1.3.de aard het doel en het beoonde resultaat van het stipeiild
In de raadsnota over de invoering is het stipejild omschreven als "een persoonsgebonden
budget ter ondersteuning van een trajectplan" Het volgen van een traject brengt in bepaalde
gevallen (on)kosten met zich mee voor de deelnemer waarvoor geen beroep kan worden
gedaan op een voorziening Voor een langdurig werkloze zijn extra kosten vaak
onoverkomelijk Verwacht wordtdat het "een goed instrument is om houding en gedrag van
een deelnemer positief te beïnvloeden en kleine financiële belemmeringen snel en effectief
weg te nemen" Het stipejild maakt onderdeel uit van de kosten van een trajectHet is een
vergoeding voor aantoonbare onkosten die samenhangen met het te volgen traject.
In de contracten met de rib's wordt het stipejild als volgt omschreven een geldsom in
beheer bij de opdrachtnemer (rib)om (noodzakelijke) materiële steun gerelateerd aan het
volgen van een traject aan een deelnemer te kunnen geven voorzover er geen voorliggende
voorziening beschikbaar is
Er werd voor gekozen om geen criteria vast te leggen welke kosten nu wel en niet voor
vergoeding in aanmerking komen. Juist om daarin de rib's zo vrij mogelijk te kunnen laten
handelen Het beoogde resultaat daarbij was optimale vergoeding aan de deelnemer en
volledig gebruik van de beschikbare middelen Dit laatste zou kunnen worden bevorderd via
de contractafspraken met de rib's.
Met het stipejild werd uitdrukkelijk niet beoogd extra inkomsten aan de trajectdeelnemers te
verstrekken. Het stipejild is geen inkomensondersteunende maatregel
Het doel van het stipejild is dus niet het verstrekken van een geldsbedrag aan iedere
deelnemer, maar het verstrekken van een vergoeding aan de deelnemer die
trajectgerelateerde onkosten maaktteneinde het traject zo onbelemmerd mogelijk te
doorlópen en af te maken.
1.4. de beschikbare financiële middelen
Voor stipejild werd voor het jaar 2000 (vanaf 1 september) fl 250.000,- 113.500
uitgetrokken en voor de jaren 2001 en 2002 363.000 per jaar t.l.v. de WIW middelen voor
scholing en activering Daarbij is uitgegaan van de maximaal benodigde vergoeding per jaar
voor alle trajectdeelnemers.
1.5 maximale aanwending van stipeiild
In de contracten met de rib's is voor de bepaling van het benodigde stipejild uitgegaan van het
totaal aantal gecontracteerde trajectdeelnemers maal de maximale vergoeding per persoon per
jaar. Beoogd werd immers een volledig gebruik van de beschikbare middelen.
De rib's moeten zich daarom inspannen de beschikbare middelen zo maximaal mogelijk voor
de deelnemers in te zetten
Betaling aan het rib geschiedt per voorschotten; het eerste van 40% bij afsluiting van het
contracthet volgende van 40% nadat het rib het eerste voorschot voor 80% aan stipejild voor
de deelnemers heeft besteed. Aan het einde van de looptijd van het contract vindt de eind
afrekening plaats.
-4-
2. de uitvoering van het Stipejild
2.1 .aantal reïntegratiebedrijven
Over het jaar 2000 werden met 7 rib's afspraken over het stipejild gemaakt
In 2001 werden met 6 contractspartners afspraken gemaakt en in 2002 met 4.
2.2.stipejild verstrekt aan rib's
Naar de stand van zaken per 1 juli 2002 is ten laste van de beschikbare middelen voor het jaar
2000 fl 70.000,- aan de rib's betaald ten laste van de middelen 2001 fl 330.000,-
150.000 en ten laste van de middelen 2002 22.000 ,00 NB. De trajecten ingevolge de
contracten 2002 zijn deels nog helemaal niet en deels nog maar kort in uitvoering
2.3.stipeiild uitueueven door rib's
Naar de stand per 1 juli 2002 werd uit de sub 2.2. vermelde beschikbaar gestelde middelen
2000 door de rib's een bedrag van ruim fl 25.000,- aan de deelnemers uitbetaald uit die van
2001 51.250,- en uit die van 2002 €600,00.
2.4.onkostensoorten
Uit de informatie van de rib's komt naar voren dat voor de volgende onkosten tijdens het
volgen van het traject stipejild werd verstrekt
-kleding schoeisel en persoonlijke verzorging i.v.m. sollicitatie deelname aan scholing e.d.
60%
-aanschaf, onderhoud en reparatie fiets/bromfiets en vervoerskosten i.v.m. opleiding of werk
(±15
-aanschaf computer en/of accessoires telefoon e.d. veelal in relatie tot een opleiding 5%)
-diversen zoals gereedschapskist, aanschaf ID, oppaskosten. huish.apparatuur, examenkosten
etc. 20%
2.5.simialen over knelpunten in de uitvoering
Door de rib's wordt aangegeven dat er (nagenoeg) geen knelpunten zijn. Ook administratief
wordt geen knelpunt gesignaleerd. Wel wordt steeds gewezen op flinke onderbenutting.
Ook wordt door een enkel rib vermeld dat in het uitgeven van het stipejild het "wanneer en
waarvoor" vaak moeilijk door de bemiddelaars is in te schatten. Het feit dat de cliënten er
recht op hebben maar hier "niets voor hoeven te doen" stuit ze vaak tegen de borst. Naar
aanleiding hiervan acht het rib het een verbetering als er toch selectiever qua kostensoorten)
zou worden uitbetaald. Omgekeerd ontbreekt een instrument om de deelnemer te stimuleren
tijdens traject als dit wel op zijn plaats is maar er geen onkosten worden gemaakt
Verder wordt niet zozeer als knelpuntmaar als suggestie genoemd laat de huidige
werkwijze waarbij de fase-indeling van de deelnemer fase 2/3 of 4 van invloed is op de
hoogte van het bedrag los
-5-
evaluatie stipejild 2002
evaluatie stipejildaug.2002