!54 Verslag der handelingen van den gemeentere
Vergadering van Zaturdag 15 December 1877.
Tegenwoordig 12 leden, afwezig de lieeren liuma, Wierama
en Plantenga met en de heeren Hakker, do With, Hommes,
de la haule, Brunger en Kuipers zonder kennisgeving.
V oorzitter de heer mr. W. J. v. W. baron Rengers.
Do notulen van de vorige op 13 December jl. gehouden ver
gadering gelezen en goedgekeurd zijnde, wordt medegedeeld,
(lat burgemeester en wethouders in eene heden gehouden ver
gadering besloten hebben, de exploitatie van den prinsentuin
gedurende den tijd van 5 jaar in pacht toe te staan aan de
heeren R Bloembergen Ez.G. Gratama, J. Reerink Dz. en
V j voor eene jaarlijksche pachtsom van ƒ3505.
Voor deze verpachting waren vijf inschrijvingen ingekomen.
V order wordt aan de orde gesteldhet door den heer Duparc
ingediende amendement op het voorstel van burgemeester en
wethoudersomtrent de te geven benaming aan de nieuwe
school voor lager onderwijsover welk amendement in de vorige
vergadering de stemmen hebben gestaakt.
ld te Leeuwarden, van den 15 December 1877.
Dit amendement, strekkende de tegenwoordige gemeente
scholen nos. 23 en 4 te nummeren 12 en 3 en aan de
nieuwe school te geven no. 4geeft geen aanleiding tot discus
sie. In stemming gebragtblijkt hetdat gelijk getal leden
zi3h voor als tegen verklaren en alzoo nogmaals de stemmen
over dit amendement staken. Voor stemden de heeren Suringar,
Duparc, v. Eijsinga, Dirks, v. Sloterdijck enWijbrandi, tegen
de heeren Troelstra, Bloembergen, Bruinsma, Rengers, Attema
en Kijmmell.
Het amendement Duparc wordt, met het oog op de laatste
alinea van art. 50 der gemeentewet, door deze 2de staking van
stemmen geacht niet te zijn aangenomenin verband waarmede
door de vergadering wordt goedgekeurddat do nieuwe school
voor lager onderwijs, overeenkomstig de conclusie van het
voorstel van burgemeester en wethoudersworde genoemd
gemeenteschool no. 1.
Niets verder te behandelen zijnde sluit de voorzitter de ver
gadering.
Verslag der handelingen van den gemeenteraat
Vergadering van Donderdag 27 December 1877.
Tegenwoordig 17 leden.
Afwezig de heeren BloembergenBruinsma en de With met
en de heer de la Faille zonder kennisgeving.
Voorzitter de heer mr. W. J. v. Weideren baron Rengers,
burgemeester.
I. De notulen van' de vorige op 15 December j.l. gehouden
vergadering worden gelezen en goedgekeurd.
II. Wordt ter tafel gebragt:
1. het rapport der raadscommissie voor de reclames omtrent
het door den heer A. Gratama ingediend bezwaarschrift tegen
zijn aanslag op het 2e suppletoir kohier der dir. belasting op
het inkomen dienst 1877
2. Een voorstel van burgemeester en wethouders betreffende
wijziging der verordening op het bouwen en inrigten van wo
ningen.
Burgemeester en wethouders stellen hierbij voor om te besluiten
de eerste alinea van art. 6 der verordening op het bouwen
en inrigten van woningen enz. opgenomen in het gemeenteblad
no. 7 van 1874, te wijzigen als volgt:
„de hoogte van woonverdiepingen tusschen den vloer en het
„plafond, of, waar dit niet bestaat, tusschen den vloer en den
„onderkant van den zoldermag niet minder dan 3 meter zijn
„bij verdiepingen onder den bcganen grond moet deze hoogte
„ten minste 2.20 meter bedragen".
3. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een ver
zoek van dr. Gentis en A. Kaptijnom ondersteuning van hun
pogen tot aanleg van een spoorweg Harlingen—Salzbergen.
De conclusie van dit voorstel luidt te besluiten:
aan de adressanten te kennen te geven, dat de belangen de
zer gemeente niet in die mate bij den aanleg van den gepro-
jecteerden spoorweg HarlingenSalabergen zijn betrokkendat
het bestuur daarin aanleiding zoude kunnen vinden, om de
ingezetenen op te wekken tot deelname in de ten behoeve van
dien weg te sluiten geldleening groot f 16,000,000.
4. Een voorstel van burgemeester en wethouders op een
verzoek van den raad der gemeente Nieuwleusen, ter zake
wijziging van art. 242 der gemeentewet.
Burgemeester en wethouders adviseren hierbij om te beslui
ten de missive d.d. 20 November j.l. van den raad der gemeente
Nieuwleusen voor notificatie aan te nemen.
5. Een voorstel van burgemeester en wethouders tot het
toekennen van verhooging der bezoldiging van vijf hoofdonder
wijzers in deze gemeente.
