TroMm (m Miste 8 #»t!s ut 92 Verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Dinsdag 26 Juli 1898. Art 6. Hij vraagt nu aan burgemeester en wethoudersof zij van die verstrating kennis dragen. Zoo dit niet het ge- 'J. nalatigheid in het tijdig aanzuiveren van vervallen val is, zou hij een onderzoek wenschelijk achten, termijnen geschiedt de invordering overeenkomstig de voorschriften van de artt. 258 tot en met 261 der ge meentewet. Den Voorzitter doet het leed, dat de heer van Sloter- In dat geval zijn burgemeester en wethouders, de com- ('Üc'i 'iem n'e^ rooraf van zijn voornemen, om deze vraag missie voor de gemeentelijke bewaarscholen gehoord, tevens tot burgemeester en wethouders te richten, heeft in kennis bevoegd, de toelating op de school van den leerling, dien gesteld. Hij zou zich dan vooraf op de hoogte hebben het betreft, in te trekken. kunnen stellen en een voldoend antwoord geven. Hij meent echter te mogen zeggen, dat deze verstra- Art. 7. tingen geschieden ten laste van den aannemer, die de straten heeft gelegd, doch waarschijnlijk niet tot genoegen Deze verordening treedt in werking tegelijk met het op van den directeur der gemeentewei ken, of dat er verzak- heden vastgestelde heffingsbesluit en vervangt alsdan do kingen zijn ontstaan binnen den tormijn van finale ople- verordeningen op de invordering van schoolgelden voor vering, zoodat de aannemer het werk ten deele moet onderwijs aan de gemeente-bewaarscholen, vastgesteld den overdoen. Het is dan eene verplichting, die nog op den 24 November 1885 en 7 Februari 1888. aannemer rust en der gemeente geene bijzondere uit gaven kost. V. De heer van Sloterdijck vraagt on bekomt verlof Spr. doet deze medodeeling onder de meeste reserve, van de vergadering, om tot burgemeester en wethouders maar hij vertrouwt, dat zijne meening juist is. eene vraag te richtenvreemd aan de orde van den dag. Hij is 't overigens met den heer van Sloterdijck geheel Het heeft zijne aandacht en die van velen getrokken eens, dat, waar op andere plaatsen in de gemeente veel dat er in den weg langs de noordzijde van het kanaal meer behoefte aan verstrating bestaat, in vergelijking daar- eene verstrating plaats heeft. Dit geeft don indrukalsof mede eene verstrating ter bedoelde plaatse een zekere er van werkverschaffing sprake kan zijn, omdat er eigenlijk weelde zou zijn. aan eene verstrating geen behoefte schijnt te bestaan. Deze weg wordt haast door geene voertuigen gebruikt. -n i Het komt spr. voor, dat, wanneer er aan de bestratingen van Sloterdijck betuigt zijnen dank voor de gewerkt moet worden nog wel andere straten in de ge- bekomen inlichting, meente meer behoefte aan herstelling hebben dan deze wegdie in het vorige jaar pas is gelegd. De voorzitter sluit de vergadering. Stoom Boek- en Steendrukkerij van N. Miedema Co., Leeuwarden. Verslag der handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Dinsdag 9 Augustus 1898. 93 Tegenwoordig 15 leden. Afwezig de heerenMr. II. D. van Ketwich Verschuur, P. A. WilhelmijJ. F. H. Bekhuis, N. T. Haverschmidt D. Tigler WijbrandiS. H. Hijlkema en Mr. W. Kolff. Eene vacature. Voorzitterde heer J. Troelstra, waarnemend burgemeester. I. De notulen van de vorige op 26 Juli j.l. gehouden vergadering worden gelezen en goedgekeurd. II. Wordt medegedeeld 1. dat do heer Mr. C. Beekhuis door burgemeester en wethouders is aangewezen tot voorzitter van de commissie voor de gemeentelijke gasfabriek en van die voor het stedelijk muziekkorps 2. een besluit van den Commissaris der Koningin, houdende benoeming tot onbezoldigd veldwachter dezer gemeente van de wachters bij de Vrouwcnpoorts-Prins Hendrik-, Harlingervaarts-, Noorder- en Wirdumerpoorts- bruggen 3. dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd do raadsbesluiten tot verkoop van grond bij de 2e kanaalbrug aan G. H. Wassenaar en de coöperatieve stoomzuivelfabriek 4. dat door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd het raadsbesluit tot geheele aflossing van eene bestaande en tot het aangaan van eene nieuwe geldleening 5. dat bij publieke aanbesteding van het verplaatsen en leveren van hekken om en bij de speelplaats van de gemeenteschool no. 6, dit werk is gegund aan J. Koopmans alhier voor 893 6. dat door burgemeester en wethouders de verkiezing van een lid van den raad voor het 2e kiesdistrictter voorziening in de vacature, ontstaan door het ontslag van den heer Dr. N. Reeling Brouwer, is bepaald op Dinsdag 27 September e.k. en zoo noodigde stemming op Dinsdag 4 October e.k. en de herstemming