Vsnalrlm m Dinsdag U Mir 1899.
134 Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Zaterdag 4 November 1899.
bestaat hoegenaamd geen reden, aan te nemen, dat dit
over 1900 niet het geval zal zijn. Spr. meent daarom,
dat zijn voorstel allo reden van bestaan heeft.
Het bevreemdt den heer Hijlkema. dat de heerDuparc,
die gewoonlijk tijdig scherp opmerkt, eerst nu ontdekt,
dat de cijfers te laag zijn geraamd. Spr. weet wel, dat
dio geachte spr. wakker is geschud door de 5000.
waarvoor, als het voorstel van rapporteurs wordt aange
nomen, een tijdelijke geldleening zal worden aangegaan.
Spr. is het echter volkomen eens met den heer Haver-
schmidt, waar deze zegt, dat hier cijfers zijn overgelegd,
die de vergadering niet kan controleeren. De heeren
Troelstra en Haverschmidt wezen er ook reeds op, dat
het niet voorzichtig zou zijn, de ontvangsten te hoog op
te schroeven. Indien het optimisme van den heer Duparc
blijkt, reden van bestaan te hebben, zooveel te beter.
Doch eerst de resultaten afgewacht 1 De prijs der steen
kolen is hoogniets verzekert echter dat hij het volgende
jaar nog niet meer stijgt.
Den heer Duparc doet het leed, dat, nadat hij is be
gonnen met een soort verontschuldiging aan te bieden,
zijn voorstel niet eerder te hebben gedaan, nu toch van
den heer Hijlkema daarover nog een verwijt te moeten hooren.
Spr. acht dat verwijt geheel onverdiend. Als zijne aan
dacht niet eerder op het thans door hem voorgestelde is
gevallen, is het hieraan te wijten, dat hij meende alle
vertrouwen te mogen stellen in de cijfers der door bur
gemeester en wethouders aangeboden ontwerp-begrooting
der gasfabriek en eene controle niet noodig to achten.
Het is den heer Troelstra, die de eer heeft reeds vele
jaren met den heer Duparc lid dezer vergadering te zijn,
altijd gebleken, dat gas en gasfabriek steeds op de bij
zondere belangstelling van dat geacht lid konden rekenen.
Bijna bij elke begrooting meende, de heer Duparc de
voorgestelde raming van de opbrengst te kunnen verhoogen.
Spr. meent, dat do ondervinding echter heeft geleerd,
dat niet steeds op eene voortdurende vermeerdering van
de inkomsten der gasfabriek te rekenen valt.
Toen de raad in 1893 bij de behandeling der begrooting
besloot den gasprijs te verlagen, gold ook weer als argu
ment, dat prijsverlaging vermeerdering van verbruik mee
bracht. Maar het tegendeel is gebleken.
Zelfs nu nog is de opbrengst der gasfabriek ongeveer
16.000 minder dan in 1893. Eerst langzamerhand,
door het vermeerderd gasverbruik, kar. liet verschil wor
den ingehaald. Men mag dus niet rekenen op eenejaai-
lijksche hoogere ontvangst van eenige duizende guldens.
De beraadslaging wordt gesloten.
De Voorzitter brengt het amendement—Duparc in
stemming. Het wordt verworpen met 19 tegen 2 stemmen,
die van den heer Lautenbach en den voorsteller.
Volgno. 40 wordt hierop zonder stemming onveranderd
goedgekeurd, gelijk eveneens volgno. 41 tot en met 60.
Burgemeester en wethouders stellen voor, in verband
met het hed'en genomen besluit, na volgno. 60 te laten
volgen een nieuw no. 60a
Vergoeding voor het gebruik van instrumenten in het
gymnasium 50.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
Volgno. 61 tot en met 64 worden goedgekeurd.
Na volgno. 64 wordt conform het voorstel der commissie
van rapporteurs, waSrmede burgemeester en wethouders
zich vereenigen, ingevoegd een nieuw volgno. 64« Tijdelijke
geldleening ter verevening van de in 1900 uit te keeren
subsidie aan de waterleiding-maatschappij J 5000.
Stoom Boek- en Steendrukkerij va
Volgno. 65 en 66 worden goedgekeurd.
Bij volgno. 67, verkoop van bouwterreinen aan het
Nieuwe Kanaal, voor memorie uitgetrokken, vraagt de
Voorzitter, of het amendement van den heer Duparc, om
dezen memorie post te veranderen in oen cijferpost van
12,000. wordt ondersteund.
Dit blijkt niet het geval te zijn, zoodat het amendement
van den heer Duparc buiten behandeling moet blijven.
In verband met het genomen besluit, ten aanzien van
volgno. 64a, wordt besloten, de percentage van den H. O.
voor 1000 te bepalen op 5.12 °/0.
Hierdoor wordt volgno. 5 vastgesteld op 201,000.
De post onder volgno. 239, onvoorziene uitgaven wordt
nu, naar aanleiding van de in de begrooting aangebrachte
wijzigingen, vastgesteld op 6710.
