Vergadering van Dinsdag 14 Februari 1905.
éP" ""V' ftsaÊBÊÊumrwbc - -hM'" v ilK/BK £H >-
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 14 Februari 1905. 25
Tegenwoordig 19 leden, te weten de heeren: Beucker
Andreae, Oosterhoff, Komter, Wilhelmij, Schoondermark,
Haverschmidt, Jansen, Beerends, Koopmans, van Ketwich
Verschuur, Hijlkema, Feddeuia, Troelstra, Lautenbach,
Tromp, Baart de la Faille, Feitz, Tig Ier Wijbrandi en
Menalda.
Afwezig de heeren: Wolft', Beekhuis, Duparc, en van
Messel.
Voorzitter de heer: A. E. Zimmerman, Burgemeester.
I. Do notulen van de op Dinsdag 24 Januari 1.1. ge
houden vergadering worden gelezen en vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. Bericht van afwezigheid van de heeren Wolft' en
Beekhuis.
2. Resolutie van Gedeputeerde Staten d.d. 13 Fe
bruari 11. waarbij wordt gehandhaafd het Raadsbesluit d.d.
13 December 1903, tot onbewoonbaarverklaring van wo
ningen aan het Pieterseliewaltje.
3. Resolution van Gedeputeerde Staten, d.d. 2 Fe
bruari 1.1. nos. (il en 81, houdende bericht dat het Raads
besluit d.d. 10 Januari 1.1. tot geldigverklaring van straf
verordeningen bij hunne vergadering is ontvangen en dat
het Raadsbesluit van den 10 Januari 1.1. tot wijziging
der instructie van den gemeenteontvanger door hen voor
kennisgeving is aangenomen.
4. dat door Gedeputeerde Staten bij resolutie d.d. 2
Febr. 1.1. no. 23 is goedgekeurd het raadsbesluit d d. 10
Januari 1.1. no. 1 tot verkoop van een strookje gemeen
tegrond aan C. Leijsma en bij resolutie van den 9 Fe
bruari 1.1. no. 08 het raadsbesluit van den 24 Januari
tot uitgifte van bouwterreinen aan het Nieuwe Kanaal.
5. dankbetuiging van de politie-dienaren le, 2e, en 3e
klasse voor de verhoogiug hunner jaarwedden.
0. het beredeneerd verslag ingevolge art. 52 dei-
Woningwet.
7. het verslag van de Stads-Armenkamer over 1904.
8. het verslag der commissie tot wering van school
verzuim over 1904.
De punten 18 worden voor kennisgeving aangenomen.
9. Adres van H. Alves c.s. om een gedeelte dezer
gemeente met wagens met den krommen dissel te mogen
berijden, van af de Rijksdraaibrug langs den Noorderweg
tot de Koorder brug.
Wordt gesteld in handen der commissie voor strafver
ordeningen.
10. Missive van de commissie van toezicht op het
Lager Onderwijs d.d. 20 Jan. 1.1. no. 8729, houdende
aanbeveling voor de benoeming van een lid dier com
missie, vacature Mr. J. M. van Ilettinga Tromp.
Wordt aan de orde gesteld voor een volgende verga
dering.
11. Adres van T. v. d. Hoek en J. Rietstra om eene
strook grond aan den Stieuserweg in erfpacht te be
komen.
Wordt in handen gesteld van Burgemeester en Wet
houders ten fine van praeadvies.
12. dat tot commies-chef der afdeeling Algemeene
Zaken, ter secretarie is benoemd door Burgemeester en
Wethouders de heer C. Bals, commies ter secretarie te
Hoorn.
De heer Baart de la Faille spreekt er zijn dank voor
uit, dat de Voorzitter hem de gelegenheid geeft, een
vraag te richten tot Burgemeester en Wethouders naar
aanleiding van deze benoeming.
