Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwardenvan den 8 Maart 1877. terwijl als gevolg daarvan eerst het kon vent Nes en later de provincie Friesland met het beheer en onderhoud dier werken belast bleef. Aan burgemeester en wethouders komt het wenschelijk voor dat, aan dien toestand een einde worde gemaakt, dat de voor deden worden gebragt ten bate van het bestuurdat met het beheer en onderhoud is belast. Voor den afstand van de regten der gemeente Leeuwarden op de heffingzouden burgemeester en wethouders van den staat der Nederlanden wensehen te ontvangen eene som in eens, nagenoeg gelijk staande met de gemiddelde opbrengst der gehe ven tolgedurende het laatst verloopen negenjarig tijdvakge kapitaliseerd naar den penning twintig. Deze gemiddelde opbrengst bedraagt ƒ570.33 en vertegen woordigt berekend tegen den penning twintig een kapitaal van ƒ11,400. Burgemeester en wethouders hebben op grond van het voren staande de eer voor te stellen om te besluitenaan den heer commissaris des konings in de provincie Friesland te berigten, dat de raad genegen is de regten dezer gemeente op de inkom sten der Nesserzijl en bijbehoorende brug aan den staat over te dragen voor eene som van 11,400. 4. Eene aanbeveling van burgemeester en icethouders tot be noeming van eene stads vroedvrouw te Leeuwarden. Hierop zijn geplaatst a. Sjoukje van der Zeeen b. Janke Postmageboren Spoelstra, beide te Leeuwarden 5. Voordragt ter benoeming van een hulponderwijzer aan een der gemeentescholen. Jan Christiaan Boijenga te Tjerk werd komt hierop alleen voor als zijnde de eenige sollicitant. Al deze stukken worden ter inzage van de leden gelegdom te worden behandeld in eene volgende vergadering. 6. De rekening en verantwoording van voogden van het nieuwe stads weeshuis over die instellingdienst 1876. Deze stukken worden met de noodige bescheiden ten fine van onderzoek en rapport gesteld in handen eener commissiebe staande uit de heeren "WiersmaPlantenga en Kuipers. 7. Een adres van Cornells Plet en 97 anderenhoudende be zwaren tegen de voorstellen betreffende de stichting van een ge bouw voor beurs en waag op den voor matigen Wirdumerpoorts dwinger. Dit adreswoordelijk gelijk aan datopgenomen in de Leeu warder Courant van den 25 February 11., zal gelegd worden bij de stukken waarop het betrekking heeft. 8. Adres van D. Tigler Wijbrandi en 24 anderenhoudende bezwaren t'gen de voorgestelde wijziging der verordening op hel wegen en meten van granen. Het adres is van den volgenden inhoud „Ondergeteekendenallen graanhandelarendie geregeld al hier de beurs bezoeken, geven met verschuldigden eerbied te kennendat zij zoowel uit het verslag van de kamer van koop handel als uit het verslag uwer zitting, dd. 22 February 11., met leedwezen hebben vernomen dat er plan bestaatten min ste een voorstel aan u door burgemeester en wethouders dezer gemeente is gedaan om alinea 2 van artikel 13 van de veror dening op het wogen en meten van granen in te trekkenhet welk aldus luidt: „het meten en wegen van granen en zaden en peulvruchten voor zoover niet gestort, mag niet anders ge schieden dan indien zij in zakken van 100 en 50 liter inhoud zijn aangevoerd. Ondergeteekenden kunnen niet begrijpen waarom dit geschie den moet; te meer daar niet gebleken' is dat deze bepaling niet uit te voeren is, omdat, naar hunne bescheiden meening nooit ernstige pogingen^zijn aangewend om dit te beproeven. Zij vermeenen van oordeel te zijn dat deze bepaling van kracht moet blijven omdat zij voor de regelmatigheid in den handel met onze naburige provinciën wenschelijk is en zijn overtuigd, dat indien dadelijk op den eersten marktdag, dat bovengemelde verordening in werking trad aan deze bepalingen de hand ware gehoudenhet <*eene moeijolijkheden van eenig belang zoude hebben opgeleverddaar iedereen er op was voor bereid. De aanvoerders wilden echter gemakshalve nog eens de proef nemen met 3/4 hectoliters. Wij weten dat er dien dag partijen in hectoliterzakken zijn aangevoerd door kooplieden die anders altijd in 3/4 zakken aan voeren. Zij achten het echter niet raadzaam om nu terwijl de grootste aanvoeren van granen enz. zijn, op eens dit artikel te handhaven, maar geven als hunne bescheiden meening te ken nen dat het wenschelijk zoude zijn met