De begrooting wordt hierop vastgesteld met do volgende
balans.
Inkomsten926,594.75
Uitgaven926,591.15
Vermoedelijk saldo 3.59
4. Voorstel van burgemeester en wethouders lot het
aangaan van eene lijdelijke geldleening.
Zonder discussie of hoofdelijke stemming wordt over
eenkomstig dit voorstel besloten
Burgemeester en Wethouders te machtigen, om, ter
voorziening in de eventueele hehoefte aan kasgeld, tot
het gaande houden van den geregelden dienst, de daarvoor
op de gemeentebegrooting voor 1900 uitgetrokken tijdelijke
geldopneming zoover noodi'g aan te gaan, uiterlijk voor
den tijd van één jaar, tegen eene rente, hoogstens gelijk
staande met boven het disconto van promessen
bij de Nederlandsche bank en verder op de wijze en onder
zoodanige voorwaarden en bepalingen, als zij in het belang
der gemeente het meest nuttig en noodig zullen achten.
5. Ten slotte wordt overgegaan tot de behandeling van
de heden ter tafel gebrachte missive van de commissie
van toezicht op de scholen van M. O. (zie volgno. 8.)
Bij monde van den voorzitter adviseeren burgemeester
en wethouders, in den door de commissie aangegeven zin
te besluiten.
Dienovereenkomstig wordt zonder discussie of hoofde
lijke stemming goedgevonden om: met ingang van 6 No
vember 1899 tijdelijk en tot wederopzegging de waarneming
der lessen in de staathuishoudkunde van den heer mr.
S. J. Cohen, leeraar aan de burger dag- en avondschool,
op te dragen aan den heer mr. P. C. Andreae, leeraar
aan de hoogere burgerschool te Sneek en die der lessen in
het boekhouden aan de burger avondschool aan den heer
W. Suverijn, leeraar aan 's Rijks Hoogere Burgerschool te
Leeuwarden, met bepaling, dat door ieder van die tijdelijke
leeraren eene bezoldiging van 2.50 per lesuur zal wor
den genoten.
De Voorzitter sluit de vergadering.
VERBETERING.
In de mededceling van deil voorzitter aan het einde
der vergadering van 24 October 1899 (pag. 122 van het
sub b 4e regel: a J' 4.per cA., dus voor
1204.—. Dit moet zijn „a j 5.per cA., dus voor
1505.—".
N. Miedema Co., Leeuwarden.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden, van Dinsdag 14 November 1899. 135
Tegenwoordig eerst 16, naderhand 19 leden.
Afwezig de heeren R. H. Dijkstra, S. J. van Messel,
S. Jansen en S. Jansma.
Voorzitter: de heer Jhr. Mr. A. Röell, burgemeester.
I. De notulen van de op Zaterdag den 4 November
j. 1. gehouden vergadering worden gelezen en vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1dat door Gedeputeerde Staten zijn goedgekeurd de
besluiten tot verhuring van een perceeltje grond aan den
Groninger Straatweg en van de zatho op Wijlaarderburen
2. dat bet raadsbesluit tot heffing van leges is goed
gekeurd bij Koninklijk Besluit van 25 October 1899 no. 29
3. dat het Raadsbesluit tot tijdelijke voorziening in de
vacature-ten Bruggencate door den Minister van Binnen-
landsche Zaken is goedgekeurd
4. dat bij Koninklijk Besluit d.d. 6 Nov. 1899 no. 36
a. do krachtens Koninklijke machtiging van 4 Januari
1885, no. 16, aan de heeren Ribbink, van Bork Co. te
Amsterdam verleende vergunning voor den aanleg en het
gebruik van voor publiek verkeer bestemde electrische
geleidingen in de gemeente Leeuwarden met ingang van
15 November 1899 is ingetrokken en
b. aan de Algemeene telephoonmaatschappij, voorheen
Ribbink van Bork en Co., te Amsterdam met ingang van
15 Nov. 1899 behoudens de rechten van derden tot weder-
opzeggens vergunning is verleend voor den aanleg en de
exploitatie van een voor publiek verkeer bestemd telephoon-
net met centraalbureel binnen den kring, getrokken met
een straal van vijf kilometers uit een in de gemeente
Leeuwarden gelegen, door den Minister van Waterstaat,
Handel en Nijverheid te bepalen centraalpunt, onder de
bij dat Koninklijk besluit gestelde voorwaarden,
III. Wordt ter tafel gebracht
1. een adres van G. Jellema, houdende verzoek om
hem een gedeelte van bouwblok X in koop af te staan,
en restitutie te verleenen van vroeger betaalde koopsommen
voor bouwterreinen aan bet Nieuwe Kanaal
2. een adres van H. Germeraad, W. Visser en K. Kool,
houdende verzoek om restitutie van een gedeelte der koop
sommen, door hen betaald voor bouwterreinen aan den
Verkorte weg
3. een verzoek van het bestuur der Sociaal-Demc. Arbei
ders partij tot oprichting van eene centrale arbeidsbeurs.
