72
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN.
Zitting van Maandag den 7 Junij 1869.
VERSLAG van het verhandelde ter buitengewone
vergadering van den Gemeenteraad te
Leeuwarden, op Maandag den 7 Junij
1869, 's namiddags te 5'/2 ure.
Tegenwoordig 17 leden.
Afwezig de heeren iiengcrsDuparcOosterholï en van
Sloterdijck.
Voorzitter de heer D. Zeper, die de vergadering op het daar
voor bepaalde tijdstip opent.
1. Aan de orde is de voortzcttting der behandeling van het
verslag der commissie van rapporteurs uit de sectiën, betrekkelijk
het kohier der plaatselijke direete belasting op liet inkomen, ten
behoeve der gemeente, voor het dienstjaar 1869, en van de te-
geu dat kohier ingekomen bezwaarschriften.
De Voorzitter het noodig keurende dat te dien einde de
openbare vergadering worde geschorst en tot het houden eener
beslotenc zitting de deuren worden gesloten, is hiertoe over
gegaan.
Na het eindigen der beslotene vergadering is de openbare
heropend, doch, uithoofde geene werkzaamheden ineer aan de
orde waren, onmiddellijk daarna gesloten.
jtF,-
GEMEENTERAAD TE LEEUWARDEN.
Zitting van Donderdag den 10 Junij 1869.
73
VERSLAG van het verhandelde ter vergadering
van den Gemeenteraad te Leeuwarden,
op Donderdag den 10 Junij 1869.
Aanvankelijk 14, later 17 leden tegenwoordig.
Afwezig de heeren Hommes, Oosterhoff, Jongsma en Suringar,
Voorzitter de heer D. Zeper, die de vergadering op het daar
voor bepaalde tijdstip opent en te kennen geeft, van de heeren
Hommes en Oosterhoff mededeeling te hebben ontvangen, dat zij,
de eerste wegens beroepsbezigheden en laatstgemelde ter zake
afwezigheid uit de gemeeute, verhinderd zijn deze vergadering
bij te wonen.
1. Is gelezen en onveranderd vestgesteld het genotuleerde van
het verhandelde ter vergadering van den 27 Mei jl.
2. De Voorzitter brengt ter tafel drie ontwerp-besluiten tot
het doen van af- en overschrijvingen van- en op sommige posten
der begrooting van uitgaaf dezer gemeente, dienst 1868.
Ter visie, om in eene volgende vergadering te worden be
handeld.
3. Is ter tafel gebragt eene door Burgemeester en Wethouders,
in overleg met den districts-schoolopziener en den betrokken
hoofdonderwijzer, opgemaakte voordragt, tot benoeming van een
hulponderwijzer op eene jaarwedde van vijfhonderd gulden, teu
einde als zoodanig voorloopig werkzaam te zijn in de armen
school no. 1 alhier.
Bij die voordragt worden aanbevolen
Bruno Laverman, hulponderwijzer te Harlingen,
Adolf Siekman Leeuwarden en
Bertus Smits Mildam.
Ter visie, om in eene volgende vergadering tot de benoeming
over te gaan.
4. Is ter tafel gebragt en gelezen een adres van C. M. Saint
Martin, dd, 31 Mei jl., houdende kennisgeving, dat hij deze
gemeente met der woon verlaat, waarom hij verzoekt, dat aan
hem afschrijving van zijn aanslag in de direete belasting op het
inkomen moge worden verleend, voor die maanden welke hij niet
in deze gemeente zal doorbrengen.
In handen van B. en W., ten line van beschikking.
5. De Voorzitter deelt der vergadering mede
lo. dat bij resolutie van heeren Gedeputeerde Staten dezer
provincie, dd. 28 Mei jl. No. 7, i9 goedgekeurd, de bij raads
besluit van 13 Mei te voren, voorloopig goedgekeurde nadere
suppletoire begrooting van de dienstdoende schutterij dezer ge
meente, voor het dienstjaar 1868.
2o. dat bij resolutie van evengemeld collegie, dd. 3 Junij jl.
No. 1, is goedgekeurd, het Raadsbesluit van 27 Mei 1869 No.
lla/J2, tot wijziging van de gemeentebegrooting, dienst 1869.
Aangenomen voor notificatie.
6. I)e Voorzitter deelt aan de vergadering mede, dat door
de plaatselijke schoolcommissie in deze gemeente, bij missive van
den 27 Mei jl. No. 3405, zijn opgegeven de dagen en uren
waarop in de maand Julij aanstaande de jaarlijksche examens aan
de verschillende openbare scholen zullen worden gehouden en
stelt naar aanleiding daarvan voor, eene commissie van vijf le
den uit deze vergadering, tot bijwoning dier examens, te benoemen.
