>u
II
Vergadering van Dinsdag 10 October 1893.
«2> "*7 Sa 1
Si
Verslag der handelingen van den gemeenteraad te Leeuwarden van Dinsdag 10 October 1893.
115
Tegenwoordig 21 leden.
Afwezig de heeren F. Plantenga en H, Beucker Andreae.
Voorzitter de heer Mr. J. S. baron van Harinxma thoe Sloo-
ten, burgemeester.
I. Aan de orde is de beëediging van den heer G. Menalda
Az., als lid van den raad.
Nadat deze door den secretaris was binnengeleid, wordt lec
ture gegeven van de resolutie van Gedeputeerde Staten van den
17 Augustus 1893, no. 31, 2e afd., waaruit blijkt, dat tegen
de toelating o. a. van den heer G. Menalda als raadslid geene
bezwaren bestaan.
Hij wordt hierop uitgenoodigd af te leggen de beloftebe
doeld bij art. 87 der grondwet en art. 39 der gemeentewet
waaraan door hem wordt voldaan.
De Voorzitter spreekt hem daarop een woord van wel
kom toe. De arbeiddie den heer Menalda wachtis hem
niet vreemd. Spr. spreekt den wensch uit, dat het hem gege
ven moge zijn, dien arbeid te volbrengen met opgewektheid en
lust, en vertrouwt, dat zijn werk dan in ruime mate zal bijdragen
tot bevordering van de belangen der gemeente. Hij verklaart
den heer Menalda te zijn geïnstalleerd als raadslid en noodigt
hem uit, zijne plaats in te nemen.
II. De notulen van de op Dinsdag den 26 September j.l.
gehouden vergadering worden gelezen en goedgekeurd.
III. Wordt medegedeeld
1. dat op de 2e reeks der geldleeningvastgesteld bij
raadsbesluit van 28 Februari 1893, is ingeschreven voor een
bedrag van ƒ401,500, waarvan het benoodigd bedrag ad ƒ90,000
is aangenomen, als ƒ1000 naar 99 °/o 53,000 naar 98!
en ƒ36,000 naar 98WV dus gemiddeld naar ruim 98-rVtr
2. dat het onderzoek in de sectiën van het voorstel tot hef
fing van een straatgeld en van de gemeente-begrooting voor
1894 is atgeloopen en dat tot rapporteurs zijn benoemd,
omtrent het voorstel, uit de le sectie de heer Konter uit
de 2e sectie de heer Hijlkema en uit de 3e sectie de heer
Duparc, tevens algemeen rapporteur
omtrent de begrooting uit de le sectie de heer Wolff, uit
de 2e sectie de heer van Ketwich Verschuur en uit de 3e sec
tie de heer Duparc, tevens algemeen rapporteur.
IV. Wordt ter tafel gebracht
1. eene missive van den heer F. Plantenga waarbij deze
om gezondheidsredenen zijn ontslag neemt als lid van den raad.
De Voorzitter stelt voor, deze mededeeling van den heer
Plantenga een liddie steeds met buitengewone nauwgezet
heid en ijver de beraadslagingen van den raad heeft gevolgd
voor kennisgeving aan te nemen daar de raad tot zijn leed
wezen in het besluit van den heer Plantenga zal moeten berusten.
De heer van Sloterdijck beaamt ten volle de laatste
woorden van den voorzitter en stelt voor aan den heer Plan
tenga een schrijven te richten, waarbij de raad zijn leedwezen
over diens besluit te kennen geeft en zijne waardeering uit
spreekt voor hetgeen de heer Plantenga als lid van den raad
en herhaaldelijk als lijdelijk wethouder voor de gemeente heeft
verricht.
Het voorstel van den heer van Sloterdijck ondervindt alge-
meene instemming en dienovereenkomstig wordt besloten.
2. een adres van J. F. ten Hove e. a., om eene hulpbrug
te doen leggen bij de Amelandspijp.
Wordt ter beschikking gesteld in handen van burgemeester
en wethouders.
3. een adres van G. H. Hommes e. ainhoudende het ver
zoek het voorstel van burgemeester en wethouders tot heffing
van een straatgeld niet te ondersteunen noch aan te nemen.
Dit adres wordt gesteld in handen van de rapporteurs uit de
sectiën, omtrent het onderzoek van bedoeld voorstel.
4. De begrooting van het nieuwe stadsweeshuis voor 1894.
Wordt ten fine van onderzoek en rapport gesteld in handen
van de heeren van Ketwich VerschuurHaverschmidt en
Dijkstra.
5. Rapport der raadscommissie omtrent het onderzoek der
begrooting van administratiekosten van de stadsbank van lee
ningdienst 1894.
6. Een voorstel van burgemeester en wethouders naar aan
leiding van een adres van het bestuur der afd. Leenwarden
van het Werkliedenverbond „Patrimonium", om maatregelen te
nemen tegen werkloosheid.
7. Een voorstel van burgemeester en wethouders naar aan
leiding van een verzoek van Mevrouw de Wed. Mr. E. Koning
geb. Engelkensom wijziging der voorwaarden van de acte van
ruiling van 31 Maart 1866.
8. Een voorstel der verordeningscommissie tot wijziging der
verordening, houdende algemeene bepalingen van politie.
9. Alsvoren tot wijziging der verordening tot voorziening
tegen en bij brand.
10. Alsvoren tot wijziging der verordening regelende de po
litie op den in- en vervoer den verkoop enz. van vleesch
visch en vruchten.
De stukken sub 5 tot en met 10 worden vooi de leden ter
visie gelegdj, om in eene volgende vergadering te worden be
handeld terwijl die sub 89 en 10 zullen worden gedrukt in
de bijlagen tot het verslag van 's raads handelingen.
V. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den oproe
pingsbrief vermelde punten.
1. Benoeming van een leeraar in de wis-, natuur- en schei
kunde en in de natuurlijke historie aan het gymnasium (vaca
ture Dr. J. Haver Droeze).
Op de door curatoren ingezonden aanbevelingslijst van be
noembaren komt voor de heer J. H. Bonnema te Groningen.
De uitslag der gehouden stemming isdat met algemeene
(21) stemmen wordt benoemd de heer J. H. Bonnema, zulks
voor den cursus 1893/94.
De datum van infunctietreding zal nader door burgemeester
en wethouders worden vastgesteld.
2. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verlee
nen van eervol ontslag aan de onderwijzeres Mej. N. Meinesz.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten
met ingang van den 7 November 1893 aan Mej. N. Meinesz
op haar verzoek eervol ontslag te verleenen als onderwijzeres
aan de gemeenteschool no. 6.
3. Rapport der raadscommissie omtrent hel onderzoek der
gemeenterekening over 1892.
Zonder discussie en hoofdelijke stemming wordt besloten
1. de door burgemeester en wethouders aangeboden reke
ning en verantwoording der ontvangsten en uitgaven der ge
meente Leeuwarden, over het dienstjaar 1892, goedtekeuren
In ontvang op979,410.55!
In uitgaaf op- 968,395.50
Alzoo sluitende met een saldo van 11,015.05!
en naar aanleiding daarvan vast te stellen het bij het rapport
overgelegd ontwerp-besluit.
2. voor het volledig en nauwkeurig beheer der gemeente-
financiën over het jaar 1892 aan burgemeester en wethouders
's raads dank te betuigen.
Wordt opgemerktdat de wethouders zich van medewerking
aan dit besluit hebben onthouden.