Deze adressen worden in handen van burgemeester en
wel houders gesteld, ten fine van prae-advies
4. een voorstel van burgemeester en wethouders tot
heffing van een recht wegens tijdelijk straatgebruik.
Zal worden gedrukt als bijlage tot 's Raads handelingen
5. een voorstel van burgemeester en wethouders om
van D. B. Kalina eene strook grond over te nemen en
eene rooilijn vast te stellen voor den hoek Achter de Hoven
Fabriek steeg
6. eene aanbeveling voor de benoeming van een lid der
commissie voor de Stads bank van Leening
7. een voorstel van burgemeester en wethouders, om
tegen den door de kerkvoogdij van Cornjum voorgenomen
verbouw van „Martenastate" aldaar geen bezwaar te maken
8. een voorstel van burgemeester en wethouders, om
hun voorstel d.d. 12 September I899(bijlage no. 27) tot
vaststelling eener verordening betreffende de sluiting van
bruggen bij nacht, buiten verdere behandeling te laten
9. een rapport der reclame-commissie omtrent 2 recla
mes in hooger beroep tegen aanslagen in den H. O.,
dienst 1899;
10. het rapport der Raads commissie, belast met het
onderzoek van de begrooting der ontvangsten en uitgaven
van het Nieuwe Stads Weeshuis, dienst 1900.
De stukken 4 tot en met 10 zullen in eene volgende
vergadering worden behandeld.
IV. Wordt overgegaan tot behandeling van de op den
oproepingsbrief vermelde punten.
1. Voorstel van Burg. en Weth. tot het verleenen van
eervol ontslag aan den heer 11. Sierevelt als voogd der
Slads-Armenkamer.
Conform de conclusie van het voorstel wordt zonder
discussie of hoofdelijke stemming besloten
Aan den heer H. J. Sierevelt eervol ontslag te ver
leenen als voogd der Stads-Armenkamer, zulks met ingang
van 1 Januari 1900, en onder dankbetuiging voor de
goede en langdurige diensten, in die betrekking aan de
gemeente bewezen.
2. Benoeming van drie voogden der Slads-Armenkamer.
Voor de vacature Mr. J. D. van der Plaats worden door
voogden aanbevolen de heeren: le Dr. J. F. Selhorst, 2e
J. Hora Adema en 3e H. J. Sierevelt. Eerstgenoemde
wordt gekozen met 15 stemmen. Op den heer J. Hora
Adoma is ééne stem uitgebracht.
Voor de vacature H. J. Sierevelt worden aanbevolen:
le mr. J. D. van der Plaats, mr. A. D. H. Fokkema
Andreae en mr. J. Bieruma Oosting. De heer mr. J. D.
van der Plaats wordt met 14 van de 16 stemmen be
noemd. Op ieder der beide andere voorgedragenen wordt
eene stem uitgebracht.
Voor de vacature Dr. J. F. Selhorst worden aanbevolen
le mr. J. L. van Sloterdijck, F. de Greve en mr. S. K.
Thoden van Velsen. De heer mr. J. L. van Sloterdijck
wordt benoemd met algemeene stemmen.
3. Benoeming van eene voogdes en een voogd van hel
Nieuwe Slads Weeshuis.
Voor de vacature door periodieke aftreding van mevr.
Burger-Suringar worden aanbevolen
a. Mevr. Burger-Suringar.
b. Mevr. Sas-Huber.
c. Jonkvrouwe C. J. Speelman.
Eerstgenoemde wordt met 15 stemmen benoemd. Op
Jonkvr. Speelman wordt eene stem uitgebracht.
Voor de vacature door periodieke aftreding van den
heer H. Beucker Andreae worden aanbevolen
a. de heer H. Beucker Andreae.
b. mr. R. A. Fockema.
c. mr. C. B. Menalda.
De heer H. Beucker Andreae wordt met 14 stemmen
benoemd. Op ieder der heeren Fockema en Menalda
wordt eene stem uitgebracht.
4. Benoeming van twee leden der Commissie van toe
zicht op het Lager Onderwijs
Voor de te ontstane vacature wegens periodieke aftreding
van de heeren Dr. E. O. Houtsma en Mr. W. Kolft'
worden aanbevolen
Voor de le vacature:
1. Dr. E. O. Houtsma.
2 W. Pik.
3. J. H Bonnema.
Voor de 2e vacature
1. Mr. W. Kolff.
2. Mr. J. M. van Hettinga Tromp.
3. Mr. J. L. van Sloterdijck.
De heeren dr. E. O. Houtsma en mi. W. Kolff worden
benoemd met 15 en 14 stemmen. Op elk der heeren
W. Pik, mr. J. van Hettinga Tromp en mr. J L. van
Sloterdijck wordt eene stem uitgebracht.
5. Benoeming van eene onderwijzeres in de nuttige
handwerken aan gemeenteschool no. 11.
Op de voordracht zijn geplaatst: 1°. mej. P. Kreger,
2°. W. Amiabel en 3°. F. Suk.
