Vergadering van Dinsdag 30 October 1934.
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Dinsdag 30 October 1934. 177
Tegenwoordig alle leden.
Voorzitter: de heer Jhr. Mr. J. M. van Beyma,
Burgemeester.
Te behandelen punten:
1. Vaststelling van de notulen der vergadering van
7 Augustus 1934.
2. Mededeelingen en rapporten.
3. Benoeming van voorzitters, leden en plaatsver
vangende leden in de hoofdstembureaux voor de ver
kiezing van leden van den Gemeenteraad.
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot
overneming van den eigendom resp. mede-eigendom,
van grond aan de Soendastraat (bijlage no. 155).
5. Alsvoren tot verhuring van de zathe en landen
op Wijlaarderburen en van landerijen ten Westen van
de Tijnje aan J. Hotsma (bijlage no. 153).
6. Alsvoren tot het treffen van een dading met
W. A. Eisma ter beëindiging van het geschil betref
fende een strook grond aan de Oosterkade (bijlage no.
156).
7. Alsvoren tot het verstrekken van gelden aan het
Bestuur der Roomsch-Katholieke Schoolvereeniging
voor de aanschaffing van schoolbanken voor de U.L.O.
school Tweebaksmarkt no. 44 (bijlage no. 154).
8. Alsvoren in zake reorganisatie van de Stads-
Armenkamer (Burgerlijk Armbestuur) (bijlage no. 152).
Punt 1. De notulen der vergadering van 7 Augus
tus 1934 worden onveranderd vastgesteld.
Punt 2. Wordt medegedeeld:
a. dat Gedeputeerde Staten hebben goedgekeurd de
Raadsbesluiten van 7 Augustus 1934 tot ruiling, aan-
en verkoop van grond enz. ten Zuiden van de Menal-
dumerstraat en tot vaststelling van een plan van uit
breiding als bedoeld in art. 36 der Woningwet, en van
9 October 1934 tot uitgifte van bouwterrein aan de
Zuidoostzijde van den Groningerstraatweg en verhuring
van land aan den Weg naar Cambuur.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
b. verzoek van de Nederlandsche Vereeniging van
Vrouwen met Academische Opleiding en andere ver-
eenigingen om bij benoeming van ambtenaren de vrou
wen niet bij voorbaat uit te sluiten.
Onder mededeeling, dat de inhoud van dit adres de
aandacht van Burgemeester en Wethouders heeft,
wordt voorgesteld het voor kennisgeving aan te nemen
Dienovereenkomstig wordt besloten.
c. verzoek van het Plaatselijk Arbeids-Secretariaat
om te trachten het uurloon van de bij den plantsoen-
aanleg tewerkgestelden bepaald te krijgen op 36 cent.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer Westra (wethouder) stelt namens B. en W.
voor het adres voor kennisgeving aan te nemen. Hij
herinnert aan de onlangs door hem gedane mededee
lingen inzake de loonen in de werkverschaffing. De
onderhandelingen daarover met het Departement zijn
nog niet afgeloopen. B. en W. hopen dat als resultaat
daarvan het loon althans eenigszins hooger zal worden
dan 33 cent. Spr. gelooft dus dat er voor den Raad
thans geen aanleiding is om naar aanleiding van dit
adres iets bijzonders te doen, waarom wordt voorge
steld het voor kennisgeving aan te nemen.
De heer IJtsma is dankbaar voor de toelichting van
den wethouder, maar verzoekt dezen nog enkele mede
deelingen te willen doen t.a.v. het plaatsen van hoofden
van kleine gezinnen in de werkverschaffing, omdat het
aan welingelichte zijde wel bekend is, dat daar van
Regeeringszijde geen bezwaar tegen is, maar de ge
meente bij de uitvoering allicht genoodzaakt is, het in
het belang van de hoofden van groote gezinnen anders
te regelen.
De heer Westra (wethouder) legt uit dat het, door
dat de steunregeling thans eenigszins is verbeterd en
de loonen in de werkverschaffing zijn verlaagd, voor
sommige hoofden van groote gezinnen momenteel voor-
deeliger kan zijn om in de steunregeling te zijn. Tot
nu toe was dat anders. Toch blijven B. en W. van
meening, dat het het meest gewenscht is om door ver
hooging van de loonen in de werkverschaffing een toe
stand te krijgen, die er toe kan leiden om door het laten
werken van de hoofden van groote gezinnen in de
werkverschaffing hun eenigszins tegemoet te komen.
De Minister heeft echter ook ruimte gelaten om ook
hoofden van kleinere gezinnen in de werkverschaffing
op te nemen. Wanneer dus niet eenige verhooging van
de loonen in de werkverschaffing mocht worden ver
kregen en deze loonen en de bedragen, die voor de
steunregeling gelden, daartoe aanleiding geven, zullen
B. en W. zeer zeker overwegen om eventueel ook hoof
den van kleinere gezinnen in de werkverschaffing te
plaatsen. Zij zullen trachten de meest voordeelige re
geling voor de betrokkenen te krijgen.
De beraadslagingen worden gesloten.
Het adres wordt voor kennisgeving aangenomen.
d. verzoek van het Plaatselijk Arbeids-Secretariaat
en van de Rev. Socialistische Partij om gratis beschik
baarstelling van cokes, verstrekking van kleeding en
schoeisel en van Kerst- en Nieuwjaarsgaven aan iede-
ren werklooze of ondersteunde.
Wordt voorgesteld dit verzoek voor kennisgeving
aan te nemen.
De beraadslagingen worden geopend.
De heer IJtsma had verwacht dat B. en W. hierbij
eenige mededeelingen zouden doen. Met het oog op den
algemeenen toestand lijkt het hem van groot belang, dat
de Raad tijdig weet, wat ongeveer door B. en W. ge
dacht wordt te zullen doen, waarom hij voorstelt deze
zaak naar B. en W. te zenden om praeadvies.
De heer Westra (wethouder) zegt dat enkele hier
gevraagde dingen reeds geregeld zijn. Wat betreft het
beschikbaar stellen van cokes aan alle werkloozen en
ondersteunden, wordt zoowel op de loonen in de werk
verschaffing als op de steungelden een door den Mi
nister vastgestelde kolentoeslag gegeven, terwijl het
Burg. Armbestuur als regel aan ondersteunden, die niet
in de steunregeling vallen, in de wintermaanden een
iets hoogeren steun toekent voor noodzakelijke verwar
ming.
Het op ruime schaal verstrekken van kleeding en
schoeisel geschiedt zooveel mogelijk door het Crisis
comité, afd. B en voor zoover dit het tijdelijk niet
kan doen en het ondersteunden betreft, wordt daarin
door de Armenkamer voorzien, maar dat is een zaak,
uitsluitend van het Burg. Armbestuur en niet van B.
en W.
Omtrent het geven van een Kerst- of Nieuwjaars-
gave, die hier wel eens is gegeven, hebben B. en W.
hun standpunt nog niet bepaald, maar spr. gelooft,
dat met vertrouwen aan B. en W. kan worden over
gelaten wat ook in dat opzicht ter bestrijding van ar-
