5. Maatschappelijke ondersteuning en Sociale vooraeningen
a. Regie van de Gemeente nodig
Voor maatschappelijke ondersteuning kunnen mensen een beroep doen op een hele
serie instellingen.
Voorbeelden zijn de sociale dienst, GGZ, zorgcentra, reclassering, thuiszorg,
woningbouwcorporaties, verslavingszorg, kredietbanken, maatschappelijk werk,
politie.
De gemeente moet de regie gaan voeren, zodat alle diensten goed bereikbaar zijn
en dat zij haar klanten goed bedient. Dat geldt onder andere bij de volgende
onderwerpen:
a 1. Verantwoorde spreiding van woon/zorgzones
De ouder wordende mens moet zo lang mogelijk in eigen omgeving zelfstandig
kunnen blijven wonen. Dat kan door via woon-/zorgzones voldoende zorg aan te
bieden. Hierover moeten goede afspraken worden gemaakt met zorgaanbieders.
Ook met woningcorporatie(s) moeten afspraken gemaakt worden over het
aanpassen van het bestaande woningbestand en over het realiseren van nieuwbouw
voor deze groep inwoners.
a. 2. Klantvriendelijke invoering van de wet WMO
De wet geeft de kaders aan en de gemeente moet zelf zorgen voor een passende
invulling voor de in de wet genoemde taken. De raad wil een vierjarenbeleidsplan
vaststellen, waarin de doelen worden kenbaar gemaakt,
welke activiteiten daarvoor moeten worden ondemomen en hoe de kwaliteit van de
ondersteuning wordt verzekerd. De wet spreekt zeer nadrukkelijk over
burgerparticipatie; bij het schrijven van het beleidsplan
moeten doelgroepen (clienten) en organisaties worden betrokken (mantelzorgers,
ouderenbonden, vrijwilligersorganisaties, woningcorporaties, zorgaanbieders,e.d.)
Er zal "Een Loket" moeten komen voor alle WMO diensten, waar de burgers
terecht kunnen met hun vragen en problemen op het gebied van wonen, zorg en
welzijn. De "Een Loket" functie wordt zichtbaar door middel van het houden van
een spreekuur. De dorpshuizen geven daartoe mogelijkheden; zonodig gaan
medewerkers van het loket op huisbezoek.
Vrijwilligers spelen een belangrijke rol in de samenleving, maar zijn steeds
moeilijker te vinden. Om deze reden dient de gemeente een vrijwilligersbeleid te
ontwikkelen. Zo zouden niet alleen de zorginstellingen, maar ook de vrijwilligers
en mantelzorgers voor vergoedingen WMO in aanmerking moeten komen.