Dienovereenkomstig besloten zijnde, worden, op verlangen der
vergadering, door den Voorzitter als zoodanig aangewezen de,
volgens de daarvan bestaande rooster, aan de beurt zijnde leden,
de heeren van Eijsinga, Wijbrandi, de Haan, de With en Attema.
7. De Voorzitter deelt mede, dat -.
lo. op 2 Junij jl. is aanbesteed, het maken van riolen en
zinkputten bij den kavalleriestal en op het Jacobijner kerkhof,
in twee perceelen, waarvan aannemer is geworden Antonius Jo-
Bijvoegsel tot de Provinciale Friesche Courant.
sephus Feddema, en wel van het le perceel, voor f 968 en van
het 2e perceel, voor ƒ1212.
2o. bij de op den 9 dezer gehoudene herbesteding van het
leveren en stellen van meubelen in het lokaal der burger dag
en avondschool, aannemer is geworden Egbert Koelofs Kuipers
te Hecrenveen, voor ƒ3348.
Aangenomen voor notificatie.
8. De Voorzitter geeft te kennen, dat Burgemeester en Wet
houders gereed zijn te antwoorden op de interpellatie van den
heer van Sloterdijck, aangaande de demping van de gracht ach
ter het Hof, doch, aangezien dat geachte lid nog niet ter ver
gadering aanwezig is, stelt hij voor met het te geven antwoord
tot de komst van dien heer te wachten.
De heer Plantenga acht het wenschelijk dat reeds dadelijk
daartoe worde overgegaan.
De heer Bloembergen geeft te kennen, dat van den heer van
Sloterdijck geen berigt is ingekomen dat hij deze vergadering
niet kan bijwonen, waarom het meer dan waarschijnlijk is dat hij
gedurende de behandeling van andere aan de orde zijnde zaken
ter vergadering verschijnt.
De Voorzitter zegt hierop, dat hij, alléén met het oog op
de mogelijkheid dat de heer van Sloterdijck ter vergadering ver
schijnt, heeft voorgesteld, met liet doen der betrekkelijke mede-
deelingen te wachten mogt hij evenwel niet verschijnen, dan zal
bij het einde der vergadering daartoe worden overgegaan.
Nadat de heer Plantenga verklaard had, alsnu geene bezwa
ren meer te hebben, wordt op voorstel van den Voorzitter be
sloten, voorloopig met het doen der mededeeling te wachten.
9. Aan de orde is, de verdere behandeling van het kohier
der directe belasting op het inkomen ten behoeve dezer gemeente,
voor de dienst 1869 en van de daartegen ingekomen bezwaar
schriften.
De Voorzitter het noodig achtende, dat voor die behandeling
de openbare vergadering worde geschorst en tot het houden eener
beslotene zitting de deuren worden gesloten, is daartoe overgegaan.
Na het eindigen der beslotene vergadering is de openbare her
opend en voortgezet.
10. Alsnu wordt door den Voorzitter, namens Burgemeester
en Wethouders, in antwoord op de door den heer mr. J. L. van
Sloterdijck, in de Raadsvergadering van den 27 Mei jl., aan dat
collegie gedane vragen aar,gaande de voorgenomen demping van
de gracht, loopende van de Wijde Gasthuissteeg tot aan de
Langepijp, het volgende medegedeeld
„Nadat, zooals bij de behandeling van de gemeentebegrooting,
voor de dienst van 1869^ aan den Raad is medegedeeld, do
eigenaars der aan de te dempen gracht grenzende erven, in de
gelegenheid wareu gesteld hunne bezwaren tegen die demping tc
doen kennen en daaraan door sommigen was voldaan, ontvingen
Burgemeester en Wethouders korten tijd na de vaststelling der
gemelde begrooting, van den architect de van hem gevraagde
situatie-teekening der bedoelde gracht en van de daaraan gele
gen erven.
Die teekening en bijlagen benevens de vorenbedoelde bezwaar
schriften, zijn daarop in de allereerste dagen van 1869 in han
den gesteld van de Raadscommissie voor openbare werken, met
verzoek een aan den Raad in te dienen plan van uitvoering der
voorgenomen demping te willen voorbereiden, speciaal ook met
het oog op de wenschelijkheid of noodzakelijkheid, om den uit
de demping voortkomenden grond of gedeelten daarvan, al of
niet aan de openbare dienst te onttrekken.
Naar aanleiding daarvan werd in de maand Februarij bij 't col
legie van Dagelijksch Bestuur een plan van demping ontvangen,
21