i
Verslag der handelingen van den gcmeenteraa
Vergadering van Donderdag 22 Februarij 1877.
Tegenwoordig 18 ledenafwezig de heeren mr. J. L. van
SloterdijckJ. J. Kuipers en J. J. Brunger, allen met ken
nisgeving.
Voorzitter de heer burgemeester.
I. Do notulen van het verhandelde in de vcrige zitting wor
den gelezen en goedgekeurd.
II. Do heer Rengers brengt, namens de daartoe in de
vergadering van den 25 January 1877 benoemde commissie
rapport uit omtrent eeno door heeren gedeputeerde staten voor
gestelde wijziging in de verordening op de heffing van water-
kaai- en walgeld in de gemeente Leeuwarden.
De conclusie van het rapport strekt om te besluiten:
1°. aan heeren gedeputeerde staten van Frieslandter vol
doening aan de uitnoodiging vervat in hunne resolutie van 18
January 1877, te kennen te geven dat deze raad, ofschoon
niet van oordeel dat de heffing van vaart-kade- en walgclden
van schepen liggende aan particuliere wallen op liet Vlietin
strijd zoude zijn met de wet, toch op gronden van billijkheid
eeiie vermindering van het tarief wenscht toe te passen op de
belastingschuldigen, die enkel van zoodanige particuliere wal
len gebruik maken..
2°. Burgemeester en wethouders uit te noodigen om den raad
een voorstel tot herziening der verordening op het heffen cencr
belasting voor het gebruik van waterenkaden en wallen in
deze gemeente aan te biedenwaarin het beginsel van eene
verminderde heffing van de schependie geen gebruik maken
van de gemeentelijke wallen mede behoort te worden opgenomen.
Het rapport zal worden gedrukt, in de bijlagen tot het ver
slag van 's raads handelingen om te worden behandeld in eeno
volgende vergadering.
III. Wordt ter tafel gebragt:
1. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot onder-
handsche verhuring der tolgaarder woning aan den kunstweg naar
de Bontekoe.
Tengevolge van de opheffing der beide tollen op den kunst
weg van Leeuwarden naar Hijum en de daarmede in verband
staande ontscheiding van den massalen eigendom van den opstal
der twee tolgaarderswoningen op dien weg heeft de gemeente
Leeuwarden met 12 Mei 1877 de vrije beschikking over de tol
gaarders woning bij gabel no. 1.
Daar nu burgemeester en wethouders voorshands geene an
dere bestemming aan dat perceel weten te geven en de tegen
woordige pachter verzocht heeft bedoelde woning na 12 Mei
1877 voor één jaar onderhands te hurenstellen zij voor om
voorbehoudens goedkeuring van heeren gedeputeerde staten der
provincie Frieslandte besluiten aan Jacobus Radersmatol-
pachter alhier, met ingang van den 12 Mei 1877 voor den tijd
van één jaar onderhands te verhuren het nu reeds door hem
bewoonde huis met bijbehoorende grond, aan den kunstweg
naar Stiens en zulks tegen eene huurwaarde van f 104 en ver
der op voorwaarden door burgemeester en wethouders nader
vast te stellen.
2. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een ver
zoek van den hidpondenvijzer R. E. Rommcrts om eervol ontslag.
De conclusie van het voorstel strekt om te besluiten aan II.
E. Rommerts een eervol ontslag te verleenen uit de betrekking
van hulponderwijzer aan de gemeenteschool no. 7 alhierin te
gaan den 15 Maart 1877.
3. Een voorstel van burgemeester en uithouders geleidende ter
vaststelling een besluit tot intrekking der verordening op het beurt-
veer tusschcn BeetsterzwaagBeets en Leeuwarden.
In de raadsvergadering van den 17 Augustus 1876 werd de
wenschelykheid uitgesproken om de verordening op het beurt-
Bijvoeosel bkiioorknde bij de Leeuwarder Courant.