op Donderdag 13 October e.k. III. Wordt ter tafel gebracht 1. het proces-verbaal van de opneming der kas van den gemeente-ontvanger op 27 Juli j.l. Wordt voor de leden ter visie gelegd 2. een adres van H. Radelaar e. a.bewoners van de 2e Korte Houtstraatdie daarbij verbetering verzoeken van den toestand der langs hunne huizen loopende slooten. Wordt gesteld in handen van burgemeester en wethouders ten fine van beschikking. De heer de la Faille verzoekt burgemeester en wet houders om tevens hun aandacht te wijden aan den toestand van de slooten bij de Spanjaardsstraat, waarover klachten zijn ingekomen bij de vereeniging voor volks gezondheid. Deze slooten staan in verband met do in het adres bedoelde slooten. De Voorzitter geeft toezeggingdat burgemeester en wethouders ook de door den heer de la Faille genoemde slooten zullen doen onderzoeken. 3. De gemeente-rekening over 1897. De voorzitter deelt mede, dat de rekening sluit in ontvang met 1,019.227.15'/,, in uitgaaf met 984,190.25, alzoo met een batig slot van f 35,036.90'/, dat echter onder dit saldo is begrepen f 28,980.94'/, als beschikbaar gebleven bedrag voor nog uit te voeren werken langs het Nieuwe Kanaal en f 4305 voor nog te betalen ter aflos sing aangewezen obligatiën, zoodat het restant ad ƒ1750.96 als eerste post op de begrooting voor 1899 kan worden uitgetrokken. Wordt beslotenin de volgende vergadering tot de benoeming van eene commissie van onderzoek over te gaan 4. een voorstel van burgemeester en wethouders om over te gaan tot de benoeming van een tijdelijk leoraar in de wis- en natuurkunde aan de Burgerdag- en avond- sehool 5. alsboven tot het leggen van een dam in de spoor- sloot ten zuiden van het tweede kanaalpand. Wordt besloten, deze voorstellen, die voor de leden ter visie hebben gelegen, heden te behandelen 6. Het le suppletoir kohier der belasting op het in komen 7. een voorstel van burgemeester en wethouders tot het verloenen van vergunning aan den heer A. Kuhlmann, voor het leggen van eene stankvrije kolk in de openbare straat vóór perceel Tweebaksmarkt no. 42. Wordt besloten, de stukken sub 6 en 7 ter visie te leggen, om in eene volgende vergadering te worden be handeld. IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den oproepingsbrief vermelde punten. 1. Opmaking van eene lijst van benoembaren tot leden van het college van zetters. Ter vervulling der vacatures, op 1 Januari 1899 in het college van zetters te ontstaan door periodieke aftre ding van de heeren A. O. Swalue AsmanJ. C. Kutsch Lojenga, Jacs Marcus, worden door burgemeester en wethouders aanbevolen de heeren A. O. Swalue Asman, J. C. Kutsch Lojenga, Jacs. Marcus, P. Attema Dz., C. L. B. J. Feitz, J. Reerink Dz.T. P. Plantenga Pz.F. Hajonides van der Meulen en K. E. Brunger. Het resultaat der gehouden stemmingen is, dat tot plaatsing op de nominatie, aan den Commissaris der Koningin in te dienen worden geplaatst de heeren A. O. Swalue Asman met 15, J. C. Kutsch Lojenga met 15, Jacs. Marcus met 12, P. Attema Dz. met 14, C. L. B. J. Feitz met 13 en J. Reerink Dz. met 14 stemmen. 2. Benoeming van een tijdelijken leeraar in de wis- en natuurkunde aan de Burgerdag- en avondschool (vacature L. F. Wenniger). Burgemeester en wethouders dragen ter benoeming, met ingang van den cursus 1898/99, voor den heer H. Siersma, len onderwijzer aan de gemeenteschool no. 5. Do uitslag der gehouden stemming is, dat de heer H. Siersma met alle stemmen werd benoemd. Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wet houders geschiedt de benoeming op eene belooningbere kend naar 1300 in het jaar. 3. Benoeming van een lid der in de vergadering van 12 April j.l. benoemde raadscommissie tot het instellen van een onderzoek naar den omvang der prostitutie in deze gemeente. De voorzitter deelt mede. dat deze commissie moet worden aangevuld, wegens het ontslag van den heer Dr. N. Reeling Brouwer als raadslid. De uitslag der gehouden stemming is, dat de heer N. T. Haverschmidt J.Hz. met 10 stemmen werd benoemd. Do heer de la Faille verkreeg 2 stemmen, en de heeren v. EijsingaKonter en Menalda ieder 1 stem. 4. Voorstel van burgemeester en wethouders tot het verleenen van eervol ontslag als voogdes van het nieuwe slads-weeshuis aan Mevrouw van llarinxma tlioe Slooten geb. baronesse Collot d'Escurydie de stad metterwoon heeft verlaten. Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wet houders wordt besloten, het gevraagd eervol ontslag te verleenen.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1898 | | pagina 1