-1.823.1
De Raad der gemeente LEEWARDERADlBEL
Gelezen het voorstol van Burgemeester en Wethouders d.d. 17
Augustus 1950
Gelet op artikel 168 der gemeentewetj
B e s 1 u i t s
vaat te s te lien de navolgende
VERORBEHTHG met betrekking tôt het verwij-
deren, kappen, snoeien of beschadigen van bomen in de bebouw-
de kommen der dorpen in de gemeente Leeuwarderadeel.
Artikel 1.
1. Het is zonder vergunning van Burgemeester en Wethouders ver-
boden bomen, die zich op voor het publiek toegankelijke wegen of
terreinen in de bebouwde kommen bevinden of van deze af ziohtbaar
zijn, te verwij deren, te kappen, te anoeien of te beschadigen.
2. De omschrijving van "bebouwde kom" in artikel 2 der bouwveror-
dening voor deze gemeente is van toepasaing.
Artikel 2.
Het in het vorig artikel bepaalde ia niet van toepasaing op£
a. bomen, waarvoor door of vanwege het Staatsbosbeheer een lastge-
ving tôt velling is gegeven;
b. het normale snoeien van bomen, mita het opsnoeien geschiedt tôt
geen groter hoogte dan vijf meter boven de grondj
o. vruchtbomen.
Artikel 3.
Alvorens op een binnengekomen verzoek om vergunning al s in ar
tikel 1 bedoeld een bealissing te nemen, winnen Burgemeester en
Wethouders het advies in van de betrokken houtvester van het
Staatsbosbeheer.
Artikel 4.
1. Een vergunning als bedoeld in artikel 1 wordt alleen gewei-
gerd, indien naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders het
dorps- of landschapsschoon ernstig geschaad zou worden door het
verwijderen, kappen of snoeien van de betreffende boom,
2. Burgemeester en Wethouders kunnen aan de vergunning voor-
waarden verbinden in het belang van het dorps- of landschapsschoon.
Artikel 5.
Overtreding van de verbodsbepaling in artikel 1 wordt gestraft
met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van ten
hoogste driehonderd gulden.
Artikel 6.
Deze verordening treedt in werking op 1 October 1950.
Vastgesteld door de Raad voornoemd in zijn openbare vergade-
ring van 7 September 1950.
,Voorzitter.
,Secretaris.