I
I
Vergadering van Dinsdag 23 Juli 1907.
I
I
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 23 Juli 1907. 123
Tegenwoordig 14 leden, te weten de heeren
J. Koopmans, Zandstra, Lautenbach, Wilhelmij, G.
W. Koopmans, Feitz, Burger, Haverschmidt, Feddema,
Baart de la Faille, Komter, Beucker Andreae, Beerends
en van Messel.
Afwezig 9 leden, waarvan met kennisgeving de
heerenBesuijen, Tromp en Duparc zonder kennis
geving de heeren van Ketwich Verschuur, Schoon-
dermark, Oosterhoff, Beekhuis, Tigler Wijbrandi en
Menalda.
Voorzitter: de heer T. Komter, oudste Wethouder,
loco-Burgemeester.
I. De notulen van de op Dinsdag 9 Juli 1.1. ge
houden vergadering worden gelezen on vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld
1. dat aan den Burgemeester verlof tot afwezig
heid is verleend van 18 Juli17 Augustus en aan
den Secretaris van 11 Juli tot en met 3 Augustus e. k.
2. dat door Gedeputeerde Staten is goedgekeurd
het raadsbesluit d.d. 11 Juni 1.1., houdende regeling
van het getal en de bezoldiging der leeraren aan
de burgeravondschool.
De punten 12 worden voor kennisgeving aange
nomen
3. dat door Gedeputeerde Staten is verdaagd de
beslissing omtrent het raadsbesluit d.d. 25 Juni 1.1.
tot uitgifte van de overblijvende terreinen aan de
zuidzijde van het eerste Kanaalpand.
Heeft Burgemeester en Wethouders aanleiding ge
geven tot het indienen van het voorstel, vermeld
onder no. 4 van de agenda voor heden
4. missive van Z. E. den Minister van Oorlog,
houdende mededeeling dat het niet in zijn voornemen
ligt, voorshands stappen te doen tot opheffing of
aanzienlijke vermindering van het garnizoen alhier.
Wordt voor kennisgeving aangenomen
5. motie van het bestuur der schildersgezellen-
vereeniging inzake het uitvoeren van gemeente-verf-
werken door niet-vaklui.
De heer Zandstra zou te dezer zake gaarne nog
eenige inlichtingen van Burgemeester en Wethouders
erlangen. Spreker kan zich voorstellen, dat de schil
dersgezellen het hatelijk vinden, dat hun het werk
door niet-schilders voor den neus wordt weggenomen,
te meer, dat het schilderen een seizoenvak is, en de
werkeloosheid in dat vak spoedig intreedt.
De Voorzitter antwoordt, dat de zaak, waarover de
schildersgezellen de motie hebben ingediend, niet veel
beteekent. Het betreft het verven van de Oosterbrug
door den brugwachter zelf. De brugwachter heeft er
den tijd wel voor en de hoofdzaak is meer het roest
vrij maken dan het schilderen. Dit roestkrabben
wordt dikwijls niet al te best uitgevoerd en mede
daarom is het den wachter opgedragen. Ook worden
door de brugwachters de vloeren in hunne woningen
wel geverfd. Zij ontvangen de verf van de gemeente
en dan kunnen voor hetzelfde geld de vloeren een
keer vaker geverfd worden. De zaak heeft dus geen
groote beteekenis.
De heer Zandstra zegt dat het, zöoals het door den
Voorzitter is medegedeeld, niet van groote beteeke
nis is. Het kon slechter n.l. als alle bruggen op
deze manier werden behandeld. Spreker kan zich
echter niet voorstellen, dat er door niet-schilders
beter werk wordt geleverd dan door vaklui en het is,
zooals spreker reeds zei, voor de schilders, die spoe
dig met werkeloosheid hebben te kampen, hatelijk om
te zien, dat hun het werk door niet-vaklui voor den
neus wordt weggenomen. Spreker zou den Directeur
van Gemeentewerken in overweging willen geven
van deze manier van werken niet te veel gebruik te
maken.
Punt 5 wordt hierna voor kennisgeving aangenomen
6. adres van dr. J. van der Feen, houdende ver
zoek om eervol ontslag als leeraar in de wiskunde
aan het Gymnasium.
Zal nog heden worden behandeld met het betrek
kelijk voorstel van Burgemeester en Wethouders
7. aanbeveling van Curatoren voor het Gymnasium
voor de benoeming van een leeraar in de wiskunde
aan die inrichting voor den tijd van één jaar, ter
voorziening in de te ontstane vacature dr. J. van
der Feen.
Heeft ter visie gelegen, om nog heden te worden
behandeld
8. de rekening van de Kamer van Koophandel en
Fabrieken, dienst 1906.
Wordt gesteld in handen van de heeren Beekhuis,
van Messel en J. Koopmans, om onderzoek en rapport;
9. dat aan J. Bosman alhier provisioneel in koop
is afgestaan 180 M- van bouwblok XII d der tei--
reinen aan het Nieuwe Kanaal voor ongeveer 720.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
III. Wordt ter tafel gebracht
1Voorstel van Burgemeester en Wethouders om aan
W. van der Woude overeenkomstig zijn verzoek eervol
ontslag te verleenen als onderwijzer aan gemeente
school no. 8.
2. Alsvoren aan mej. G. H. Nauta als onderwijze
res aan gemeenteschool no. 3.
De punten 12 zullen in eene volgende vergadering
worden behandeld.
3. Alsvoren om aan dr. J. van der Feen op zijn ver
zoek eervol ontslag te verleenen als leeraar aan het
Gymnasium.
4. Alsvoren inzake de uitgifte der bouwblokken
Xlld en XVd der terreinen ten zuiden van het Nieuwe
Kanaal.
De punten 34 hebben ter visie gelegen om nog
heden te worden behandeld.
5. Als voren om aan den eervol ontslagen timmerman
der Gemeentewerken en waagwerker-weger N. Dek-
kinga pensioen te verleenen.
Zal in eene volgende vergadering worden behandeld.
IV. Rapporten
De heer Beucker Andreae deelt mede, dat de com
missie, belast geweest met het onderzoek der begroo
ting van de Stads-Armenkamer, dienst 1908, geen
aanleiding gevonden heeft tot het maken van op- of
aanmerkingen en derhalve voorstelt die begrooting
goed te keuren in ontvang en uitgaaf op 42,029.98.
De Voorzitter stelt voor het rapport in de volgende
vergadering in behandeling te nemen en dankt, de
commissie voor den door haar verrichton arbeid.
Dienovereenkomstig wordt besloten.
De heer Wilhelmij brengt rapport uit terzake do
rekening en verantwoording van het Stads-Ziekenhuis,
dienst 1906. De commissie stelt voor de rekening en
verantwoording goed te keuren in ontvang en uitgaaf
op 11.828.92'.
De Voorzitter stelt voor ook dit rapport in de vol
gende vergadering in behandeling te nemen en dankt
de commissie voor den door haar verrichten arbeid.
Dienovereenkomstig wordt besloten.