De conclusie van dit voorstel strekt om te besluiten
1°. Met toepassing van het bepaalde bij art. 6 der verorde
ning van 24 Augustus 1876 Gemeenteblad no. 11), de bezoldi
ging van de hoofdonderwijzers G. Roker, F. de Vries, N. Schui
temaker, P. Postma en A. Hogenhuis, respectievelijk sedert 1
November 1865 of vroeger werkzaam aan de gemeentescholen
nos. 457 en 10 en aan de armen-bewaarschoolmet ingang
van 1 Januarij 1878 te verhoogen voor ieder met een bedrag
van f 100.
2. Burgemeester en wethouders uit te noodigen, om te zij
ner tijd den raad een voorstel aan te bieden tot verhooging van
het art. der gemeentebegrooting voor 1S78, waarop de ver
hoogde bezoldiging der sub 1 genoemde hoofdonderwijzers moet
worden verantwoord.
6. Een voorstel van burgemeester en wethouders betreffende
het aangaan eener ruiling van grond tusschen de gemeente en
den heer mr. E. Cats.
Hierbij wordt door burgemeester en wethouders voorgesteld,
om te besluiten
1. Voor zoo veel noodig aan de publieke dienst te onttrek
ken het strookje gemeentegrond, hierna sub 2 omschreven.
Bijvoegsel, behoorende bij de Leeuwarder Courant.
te Leeuwarden, van den 27 December 1877. 155
2. Voorbehoudens goedkeuring van heeren ged. staten van
Friesland, met den heer mr. E. Cats alhier aan te gaan eene
overeenkomst van ruiling, waarbij de gemeente in eigendom
overdraagt de strook grond gelegen tusschen den noordelijken
tuinmuur van den heer Cats en den zuidelijken muur van het
gebouw der gemeenteschool no. 2 en in eigendom erlangt den
grond, vrij vallende door het met eenige afronding oostwaarts
verplaatsen van den noordoostelijken hoek van den muur, die
het erf van den heer Cats scheidt van de St. Anthonijstraat
onder speciaal beding
a. dat de verandering van den vorenbedoelden muur van
wege en op kosten van den heer Cats worde bevorderd
b. dat het fundament van den zuidelijken muur van het
schoolgebouw, voor zoover zich dit in de af te stane strook
grond bevindt, daar ten allen tijde mag blijven en dat de heer
Cats noch zijne regtverkrijgenden daaraan ooit iets mogen ver
anderen of daarop bouwen
verder op zoodanige voorwaarden als burgemeester en wet
houders in het belaüg der gemeente noodig oordeelen.
7. Een voordragt tot benoeming van een' tweeden onderwij
zer aan de gemeentelijke gymnastiekschool.
Op deze voordragt zijn geplaatst
1. H. Weidijkvroeger onderwijzer aan de kon. militaire
academie te Bredathans wonende onder Huizum.
2. G. C. Disseonderwijzer in de gymnastiek te Dokkum.
8. Een adres aan den minister van binnenlandsche zaken
van de Ned. openbare hulponderwijzers-vereeniginghoudende
bezwaren tegen de dezerzijds gemaakte bepaling, waarbij zekere
personen worden uitgesloten van deelname aan het vergelijkend
examen voor eene hoofdonderwijzers-betrekking.
9. Een adres van M. S. Hirsch, om op nieuw met eene
gratificatie te worden begiftigd.
10. De rekening omtrent de fondsen der kamer van koop
handel en fabrieken over 1877.
De stukken 1 tot en met 7 zijn ter visie gelegdom in eene
volgende vergadering te worden behandeldde adressen sub 8
en 9 zijn in handen van burgemeester en wethouders gesteld
ten fine van praeadvies, terwijl de rekening, vermeld onder no. 10
in handen is gesteld van de heeren Suringar, Wijbrandi en
Plantenga ten fine van onderzoek en rapport.
III. Wordt medegedeeld
1. de goedkeuring door gedeputeerde staten van
n. de gemeentebegrooting voor 1878;
b. 's raadsbesluit tot onderhandsche verhuring van het huis
in de St. Jacobstraat aan den heer M. Hageman
c. 's raadsbesluit tot afstand van gemeentegrond aan het rijk
ten behoeve van de stichting van een ijkkantoor enz.
2. eene dankbetuiging van den bij zonderen kerkeraad der
Ned. Herv. gemeente alhiervoor 's raadsbesluit tot beschikbaar
stelling van schoollocalen voor het geven van godsdienstonderwijs;
3. alsvoren van mej. C. Ph. Stoett voor hare benoeming tot
hoofdonderwijzeres aan do 2de bewaarschool
4. het berigt van den heer ds. J. W. Kramersdat hij aan
neemt de benoeming tot lid der commissie van toezigt op het
middelbaar onderwijs;
5. eene missive van jhr. Q. C. J. van Andringa de Kem-
penaerhoudende mededeelingdat hij aanneemt de benoeming
tot voogd van de stadsarmenkamer.
IV. Verder wordt door den voorzitter medegedeelddat aan
de leden is rondgedeeldeene lijst van de aangeslagenen op het
kohier der directe belasting op het inkomen ten behoeve dezer
gemeente over 1877, bewerkt en gedrukt naar aanleiding van
een desbetreffend vroeger door den raad genomen besluit. Hij
vertrouwtdat die lijst de goedkeuring der leden heeft kunnen
wegdragendoch wenschtmet het oog op het vervolger te
vens op te wijzendat besluitenals in dezen bedoeldde
24