Een voorstel tot schorsing dan wel ontslag dient schriftelijk bij het bij het bestuur van de
Vereniging van Friese Gemeenten ingediend te worden en met reden omkleed.
De voorzitter en de leden van de commissie kunnen ook zelf een voorstel om schorsing of
ontslag indienen.
Tweede lid - Plaatsvervangende leden
Tegelijkertijd met de benoeming van de vier leden en de voorzitter worden vier
plaatsvervangende leden benoemd. De commissie wijst uit haar midden een plaatsvervangend
voorzitter aan.
De inhoud van het derde lid behoeft geen nadere toelichting.
Vierde lid - Achtergrond leden en voorzitter
Om een onafhankelijke behandeling van de klachten te benadrukken en zoveel als mogelijk te
kunnen garanderen is bepaald dat de voorzitter en de leden en ook de plaatsvervangende
leden van de klachtencommissie geen deel uit mogen maken van of werkzaam mogen zijn
onder de verantwoordelijkheid van de deelnemende gemeenten of organisaties die zijn belast
met de uitvoering van de WIW en het Besluit I/D-banen.
Gemeenten moeten immers toezien dat de gevraagde prijzen voor goederen en diensten niet
concurrentieverstorend zijn. Wanneer de gemeente belangen heeft in de uitvoering van de
WIW of het Besluit I/D-banen op grond waarvan de klacht is ingediend, kan van een zuivere
afweging van de in het geding zijnde belangen bij de klacht nauwelijks sprake zijn.
De inhoud van het vijfde lid behoeft geen nadere toelichting.
Artikel 4 - De secretaris
De klachtencommissie laat zich bijstaan door een secretaris die de voorbereiding van de
klachtenbehandeling voor zijn of haar rekening neemt. Daarbij kan worden gedacht aan het
agenderen van het overleg waarbij de klacht wordt behandeld, het inwinnen van informatie
betreffende de klacht en ook het opstellen van het advies aan het college van de betrokken
gemeente. De secretaris en diens plaatsvervanger worden benoemd door het College van
Burgemeester en Wethouders van een der deelnemende gemeenten. De (plaatsvervangend)
secretaris dient een ambtenaar te zijn omdat de klachtbehandeling plaatsvindt onder
gemeentelijke regie en verantwoordelijkheid.
Het secretariaat kan per vier jaar uitgevoerd worden door een der deelnemende gemeenten.
De inhoud van de artikelen 5 tot en met 8 behoeft geen nadere toelichting.
HOOFDSTUK III - De procedure
Artikel 9 - De hoorzitting
De inhoud van het eerste en tweede lid behoeft geen nadere toelichting.
Derde lid - geen hoorzitting
Het kan voorkomen dat een der partijen bij de klacht betrokken, afziet van het hoorrecht. Het
afstand doen van het hoorrecht hoeft niet uitdrukkelijk te geschieden. Wanneer een der
partijen is opgeroepen voor de hoorzitting, maar niet komt opdagen, wordt deze afwezigheid
beschouwd als het afstand doen van het hoorrecht. De partijen kunnen ook uitdrukkelijk
afstand doen van het hoorrecht. In beide gevallen is een herroeping van het afstand doen niet
mogelijk. Het is dus niet mogelijk dat hierna op verzoek van de partij die afstand heeft gedaan
van het hoorrecht een hoorzitting plaatsvindt.