Vergadering van Dinsdag 8 Februari 1916.
Verslag van de handelingen van den gi
Tegenwoordig 24 leden, te weten de heeren:
Koopmans, Cohen, P. A. de Haan, de Vos, Zandstra,
Tulp, Tieniersma, Oosterhoff, Lautenbaeh, Berg
huis, Binnerts, Haversclnnidt, Seliaafsma, H. P. de
Haan, van Weideren baron Kengers, van de Vall,
Attema, Fransen, Beekhuis, Menalda, Peletier, van
Sloterdijck, Sehoondennark en Vonck.
Afwezig met kennisgeving de heer Hiemstra.
Voorzitter: de heer mr. J. A. N. Patijn, Burge
meester.
I. De notulen der op Dinsdag 25 Januari 1.1. ge
houden vergadering woiden vastgesteld.
II. Wordt medegedeeld:
1. dat Gedeputeerde Staten hebben goedge
keurd
de raadsbesluiten: d.d. 28 December 1915 tot
verhooging van het aan de „Woningvereeniging
Leeuwarden" verleende voorschot voor den bouw
van woningen aan den Hollandersdijk enz. en tot
verlenging van den termijn van ontruiming van on
bewoonbaar verklaarde woningen;
d.d. 11 Januari 1.1., waarbij van de Bataafsche
Petroleum Maatschappij werd aangekocht een ge
deelte van een te dempen sloot langs den Harlin-
gertrekweg, enz. en tot bekrachtiging van den aan
koop van het winkelhuis Zuidvliet no. 260;
liet kohier der lasting krachtens artikel 240j (lei-
Gemeentewet voor de Spoorstraat, vastgesteld 25
Januari 1.1.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
2. bericht van de erve H. de Jong, Koninklijke
cacao- en chocoladefabrieken „De Zaanstroom" te
Wormerveer, waarbij zij ter uitdeeling aan de leer
lingen van de hoogste klasse der openbare lagere
scholen alhier ter beschikking stelt afdrukken van
een geschrift getiteld „Onze cacao en chocolade".
Wordt afwijzend op het aanbod beschikt.
3. adres van J. Postma, veerhuishouder alhier,
houdende verzoek aan H. M. de Koningin ingevol
ge artikel 5,1° 'der Drankwet het voorstel te doen om
ten behoeve van zijn perceel Eebuurt 6 Burgemees
ter en Wethouders machtiging te verstrekken voor
deze loealiteit een vergunning tot verkoop van ster
ken drank in het klein boven het vastgestelde maxi
mum te verleenen.
4. adres van H. F. Ferwerda, hoofd van gemeen
teschool no. 8, waarbij hij verzoekt hem te willen
overplaatsen en te stellen aan het hoofd van ge-
meentesehool no. 5.
De stukken 34 worden in handen gesteld van
Burgemeester en Wethouders ten fine van prae-
advies.
5. adres van de afdeeling Leeuwarden van den
Algemeenen Nederlandschen Bond van Handels-
eii Kantoorbedienden, houdende verzoek voor deze
gemeente eene verordening op de winkelsluiting in
het leven te roepen, en adhaesie-betuigingen met dat
adres van de afdeelingen Leeuwarden van den Na-
tionalen Bond van Handels- en Kantoorbedienden
„Mercurius", van den Nederlandschen Roomsch
Katholieken Bond van Handels-, Kantoor- en Win
kelbedienden en van de afdeeling „Leeuwarden
Vooruit" van den Nederlandschen Barbiers- en
Kappersbond.
Wordt voorgesteld op dit adres eene afwijzende
beschikking te nemen in verband met het raadsbe
sluit van 8 April 1913.
De heer Seliaafsma zou, in verband met de groote
verandering die in de samenstelling van den Raad
en ook in het college van Burgemeester en Wethou
ders is gekomen sedert het bedoelde besluit, gaarne
van Leeuwarden van Dinsdag 8 Februari 1916. 21
zien dat door Burgemeester en Wethouders prae-
advies werd uitgebracht.
