gemeente zal Immers niet of nauwelijks meer toezicht gaan houden op de nieuw te vormen stichting,
hetgeen de rol die de gemeente Leeuwarden speelt in het besluitvormingsproces tot een zeer
belangrijke en ook bijzonder logische maakt. Bovendien is afstemming met het college van B&W van
Leeuwarden voorgeschreven op grond van het besluit 'Arhi toezicht als gevolg van vaststelling
herindelingsontwerp' van gedeputeerde staten van Fryslan van 18 november 2015.
Het is niet aan Fier en Radius om eenzijdig te bepalen op welke wijze een gemeenteraad toezicht
houdt op hen, maar het is juist aan de gemeenteraad om dit eenzijdig te bepalen, anders zou ook
geen sprake zijn van een publiekrechtelijke bevoegdheid. Het primaat van de toezichthoudende rol
en de wijze waarop die wordt uitgevoerd, ligt bij de gemeenteraad van de toezichthoudende
gemeente. Aangezien Fier en Radius in het geval van een fusie drie scholen binnen de grenzen van de
gemeente Leeuwarden hebben, is het aan hen om met de gemeente Leeuwarden (liefst) tot
afspraken te komen over het te hanteren toezichtkader, dan wel het toezichtkader van de gemeente
Leeuwarden te accepteren. Een instemmend besluit van de gemeenteraad, zou als gevolg hebben
dat de gemeente Leeuwarden na 1 januari 2018 wordt geconfronteerd met de verantwoordelijkheid
voor drie basisscholen, zonder dat zij het aan die verantwoordelijkheid gekoppelde benodigde
toezicht kan uitoefenen op de door haar gewenste wijze.
Het door Fier en Radius in de conceptstatuten opgenomen toezichtkader, betreft het 'Convenant
uitoefening toezicht stichting openbaar onderwijs'. Desgevraagd hebben Fier en Radius dit
convenant bij dagvaarding van 28 juli 2017 overgelegd. Het blijkt een convenant uit het voorjaar van
2009 te zijn, tussen de gemeenten Ferwerderadiel, het Bildt, Leeuwarderadeel en Menameradiel in
het kader van het gemeentelijk samenwerkingsverband Middelseegemeenten. Wij hebben dit
convenant voorgelegd aan het college van B&W van Leeuwarden, die bij brief van 13 september
2017 heeft aangegeven deze wijze van toezicht onvoldoende te vinden en de conceptstatuten (ook)
om die reden onacceptabel te vinden. Het convenant wijkt af van het gebruikelijke door de
gemeenteraad van Leeuwarden te hanteren toezichtkader.
Fier en Radius kunnen een bezwaarschrift indienen tegen het besluit van de gemeenteraad om niet
in te stemmen met de statuten. In het kader van de te maken volledige heroverweging in bezwaar
kan een door Fier en Radius voorgestelde wijziging van het toezichtkader worden meegewogen bij de
totstandkoming van de beslissing op het bezwaarschrift van Fier en Radius. De kans is groot dat die
beslissing op het bezwaarschrift uiteindelijk wordt genomen na 1 januari 2018, zodat de
gemeenteraad van Leeuwarden daarin het laatste woord heeft.
3. Onvolledige en onduidelijke aanvraag
Bij brieven van 17 mei 2017, 28 juni 2017 en 24 juli 2017 van onze zijde en 24 mei 2017 van de het
college van B&W van Leeuwarden is nadere informatie opgevraagd over de inhoud van de
conceptstatuten. Pas bij dagvaarding in kort geding van 28 juli 2017 reageren Fier en Radius daar
(deels) op. Met name de voordracht van leden voor het nieuw te vormen bestuur en de procedure
tot benoeming van leden van het algemeen en dagelijks bestuur, zoals omschreven in de
conceptstatuten, roept vragen op. Volgens Fier en Radius volstaat artikel 9 uit de conceptstatuten,
dat luidt:
"De Raad benoemt op bindende voordracht van het toezichthoudende deel van het algemeen bestuur
één of meer leden uit het algemeen bestuur tot lid van het dagelijks bestuur
Dit biedt de gemeenteraad echter geen houvast. In artikel 8 van de conceptstatuten staat immers dat
twee of drie leden van het algemeen bestuur op bindende voordracht van de gemeenschappelijke
medezeggenschapsraad worden benoemd. Daar heeft de gemeente aldus geen invloed op.
Vervolgens is een deel van het algemeen bestuur kennelijk 'toezichthoudend', waarbij het de vraag is
welk deel dat is, om vervolgens dat toezichthoudende deel eveneens een bindende voordracht uit te