den 1 Juli, de tijd der kleinste aanvoerenmet de toepassing der bepaling te beginnen nadat hiervanbijv. van nu af aanafkondigingen in de Leeu warder Couranten zijn gedaan. Ten slotte zijn zij zoo vrij U mede te deelen dat zij het wenschelijk achten dat aan eene commissie van drie deskundi gen uit uw midden of uit den handel door burgemeester en wethouders te benoemenwordt opgedragen om dit artikel te handhavenaangezien zij vermeenen die meer met deze zaak bekend zijn dan burgemeester en wethoudersaan wien nu het toezigt is opgedragen. Redenen waarom ondergeteekenden de vrijheid nemen u in overweging te geven 1°. al. 2 van art. 13 van de verordening op het wegen en meten van granen enz. te handhaven van af 1 July a. s.en 2°. te bepalen dat door burgemeester en wethouders telken jare eene commissie uit den raad of uit den handel worde be noemd om op deze bepaling toe te zien." Dit adres zal bij het betrekkelijk voorstel ter inzage worden gelegd. 9. Een verzoekschrift van II. Drijfhout om verbetering en verlichting van de Romkeslaan. Aangezien dit stuk niet overeenkomstig de wet van zegel is voorzien wordt het ter zijde gelegd. 10. liet verslag van de plaatselijke schoolcommissie over den toestand van het lager ondenvijs in 1876. Dit verslag wordt ter inzage van de leden gelegd. Y. Wordt medegedeeld 1. Dat door de sectiën van den raad zijn benoemd tot rap porteurs over het voorstel betrelfende de stichting van een ge bouw voor beurs en waag de heeren mr. J. L. van Sloterdijck, J. J. Kuipers en mr. H. Wiersma en over dat betreffende de stichting van een harmoniegebouw de heeren mr. J. DirksJ. J. Kuipers en F. Plantenga. 2. Dat door burgemeester en wethouders is aanbesteed het maken eener rij brug over de Lijkvaart en dat dit is gegund aan Johannes Dokter alhier voor de som van ƒ2994. YI. Wordt overgegaan tot de behandeling van de op den oproepingbrief vermelde punten. 1. Voorstel van burgemeester en wethouders tot onderhandsche verhuring der tolgaarderswoning aan den kunstweg naar de Bontekoe. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten om voorbehoudens goedkeuring van heeren gedeputeerde staten der provincie Friesland aan Jacobus Radersma, tolpachter alhier, met ingang van den 12 Mei 1877 voor den tijd van één jaar onderhands te verhuren het nu reeds door hem bewoonde huis met bijbehoorenden grond aan den kunstweg naar Stiens en zulks tegen eene huursom van 104 en verder op voorwaarden door burgemeester en wethouders nader vast te stellen. Verslag der handelingen van den gemeenteraad tc Leeuwarden, van den 8 Maart 1877. 23 2. Een voorstel v in burgemeester en wethouders op een verzoek van den hulponderwijzer It. E. Rommcrts om eervol ontslag. Overeenkomstig de conclusie van het voorstel wordt besloten aan R. E. Rommcrts een eervol ontslag te verloenen uit de betrekking van hulponderwijzer aan de gemeenteschool no. 7 alhierin te gaan den 15 Maart 1877. 3. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot intrekking der verordening op het beurtveer tusschen BeetsterzwaagBeets en Leeuwarden. Zonder discussie en hoofdelijke stemming besluit de raad zijne goedkeuring te hechten aan de besluiten van de raden der ge meenten Smallingerland en Opsterland tot intrekking der ver ordening op het beurtveer tusschen Smalle EeBeetsterzwaag, Beets enz. en Leeuwarden. 4. Een voorstel van den burgemeester tot beschikbaar stelling eener som van f 400 voor buitengewone politiekostenin verband m.et de alhier te houden historische tentoonstelling. Conform de conclusie van het voorstel wordt besloten de som op hoofdstuk YI afd. Ill, art. 1der begrooting voor 1877 be schikbaar gesteld voor kosten van politie te verhoogen met 400. 5. Benoeming van een lid der commissie van bestuur over het stads ziekenhuis. De uitslag dor stemming is dat met algemeene stemmen als zoodanig wordt herbenoemd de heer dr. J. M. Baart de la Faille. 6. Benoeming van vier leden der commissie voor de gasfabriek. De uitslag der ten dezen gehoudene stemming is dat als zoo danig worden herbenoemd de heerenA. Duparc J. J. Brun- ger, J. J. Bruinsma en mr. E. Attema, terwijl door burge meester en wethouders tot voorzitter dier commissie de heer E. Bloembergen is aangewezen. 