De Voorzitter acht prae-advies niet noodig. De
zaak is, naar aanleiding van het adres van den Ne
derlandschen Bond van Handels- en Kantoorbe
dienden, destijds aan de orde gekomen. Op 4 Juli
1912 heeft de Raad in beginsel besloten tot het in
voeren eener verordening op de winkelsluiting.
Daarop is gekomen een adres van de winkeliers om
de verordening niet aan te nemen. Op 8 April 1913
is artikel 1, dat het beginsel behelsde, verworpen.
Als de Raad nu wederom op dit besluit wil terugko
men, kan hij de behandeling van het ontwerp voort
zetten. De heer Schaafsma heeft dan slechts voor te
stellen het oude ontwerp in een volgende vergade
ring aan de orde te stellen.
De heer Schaafsma zou deze zaak gaarne zien be
handeld. Hij stelt dan voor de behandeling der ont-
werp-verordening betreffende de winkelsluiting-
voort te zetten.
Met 15 tegen 9 stemmen wordt liet voorstel van
den heer Schaafsma aangenomen.
Vóór stemmen de heeren: Cohen, P. A. de Haan,
de Vos, Zandstra, Tulp, Tieniersma, Oosterhoff,
Lautenbaeh, Berghuis, Binnerts, Schaafsma, H. P.
de Haan, van Weideren baron Rengers, van de Vall
en Attema.
Tegen de heeren: Koopmans, Haversclnnidt,
Fransen, Beekhuis, Menalda, Peletier, van Sloter
dijck, Sehoondennark en Vonck.
De Voorzitter deelt mede dat het ontwerp in eene
volgende vergadering zal worden behandeld.
6. adres van S. Visser en mej. T. van der Kooy,
alhier, houdende verzoek liet voorstel van Burge
meester en Wethouders om hunne woningen Sehop-
peishof nos. 40, 42 en 44 onbewoonbaar te verklaren
niet aan te nemen;
Zal bij de stukken worden gevoegd.
7. rapport der commissie voor de reclames om
trent bezwaarschriften in beroep tegen aanslagen in
den Hoofdelijken Omslag, dienst 1915.
Heeft ter visie gelegen om nog heden te worden
behandeld.
8. dat in verband met het bepaalde bij artikel 80
der Gemeentewet de aftreding van den nieuw be
noemden vierden wethouder, den heer J. H. Berg
huis, is bepaald in 1920, zoodat volgens dat wets
voorschrift twee wethouders zullen aftreden in 1917
en twee in 1.920;
9. dat de heer Berghuis op zich genomen heeft
de voorbereiding van de zaken betreffende de
Beurs, Waag, Veemarkt, Prinsentuin, Arbeidsbeurs
en Stads Bank van Leening, terwijl de heer Ooster
hoff behalve de finaneiëele aangelegenheden der
gemeente ook die van het armwezen zal behandelen.
10. dat Burgemeester en Wethouders aan J. A.
van Hulseu, alhier, provisioneel in erfpacht heb
ben afgestaan een gedeelte van bouwblok XVIIb
der terreinen aan de zuidzijde van het Nieuwe Ka
naal, groot pl.m. 39 M2., waarde pl.m. 253.50, erf-
pachtsom pl.m. 11.41 per jaar.
De mededeelingen 810 worden voor kennisge
ving aangenomen.
III. Wordt ter tafel gebracht:
1. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
om aan E. H. Boddé op zijn verzoek eervol ontslag-
te verleenen als hoofd van gemeenteschool no. 5.
2. Alsvoren om van de Leeuwarder Waterlei
ding Maatschappij aan te koopen het perceel Osse-
kop no. 11.
I)e stukken 1 2 hebben ter visie gelegen om nog
heden te worden behandeld.