Blad 4
onderhouden van formele vriendschapsbetrekkingen vanuit de
indertijd geformuleerde motieven en overwegingen op basis
van vastgelegde protocollen en met activiteiten die zich in
principe op een breed aantal terreinen afspelen. Wij
stellen daarom voor te besluiten tot beëindiging en het
gemeentebestuur van Orjol en van dit besluit andere
relevante betrokkenen, zoals de Stichting Stedenband,
gemotiveerd in kennis te stellen.
Overgaan tot beëindiging van de stedenband leidt tot de
volgende stappen:
de gemeenteraad besluit tot het intrekken van het
besluit uit 1989 op grond waarvan indertijd de
vriendschapsbetrekkingen tussen de beide steden zijn
aangegaan. Daarbij is het van belang om het
gemeentebestuur van Orjol en het bestuur van de
stichting Stedenband Leeuwarden-Orjol van dit besluit
met redenen omkleed in kennis te stellen;
de subsidiëring van de stichting Stedenband wordt met
ingang van 2003 beëindigd.
Uit het vorenstaande vloeit verder voort dat het
lidmaatschap van de gemeente van het landelijk
overlegplatform van gemeenten met Oost-West-
stedenbandcontacten bij de VNG (Platform Gemeentelijk
Vredesbeleid - contributie 900 per jaar) wordt opgezegd.
Ook zal overleg worden geopend met het COS-Fryslan om het
subsidiecontract te herzien, zodat waar mogelijk de voor de
ondersteuning van de stedenband bedoelde middelen
vrijvallen
Een dergelijk besluit staat niet in de weg dat de relaties
die zijn gegroeid tussen organisaties en personen in de
beide plaatsen onverkort kunnen worden voortgezet waar
betrokkenen dat maar willen.
Wij staan sympathiek tegenover de wens om sport- en
cultuurcontacten op een andere basis voort te zetten. De
initiatiefnemers hebben de gemeente gevraagd om in de
opstartfase in beperkte mate financiële steun te willen
verlenen. Wij stellen u voor om het met ingang van 2003
vrijkomende subsidie aan de Stichting Stedenband ad 3.335
eenmalig daarvoor beschikbaar te stellen; daarna vloeit dit
bedrag terug naar de algemene middelen.
Beleidskader voor toekomstige initiatieven
Met de nu voorgestelde beëindiging van de formele
vriendschapsband met de Russische partnerstad (eveneens
vastgelegd in het collegeprogramma), is niet gezegd dat er
in de toekomst geen enkele ruimte meer is voor nieuwe
initiatieven. Maar dan moeten ze wel passen in de
prioritering die als rode draad door het collegeprogramma
loopt, dat wil zeggen de versterking van de positie van
Leeuwarden. Voor een provinciehoofdstad van het formaat
van Leeuwarden is niet alleen van belang dat positie wordt
Blad 5
gekozen op regionaal en landsdelig niveau, maar ook dat de
stad oog heeft voor de internationale oriëntatie van de
samenleving. Daarmee kunnen kansen worden benut die de
doelen die zijn gesteld (o.a. Stadvisie) dichterbij kunnen
brengen
Aan een dergelijke, eigentijdse, benadering van
internationale samenwerking op gemeentelijke niveau moeten
nadere eisen worden gesteld. Dat zijn wat ons betreft de
volgende
het moet gaan om heldere doelstellingen en afgebakende
reikwijdte (niet alleen op de inhoud: wat willen we
bereiken, maar ook in de tijd: hoelang doen we dat);
gebaseerd op wederzijds belang;
bij voorkeur aansluiting bij bestaande initiatieven en
bij ontwikkelingen die in de eigen gemeente of in de
regio al op gang zijn gekomen (denk aan het hoger
onderwijs, het bedrijfsleven, maatschappelijke
organisaties
inzet wordt alleen geleverd als daar capaciteit voor is
en de benodigde middelen beschikbaar zijn gesteld.
Deze keuze voor een beperkte, maar scherp gedefinieerde
inzet zal als uitgangspunt gelden voor de invulling van het
gemeentelijke beleid op het gebied van internationale
betrekkingen. Het vormt tevens het kader waarbinnen aan de
portefeuilles van de betrokken collegeleden invulling wordt
gegeven
Resumerend stellen wij u voor te besluiten overeenkomstig
het bijgaande ontwerp-besluit
Leeuwarden, 10 oktober 2002.
Burgemeester en wethouders van Leeuwarden,
M. de Boer, burgemeester,
ir. Sk. A. Brouwers, secretaris.