7. Benoeming van vier leden der commissie voor het stedelijk muziekkorps. De aftredende leden de heeren mr. H. Wiersmadr. J. Baart de la Faille, mr. J. L. van Sloterdijck en G. T. N. Suringar worden herbenoemd, zijnde de wethouder J. J. Bruinsma tot voorzitter dier commissie aangewezen. 8. Vernieuwing der sectiën van den raad. Blijkens de gehoudene loting zullen van Maart tot Septem ber 1877 behooren tot do le sectie de heeren mr. J. L. van Sloterdijck, C. Tigler Wijbrandi, inr. J. Dirks, mr. J. Min- nema clo With, A. Duparc en dr. J. Baart de la Faille, voorzit ter de wethouder J. J. Bruinsma2e sectie de heerenG. T. N. Suringar, jhr. mr. C. van Eijsinga, G. H. Hommes, mr. E. Jon»sma, mr. H. Wiersma en S. T. Bakker, voorzitter de wet houder mr. W. J. van Weideren baron Rengers3e sectie de heeren J. J. Brungermr. C. W. A. BumaF. Plantenga J. J. Kuipersmr. E. Attema en mr. P. D. Kijmmellvoor zitter de wethouder E. Bloembergen. 9. Regeling der rangorde van zitting van de raadsleden ter vergadering. De plaatsen nos. 12 en 3 zijn van de wethoudersen wor den door het lot aangewezen de plaats No. 4 aan den heer Duparc. 5 Jongama. 6 Brunger. 7 „de With. 8 Plantenga. 9 van Sloterdijck, 10 Kijmmell. 11 Wiersma. 12 Kuipers. 13 Wijbrandi. 14 Attema. No. 15 aan den heer Dirks. 16 Buma. 17 van Eijsinga. 18 de la Faille. 19 Bakker. 20 Hommes. 21 Suringar. 10. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot het. ni stellen van een onderzoek door deskundigen naar den toestand van den Nieuwe Toren. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten a. Een onderzoek naar den toestand van don Nieuwe Toren te doen instellen door eene eommissie van drie deskundigen waarvan de directeur der gemeentewerken deel zal uitmaken terwijl de twee anderen door burgemeester en wethouders zul len worden benoemd b. van het resultaat van het sub a bedoeld onderzoek aan den raad mededeeling te doen ten einde naar aanleiding daar van een besluit te nemen. 11. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een nader adres van de Koninklijke Nederlandsche grofsmederij om kwijt schelding van beloopen boete. De heer Bloembergen verklaart dat hij de vorige maal niet heeft medegewerkt tot het nemen der afwijzende beschik king, doch thans voor dit voorstel zal stemmen op grond dat het hem bij nader onderzoek gebleken is dat er tot de kwijt schelding der boete geene voldoende termen bestaan. De heer Plantenga constateert dat hij de vorige maal een der weinigen is geweest die vóór het verleenen der kwijtschel ding gestemd hebbentoen heeft hij die stem niet gemotiveerd omdat hij zich geheel met de gronden door burgemeester en wethouders aangevoerd en met het advies van den directeur der gemeentewerken koude vereenigen. Sints is hij niet van opinie veranderd en zal dus tegen dit voorstel stemmen, om op een aanneraingsom van f 14,300 eene boete van ƒ4300 toe te passen kan hij niet overeenbrengen met de regelen van billijkheid, en zou hij veel liever die som tot op 1000 zien teruggebragt. De heer Bruinsma zal om dezelfde redenon als door den heer Bloembergen zijn aangevoerd voor dit voorstel zijn stem uitbrengen. Het voorstel in stemming gebragt wordt aangenomen met 18 stemmen tegen 1 die van den heer Plantengaen alzoo be sloten aan de adressante te kennen te geven dat de raad na ingewonnen adviezen geene termen heeft gevonden om op zijn eens genomen besluit terug te komen. 12. Rapport en voorstel van de verordent ngs- commissie tot her ziening en geldigverklaring van strafverordeningen. Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt alsuu vastge steld navolgende VERORDENINGr houdencle geldigverklaring van bestaande verordeningon tegen wier ovortre- ding straf is bedreigd. De raad der gemeente Leeuwarden. Gezien art. 178 der wet van 29 Junij 1851 (Staatsblad no. 8a) Herzien de plaatselijke verordeningen dezer gemeentetegen wier overtreding straf is bedreigd Besluit a. Te verklaren, dat nog gelden de volgende plaatselijke verordeningen 1. Yerordening, houdende een wijk-reglomcnt voor do ge meente Leeuwardenvastgesteld bij raadsbesluit van den 29 Junjj 1854, afgekondigd den 31 Jul ij 1854. 2. Yerordening, regelende de inrigting, het gebruik en de politie van de openbare waag der gemeente Leeuwardenvast-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1877 | | pagina 2