26
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van den 13 Maart 1888.
De heer van SloterdijCk meent, dat het bezwaar tegen
de manége niet alleen gelegen is in de zandvloer, die voor de
oefeningen zeer ongeschikt is maar ook in het slechte dak
waardoor veel over koude wordt geklaagd.
De Voorzitter deelt mede, dat het onderhoud van de ma
nége bij het Rijk is. Het gebouw heeft eene lichtschepping in
het dakwaarvan de glazen aan breken onderhevig zijn en
welke naar het schijnt niet altijd terstond worden hersteld. Het
gevolg daarvan is nattigheid en tocht. Daarin zou alleen zijn
te voorzien door een gewoon dak en verder ramen in de zijmu
ren aan te brengenwaartoe echter geen gelegenheid bestaat.
Spr. kan de verzekering geven dat de zaak niet aan de aan
dacht van burgemeester en wethouders zal ontsnappen en zij
op voortdurend goed onderhoud zullen aandringen.
Hierna wordt de mededeeling van burgemeester en wethou
ders voor kennisgeving aangenomen.
8. Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek van
eene wijziging der begrooting voor het nieuwe stadsweeshuis
dienst 1887.
De commissie geeft in overweging, de wijzigingen, omschre
ven in de missive, dd. 16 Februari j.l. van het bestuur dezer
instellingin die begrooting aan te brengen.
De heer van SloterdijCk heeft tegen de strekking van deze
conclusie geen bezwaardoch wenschte die in een vorm, meer
in overeenstemming met het reglement op deze instelling te zien
overgebragt. De begrooting voor 1887 is krachtens artt. 24 en
25 van het reglement door de voogden opgemaakt en door den
Raad goedgekeurd. Nu is voor de wijziging dier begrooting
door de voogden de vergunning daartoe van den raad gevraagd,
en door de raadscommissie voorgesteld, de door de voogden ge
noemde wijzigingen aan te brengen. Beide formules zijn on
juist immers, de straks genoemde artikelen houden indat
voogden een staat van begrooting inleveren, die de goedkeu
ring van den raad behoeft, dus de voogden maken de begrooting op
de raad keurt haar goed of weigert zijne goedkeuring, maar is
niet bevoegdhaar op te maken of te wijzigen, of tot een of
ander vergunning te geven.
Rapporteurs hadden dus moeten voorstellen goed te keuren
de wijziging der begrooting, zooals die door de voogden is op
gemaakt. Dit moge den schijn hebben van een ziften van
woorden maar ten aanzien van de comptabiliteit van eene in-
rigting moet men zich aan de woorden van het reglement hou
den omdat hieruit de autonomie der instelling soms blijkt, en
de raad zoowel als het bestuur der instelling over hare be
voegdheden moet waken. Spr. geeft dus der commissie in over
weging hare conclusie in zoover te wijzigen, dat worde voorge
steld: goed te keuren, dat de begrooting voor het nieuwe stads
weeshuis voor 1887 wordt gewijzigd, als volgt: enz.
De commissie neemt dit denkbeeld over en wijzigt in dien
zin hare conclusie.
Dc Voorzitter ziet er volstrekt geen bezwaar in, dat de
conclusie wordt gewijzigd en overeenkomstig het verlangen van
den heer van Sloterdijck worde vastgesteld. De gemeenteraad
kan eiken vorm kiezendie hij noodig acht. Intusschen deelt
spr. volstrekt niet het gevoelendoor den geachten vorigen
spreker geuit, dat het gemeentebestuur waken moet voor de
bevoegdheden van de stichting of hare autonomie. Het nieuwe
stadsweeshuis is eene gemeentelijke instelling van weldadigheid,
het is voor rekening van de stad op stadsgrond gebouwd het
gemeentebestuur is haar eenige wetgever en spr. is van oor
deel dat het gemeentebestuur meer heeft te waken voor zijne
regten ten opzigte van zijne stichting, dan omgekeerd. Boven
dien laat het reglement voor het weeshuis eiken vorm vangoed-
of afkeuring der voorstellen toeals men wil toepassen art. 26
van dat reglement, luidende: Voogden zijn verpligt, zich te hou
den aan de sommen bij de begrooting van iederen post toege
staan zonder die buiten toestemming van den gemeenteraad te
mogen overschrijven, of eene som tot iets anders te gebruiken,
dan waarvoor deze is gegund.
De conclusie aldus gewijzigdwordt zonder hoofdelijke stem
ming goedgekeurd.
Wordt opgemerktdat de heer Beucker Andreaevoogd van
het nieuwe stads-weeshuis, tot het nemen van dit besluit niet
heeft medegewerkt.
9. Rapport der raadscommissiebelast geweest met het
onderzoek van eene wijziging der begrooting voor de d.d. schut
terij dienst 1887.
Conform het voorstel der commissie wordt besloten de door
den schuttersraad bij schrijven van 20 Februarij j.l. ingezonden
wijziging der begrooting voor de d d. schutterij, dienstjaar 1887,
goed te keuren.
