f. Indiener geeft aan dat aan de besluitvorming in het bestemmingsplan "Stiens" het
vertrouwen mag worden ontleend dat er geen sprake kan en mag zijn van verdere
uitbreiding van de aanwezige bebouwing, indiener suggereert dat Poiesz en LidI wellicht
tegen elkaar aan gebouwd zouden kunnen worden. "Geen verdere uitbreiding van Poiesz en
LidI" zou ook moeten gelden voor het parkeerterrein (zienswijze punt 5.1). Verder geeft
indiener aan dat wanneer de Poiesz en LidI nog groter worden, ze zouden moeten uitkijken
naar een locatie op het bedrijventerrein (zienswijze punt 5.2).
Reactie: Het onderhavige bestemmingsplan maakt het niet mogelijk dat de panden van de
Poiesz en/of LidI worden vergroot, of tegen elkaar aan worden gebouwd. Er is
geen sprake van uitbreiding van aanwezige bebouwing, het vergroten van het
winkeloppervlak of van verplaatsen van een supermarkt naar een
bedrijventerrein. Het onderhavige bestemmingsplan staat geen bebouwing toe,
op een stalling van winkelwagens na.
g. Indiener geeft aan dat een afweging op het gebied van luchtverontreiniging in het
bestemmingsplan ontbreekt, (zienswijze punt 5.1).
Reactie: Het onderwerp luchtkwaliteit en wat daar mee samenhangt is in het
bestemmingsplan opgenomen in paragraaf 4.3 van de toelichting. In paragraaf 4.3
wordt aandacht besteed aan Wet milieubeheer, het Besluit en Regeling niet in
betekenende mate bijdragen, het Besluit gevoelige bestemmingen. Alle aspecten
van het onderwerp luchtkwaliteit zijn daarmee besproken, en geconcludeerd
wordt dat deze geen belemmering vormen voor de vaststelling van het
onderhavige bestemmingsplan.
h. Indiener geeft aan dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State een aanta
zaken heeft behandeld waarin het Programma Aanpak Stikstof (PAS) een rol speelt. Indiener
vraagt zich af of de conclusie met betrekking tot dit onderwerp, zoals verwoord in paragraaf
4.5.3. in stand kan blijven (zienswijze punt 5.2).
Reactie: Het onderwerp Ecologie is in paragraaf 4.6 van de toelichting van het
bestemmingsplan besproken. Zowel gebiedsbescherming als soortenbescherming
zijn daar aan de orde, gevolgd door een conclusie. Het PAS is hier niet aan de
orde. De conclusie die in paragraaf 4.6.3. wordt getrokken, kan daarom in stand
blijven en vormt geen belemmering voor de vaststelling van het onderhavige
bestemmingsplan.
6