artsendiensten. Zij staan, mocht er een d.g.d. in onze regio tôt
stand komen, samenwerking met deze dienst op contractbasis voor;
de schoolartsendienst Leeuwarden is ondergebracht bij de Gemeentelijke
Gezondheidsdienst van Leeuwarden.
In verband met deze problemen verzocht het bestuur van de afdeling
Friesland van de V.N.G. ons een gesprek met de in onze Regio betrokkenen
te beleggenDit gesprek had plaats op 3 februari 1978. De aanwezigen stondi
positief tegenover een schoolartsendienst op de leest van onze Regio.
In het overleg met Zuidwest Friesland, de Inspectie en de V.N.G.
werd afgesproken, dat zou worden gestreefd naar invoering per
1 januari 1979- Dit laatste was niet haalbaar, zodat later een uiterste
ingangsdatum is voorgesteld van 1 augustus 1979. Wi j verwijzen naar de
brief van de Geneenskundig Inspecteur van 27 oktober 1978, die voor
U ter inzage is gelegd.
In het vervolg van deze nota zal blijken, dat wij de voorkeur geven
aan invoering per 1 januari 1980.
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden waren alleen bereid het
inbrengen van de schoolartsendienst Leeuwarden in de Regio te bevorderen
onder de voorwaarde, dat er een districtsgezondheidsdienst tôt stand
zou komen. Deze voorwaarde wordt gesteld, daar de G.G.D. door een ont-
koppeling van de schoolartsendienst - de bedrijfsgeneeskundige dienst
en de indicatiecommissie zijn reeds ontkoppeld - te zeer zou worden
uitgehold om nog als dienst goed en zelfstandig te kunnen functioneren.
Principe-besluit d.g.d. en takenpakket.
De reacties van de gemeenteraden op het onder 1 bedoelde voorstel
waren positief. Aile raden spraken zich in principe uit voor de
vorming van een districtsgezondheidsdienst.
Over de invulling van een dergelijke dienst werd inhoudelijk
verschillend geoordeeld. Verwezen zij naar de ter inzage gelegde reacties.
De vraag deed zich daarom voor hoe binnen onze Regio de besluitvorming
omtrent het opzetten van een d.g.d./schoolartsendienst. op gang
gebracht moest. worden. Gelet op- de reacties en ervaringen in het
verleden leek het weinig zinvol een cyclus van uitgebreide nota's
en reacties daarop te starten. Daarom werd besloten, dat een delegatie
van de Commissie voor de gezondheidszorg een bezoek aan de Collèges
van Burgemeester en Wethouders zou brengen om te overleggen in welke
vorm een districtsgezondheidsdienst voor de gemeenten aanvaardbaar
zou kunnen zijn. Deze gesprekken werden gevoerd in de période van
13 april tôt en met 9 juni 1978.