Toen spreker deze benoeming uit de bladen vernam,
werd hij herinnerd aan den tijd toen iu deze vergadering I
de tractemeuteii van de ambtenaren ter secretarie werden
geregeld. Bij art. 1 van de toen door den Raad vast
gestelde regeling was in de Memorie van Toelichting
aangeteekend, dat de bepaling zooals die thans luidde,
de bedoeling had en in de laatste jaren is dit ook
regel geworden dat men de betrekking van commies
zou laten vervullen door iemand met een academischen
graad. Burgemeester en Wethouders hebben ook, getrouw
aan dien regel, tot belanghebbenden een oproeping in de
couranten gericht, waarin de voorkeur werd verleend aan
een gegradueerde.
Spreker meent, dat het hier bekend geacht mag worden dat
er ook gegradueerden onder de sollicitanten voorkwamen.
En niettegenstaande het feit, dat gegradueerden met name
opgeroepen waren, werd nu toch tot Hoofdcommies ter
secretarie benoemd een niet-gegradueerde.
Ku zou spreker tot Burgemeester en Wethouders iu
alle bescheidenheid deze vraag willen richten
Welke reden is er geweest om af te wijken van dien
regel, die jarenlang gevolgd is omdat indertijd Burge
meester en Wethouders mèt den Raad van meening waren,
dat op zulk een post, waaraan, zooals ook uit de toe
lichting van één der heden aan de orde komende punten
blijkt, een niet gering gewicht wordt toegekend, een
gegradueerd persoon aangesteld zou worden?
Wat is dus de reden geweest om van den regel af te
wijken, om, terwijl er gegradueerden waren, die voor
deze benoeming in aanmerking wenschten te komen, een
niet gegradueerde te benoemen
De heer van Ketwich Verschuur wenschte nog over
een ander punt te spreken in verband met deze benoeming,
die hem uit de courant reeds bekend was. Dat is
ditIn een vakblad las spr. de advertentie, waarin
sollicitanten werden opgeroepen voor deze betrekking van
commies. Daar was bijgevoegd: „Het bezit van den graad
„van doctor in de rechts- of staatswetenschappen strekt
„tot aanbeveling." Die advertentie komt o.a. vóór in
het W eekblad voor de Burgerlijke Administratie en wel
voor het eerst op 31 December 1904. En dan staat
daarin verder „dat sollicitanten worden opgeroepen om
„vóór 4 Januari 1905 hun sollicitatie in te zouden ter
„in diensttreding op 15 Januari." Dat alles is zeker op
al te korten termijn. Tijdens de feestdagen met Kieuw
jaar nog wel, wordt slechts vier dagen tijd gegeven
dan heeft de oproeping ook wel in de Leeuwarder Courant
gestaan, maar voor buiten Leeuwarden wonende personen
was de termijn toch veel te kort.
Er is echter nog een punt ook van gewicht, waarop
spreker de aandacht wenscht te vestigen en wel in ver
band met het reeds door den heer Baart de la Faille
besproken feit, dat Burgemeester en Wethouders gemeend
hebben, te moeten afwijken van den regel sedert 1898,
dat er ook iemand met een graad als commies benoemd
werd. Voor die veranderde handelwijze thans hebben
Burgemeester en Wethouders wellicht hun goede redenen
gehad, maar als men in de oproeping verklaart, de voor
keur te geven aan iemand met een graad, dan had de
benoeming van een ongegradueerde niet moeten voorkomen,
als zich ook een geschikt practisch ervaren gepromo
veerde aanbiedt. Deze advertentie heeft iu elk geval
toch tengevolge gehad, dat vooral gepromoveerden zich
gingen aanmelden en niet-gepromoveerden geweerd werden,
althans dat de laatsten afgeschrikt werden. Zij toch dach
ten wij solliciteeren niet mede, want wij hebben toch
geen kans.
Spreker weet, hoe in 1904 uit de oproeping voor
een Secretaris, die voorkeur is weggelaten, juist om de
concurrentie zoo groot mogelijk te doen zijn.
Dat de gestelde termijn van vier dagen voor de in
diening der stukken te kort was, zal overigens toegegeven
moeten worden en spreker geeft in overweging, als het
weer voorkomt, een langoren termijn te stellen.
Waar de heer Baart de la Faille gevraagd had, waarom
het college van Burgemeester eu Wethouders geen ge
gradueerde had benoemd, verklaarde do Voorzitter, dat