10. Rapport der raadscommissie, belast geweest met het on
derzoek der rekening van den Stads- of Prinsentuin over 1887
Overeenkomstig de conclusie van het rapport wordt besloten
a. de rekening over 1887 in ontvang ad 6659.32 en uit
gaaf ad ƒ4708.975 goed te keuren
b. dank te betuigen aan burgemeester en wethouders voor
het gehouden beheer.
Wordt opgemerktdat de heeren wethouders tot het nemen
van dit besluit niet hebben medegewerkt.
11Voorstel van burgemeester en wethouders tot onder-
handsche verhuring van woningen en grond Achter de Hoven.
Burgemeester en wethouders hebben bij nader schrijven voor
gesteld de huur van den grond te doen ingaan dtn 15 Maart e.k.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt nu besloten:
Voorbehoudens goedkeuring van heeren Gedeputeerde Staten
onderhands te verhuren
a. voor den tijd van één jaar, in te gaan den 12 Mei 1838
tot den 12 Mei 1889, aan Johan Diederik van Nimwegen op-
zigter der gemeentewerken de woningen gelegen aan den
weg Achter de Hoven ten kadaster bekend gemeente Leeu
warden in sectie G no. 4287 en 4288met eene ten noorden
dier woningen gelegen strook grond op de overgelegde situa-
tieteekening rood gearceerd tegen eene huursom van 180 en
verder op de voorwaardennader door burgemeester en wet
houders vast te stellen
b. voor het tijdvak van 15 Maart 1888 tot 12 Mei 1889 aan
Cornelis Hendrik van Duijsenhandelaar in bouwmaterialen
den grond deel uitmakende van het perceel ten kadaster be
kend in sectie G no. 4286 gelegen ten noorden van de strook
grond sub a bedoeldtegen eene huursomberekend naar
100 per jaar en verder op de door burgemeester en wethou
ders nader vast te stellen voorwaarden.
12. Voorstel van burgemeester en wethouders tot overne
ming van grond Achter de Hoven en lot hel doen bestraten
en rioleren van dien grond.
Overeenkomstig de conclusie van dit voorstel wordt besloten:
behoudens goedkeuring van heeren Gedeputeerde Staten voor de
gemeente over te nemen de op de door den directeur der ge
meentewerken overgelegde teekening met bruine tint aangege
ven grond van het perceel, kadastraal bekend gemeente Leeu
warden sectie G no. 4762, ter lengte van ±135 meter enter
breedte van 3 meter, teneinde dien grond te bestemmen voor
den publieken dienstonder de volgende voorwaarden
lo. dat de adressanten H. Janssen en W. Altena bedoelden
grond zonder vergoeding in vrijen eigendom aan de gemeente
overdragen
2o. dat aan weerszijden der straten de bouw van wonin
gen zoodanig plaats vindedat vóór die woningen open ruimte
worde gelatenwelke door raster- of hekwerk van niet hoo-
ger dan één meter boven den beganen grondvan den open
baren weg worde afgescheiden.
3°. dat op die open ruimte geene vaste getimmerten kip
penhokken of dergelijke mogen worden geplaatst
40. dat het gemeentebestuur het regt heeft, aan de gevels
va* de huizen lantaarnarmen en naambordjestot aanwijzing
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden, van den 13 Maart 1888.
27
der straataan te brengen zonder daarvoor eenige vergoeding
verschuldigd te zijn
50. dat de adressantenbij de verteekening der acte van
overdragtten kantore van den gemeente-ontvanger eene som
van ƒ600 stortenals bijdrage in de kosten van riolering en
bestrating van den af te stanen grond.
6°. dat de kosten der acte van overdragt voor rekening ko
men van de gemeente en de adressantenieder voor de helft.
13. Voorstel van burgemeester en wethouders tot overdragt
aan de Provincie van den tol te Nesserzijl.
Overeenkomstig de conclusie van dit voorstel wordt besloten:
aan de provincie Friesland over te dragen het regt van tol
heffing aan de Nesserzijl, tegen betaling van eene som van
ƒ9503, gelijkstaande met den penning twintig van de gemid
delde opbrengst van die tolheffing over de laatste 20 jaren
onder voorwaarde
a. dat de overdragt zal plaats hebben na het eindigen van
de tegenwoordige overeenkomst van verpachting van de op
komsten der zijl- en bruggelden, op den 12 Mei 1889.
b. dat de afkoopsom moet worden betaald vóór den 1 Ju-
nij 1889 en
c. dat de kostenop de overdragt vallendekomen ten
laste der provincie.
Wegens het vergevorderd uur wordt besloten de behandeling
van de verordeningen op de heffing en de invordering eener
belasting op tooneelvertooningen enz. tot eene volgende ver
gadering te verdagen.
De voorzitter sluit hierop de vergadering.
v
Boekdrukkerij van A. Jongbloed te Leeuwarden.