I te Leeuwarden, van den 22 Februarij 1877. 15
veer van Smalle EeBeetsterzwaag, Beets, Olterterp, Eoorn-
bergum en Kortchcmmen naar Leeuwarden in te trekken en
eene verordening voor een beurtveer van Smalle EeBoorn-
bergum en Kortehemmen op Leeuwarden vast tc stellen.
De magtiging aan de betrokken gemeentebesturen om deze
zaak te regelen werd verleend bij besluit van heeren gedepu
teerde staten van Friesland, van den 14 November 1876.
Naar aanleiding daarvan leggen burgemeester en ■wethouders
over een door de raden der gemeenten Smallingerland en Op-
stcrland vastgesteld gemeenschappelijk besluit tot intrekking der
verordening voornoemd, met voorstel dat de raad der gemeente
Leeuwarden mede zijne goedkeuring aan dat besluit hechte.
4. Een voorstel van burgemeester en weihouders op een nader
adres van de Koninklijke Nederlandschc Grofsmederij te Leiden
om kwijtschelding van beloopcn boete.
(Zie over den inhoud van het adres het raadsverelag van 14
December 1876, onder no. 11).
Burgemeester en wethouders hebben omtrent de beweringen
van adressant het advies ingewonnen van den directeur der ge
meentewerken eu daaruit blijkt dat de steenkussens niet ver
keerd zjjn geplaatst, maar dat de vertraging in de afwerking
der brug een gevolg was van de onnaauwkeurige aanbrenging
van de opzetrollen en dat de vervanging van de gebroken ba-
lusters door nieuwe 29 dagen heeft geëischt, doch dat dit geen
invloed heeft uitgeoefend op de finale oplevering der brugom
dat de nieuwe balusters reeds den 8 April 1876 waren aange-
bragtterwijl de verbetering van het opzettoestel eerst den 28
dier maand was geëindigd.
Onder overlegging van dat advies stellen burgemeester en
wethouders alsnu yooi* om te besluiten aan de adressante tc
kennen te gevendat de raad na ingewonnen adviezen geene
termen heeft gevonden op zijn eens genomen besluit terug te
komen.
5. Een voorstel van den burgemeester tot beschikbaarstelling
eener som van f 400 voor buitengewone politiekostenin verband
met de alhier te houden historische tentoonstelling.
De historische tentoonstellingwelke gedurende den zomer
van 1877 in deze gemeente zal plaats hebbengectt ongetwij
feld aanleiding tot eene verzameling van zeer vele kostbare
voorwerpen in het koninklijk palcis alhierdie eene buitenge
wone bewaking vereischen, zoowel tegen brandgevaar als tej^en
ontvreemdingdoor de commissie voor die tentoonstelling
tot medewerking aangezocht, heeft de burgemeester de toezeg
ging gedaan omdoor maatregelen te nemen in overleg met
den commissaris van politie, daarvoor zooveel mogelijk zorg tc
dragen.
Aangezien het gewoon personeel der politie daarvoor niet toe
reikend zal zijn en dus de dienaren der 4e klasse meer dienst
zullen moeten doenzoo zullen de op de begrooting uitgetrok
ken kosten voor politie eenige Ycrhooging dienen tc ondergaan.
De buitengewone kosten zijn begroot op f 800, waarvan de
helft zal worden gehoed door de commissie.
In de overtuiging dat deze tentoonstelling een grooten toe
vloed van vreemdelingen herwaarts zal trekken, waaruit voor
vele ingezetenen belangrijke voordeelen zullen ontstaan en op
grond dat deze zaak tot stand komt zonder eenige subsidie of
waarborg van gemeentewegestelt de burgemeester voor om te
besluiten de som op de begrooting voor 1877 beschikbaar ge
steld voor kosten van politie te versterken met f 400.
6. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot het instel
len van een onderzoek naar den toestand van den Nieuwe Toren.
Burgemeester en wethouders declen hierin niededat de heer
J. Cr. Kuipers, papierfabrikant, en nog achttien andere ingeze
tenen den heer burgemeester dezer gemeente bij dcurwaarders-
exploit hebben te kennen gegevendat de Nieuwe Toren zich
sints ettelijke jaren in een buitengewoon slechten toestand be-
4