achterstand in het afgifte- en controlesysteem van de milieuvergunningen in
het kader van de brandpreventie is in 2007 ingelopen door de Brandweer.i
Operationele doelen
Gebleken is dat de operationele doelstellingen, zoals die in het MOP 1998
zijn geformuleerd thans onvoldoende relatie hebben met de activiteiten die
in het kader van veiligheid en openbare orde zijn en worden uitgevoerd. He'
is dan ook niet zinvol om deze doelstellingen in 2002 over te nemen.
Uitgangspunt is dat reële en meetbare doelstellingen worden geformuleerd,
waarbij de relatie tussen inzet en effect goed te leggen is. Derhalve is
ervoor gekozen om in de diverse deelprogramma's van politie, justitie en
gemeente en de separate projecten Veiligheid en Openbare Orde operationele
doelstellingen op te nemen. Deze doelstellingen worden in nauw overleg
tussen deze drie partijen vastgesteld en in 2003 aan het gemeentebestuur
gepresenteerd
Door de diversiteit van invloeden is net niet altijd mogelijk om een
oorzakelijk verband te leggen. Dit zal echter wel zo veel als mogelijk
gebeuren door middel van het uitvoeren van een onderbouwende analyse.
Bijvoorbeeld, een meer strikte handhaving en intensieve inzet van politie
en justitie (onze ketenpartners in veiligheid) in een bepaald gebied zal
de meeste gevallen een toename van het aantal geregistreerde delicten tot
gevolg hebben. Dit wil echter niet zeggen dat het criminaliteitsniveau
Blad 37
daadwerkelijk gestegen is. De veiligheid(sbeleving) wordt hiermee eerder
verhoogd
Bij het meten van effecten zal zowel worden gekeken naar de subjectieve
veiligheidsbeleving van bewoners als objectieve cijfers.
Wat doen we daarvoor?
De belangrijkste activiteiten (speerpunten) om het programma te realiseren
Veiligheid in wijken, dorpen en buurten
In de afgelopen jaren is voor een aantal wijken een veiligheidsplan
opgesteld. Voor de komende jaren wordt in dit verband aangesloten op de
plannen om te komen tot breder opgezette wijkplannen. Veiligheid en
leefbaarheid maakt hiervan een specifiek en essentieel onderdeel uit.
Indien in een bepaalde wijk sprake is van nijpende specifieke veiligheids-
en openbare orde problemen, dan wordt daar in overleg met de verschillende
partners direct op ingespeeld, zonder dat hier een integraal wijkplan aan
ten grondslag ligt. Denk bijvoorbeeld aan drugsoverlast in de Vrijheidswijk
of jongerenoverlast in Aldlan. Doel is te komen tot een aanpak op maat.
Jeugd en veiligheid
preventief beleid: een samenhangend geheel van preventieprogramma's moet
ervoor zorg dragen dat jongeren weten waar grenzen van het toelaatbare
liggen. Hiertoe worden vergaande afspraken gemaakt met de diverse
"opvoeders" die de jongeren op hun weg naar volwassenheid tegenkomen, zoals
de ouders, scholen, politie, wijkorganisatiessportverenigingen etc.
Ouders zijn in eerste instantie verantwoordelijk voor de opvoeding van hun
kinderen. Daar waar ouders niet in staat zijn hun kinderen op te voeden
c.q. ondersteuning nodig hebben bij de opvoeding, zullen organisaties hen
daarbij behulpzaam zijn.
repressief beleid: jongeren die over de grens van het toelaatbare gaan,
worden voortvarend aangepakt. Deze aanpak geschiedt door organisaties van
de strafketen en lokaal werkende organisaties. De gemeente draagt er zorg
voor dat intensievere samenwerking tussen de instellingen en overheden
wordt gerealiseerd. Intensieve trajectbegeleiding voor jongeren die kampen
met een multi-problematiek, waaronder het plegen van criminele
activiteiten, krijgt een meer expliciete plaats binnen de aanpak van
j eugdcriminaliteit
Geweld
Geweld, in welke vorm en waar dan ook, wordt niet geaccepteerd. In de
komende jaren zal de aandacht voor de aanpak van geweld zich uitbreiden
naar andere terreinen dan het uitgaansgeweld en voetbalgeweld. De
activiteiten in het kader van uitgaansgeweld worden daar waar nodig
geoptimaliseerd en uitgebreid. De reeds gestarte integrale (preventieve)
aanpak van supportersgeweld wordt gecontinueerd en structureel ingebed.
Geweld op school (denk aan pesten, treiteren, intimidatie en fysiek geweld)
wordt meegenomen als onderdeel van de schoolveiligheidsplannen die op alle
scholen in her voortgezet onderwijs worden geïmplementeerd. De aanpak van
huiselijk geweld wordt in het politiedistrict Midden Friesland ontwikkeld
en geïmplementeerd. Dit beleid zal zich zowel richten op de dader als op
het slachtoffer.