28
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 4 Juni 1941.
De heer Feddema (weth.): Deze gaat door tot Den
Haag eventueel een sein zou geven tot sluiting.
De Voorzitter wil, nu er toch over de Keuken ge
sproken wordt, enkele mededeelingen doen. Men is be
gonnen met 1600 porties per dag. wat is opgeloopen tot
1900 en nu weer teruggeloopen is tot 1000 a 1100. Men
mag aannemen, dat de zomer daarvan de oorzaak is.
Op het eten is niets te zeggen, op den prijs heelemaal
niets, dus dat kan de oorzaak niet zijn.
Spr.'s gedachte is en dat is ook de reden, dat hij
er hier iets van zegt, n.l. om het publiek te bereiken
dat dit er niet genoeg mee op de hoogte is. De Centrale
Keuken staat aan den Oostkant, maar men heeft direct
in verschillende deelen van de stad uitdeelplaatsen
waar ook de kaarten verkocht worden ingericht
in de Vinkstraat voor het Westen, in de Posthoorn-
steeg voor het Zuiden en in de Heerestraat voor het
Centrum. Het is spr. gebleken, dat verscheidene inwo
ners dat niet weten en meenen, dat men het eten van
de Centrale Keuken moet halen. Ieder kan dus betrek
kelijk dicht in de buurt een plaats vinden om de kaarten
en het eten te halen. Bovendien zijn er bezorgdiensten.
In de eene buurt functioneert deze misschien beter dan
in de andere indien er voldoende deelname is, kan men
tegen een kleine vergoeding het eten in de eigen pannen
thuis krijgen. Het wordt den menschen dus wel gemak
kelijk gemaakt.
Ook wordt gezegd men moet er zooveel bons voor
geven. Men moet een knipkaart voor 6 porties nemen,
doch is verder vrij, die porties te nemen zooals men wil.
Is men met z'n drieën, dan kan men tv/ee willekeurige
dagen drie porties nemen; is men alleen, dan neemt men
zes dagen één portie.
Nu is het op het oogenblik zoo, dat men. wat de aard
appelbons betreft, veel voordeeliger via de Centrale
Keuken kan eten dan thuis. Als men voor een knipkaart
een aardappelbon inlevert, krijgt men een bon terug, die
voor de volgende week geldig is, zoodat men dus de
helft meer aardappelen op de bons krijgt.
Men had het eten liever wat vetter, hoort men zeg
gen. Thuis misschien ook, maar dat kan nu eenmaal
niet anders. Spr.'s persoonlijke ervaring hij heeft het
eten thuis gehad is, dat het zeer goed is en uitstekend
smaakt. Het eene menu vindt men natuurlijk lekkerder
dan het andere, maar dat is thuis ook zoo. Aanwijsbare
oorzaken, waarom de afname terugloopt, zijn er niet.
Men zou haast zeggen de menschen hebben het nog
zoo slecht niet, ofschoon de rantsoenen niet zoo uitge
breid zijn. Er zou eigenlijk alle reden zijn om gemeen
schappelijk te koken. De porties zijn 9/10 liter en spr.
meent, dat deze door de meesten niet in één keer kun
nen worden opgegeten er blijft iets over voor den vol
genden dag. Dus men kan ook niet zeggen, dat de por
ties te klein zijn, noch dat men al zijn bons kwijt raakt.
Ook behoeft men niet regelmatig uit de Keuken te eten.
Staat een bepaald menu niet aan, dan neemt men het
dien daq niet. Ook kan men alleen een bepaald menu
nemen. Men moet het echter steeds twee dagen te voren
opgeven.
Men heeft er over geklaagd, dat er een keer voor de
helft rauwe andijvie door het eten gehakt is. En toen
zeiden de afnemers je moet het eten thuis nog nakoken
ook. Maar het was juist gebeurd om het vitaminegehalte
hoog te houden. Geheel gekookte andijvie laat zich mis
schien wel iets beter eten en smaakt lekkerder dan half
gekookte, doch men doet het andere juist om uit het
eten te halen, wat er uit te halen is.
Ook is er eens groentesoep gegeven, die niet dik was,
wat wel noodig is, als men er zijn middagmaal mee moet
doen. Dit was echter door bijzondere omstandigheden
zoo gekomen. Ook bij de Centrale Keuken kan iets wel
eens minder goed uitvallen.
Op de exploitatie is verder niets aan te merken het
eten is goed en wordt zindelijk behandeld wat is er
dan op tegen er van te eten Rijk en gemeente hebben
er geld in gestoken de keuken is berekend op 4000
porties per dag en worden er maar 1000 porties afge
geven, dan is het verlies voor Rijk en gemeente grooter,
daar de vaste lasten ongeveer gelijk blijven.
Het is merkwaardig, dat het publiek een zekeren
tegenzin in de Centrale Keuken heeft. Waarom kan
men niet precies zeggen. Als men er over praat, wordt
er gezegd daar denken wij niet aan.
De heer Meek heeft met zijn gezin opzettelijk van
den beginne af geregeld af en toe uit de Centrale Keu
ken gegeten, dus feitelijk van alles geproefd, om zich
in dezen een oordeel te kunnen vormen.
Men heeft zich bij de Centrale Keuken echter niet ge
houden aan de opgegeven menu's. De tweede week van
haar bestaan werd aangekondigd, dat veranderingen
waren voorbehouden. Eens had spr. gerekend op aard
appelen met boontjes, maar kreeg erwtensoep. Dat is
geen fout. maar toch iets, waar de menschen wellicht
het meeste bezwaar tegen hebben. Bij den uitreikpost
aan de Vinkstraat was althans onder het publiek de
klacht te vernemen, dat iemand, die na de aardappelen
met boontjes karnemelksche pap zou eten, deze combi
natie nu in .snert en süpenbrij" zag gewijzigd Spr. at
dien middag rijst toe, zoodat het evenwicht in zijn menu
niet verstoord werd, maar dat was slechts een toeval.
Een dag daarna heeft spr. andijvie uit de Keuken ge
geten daar zat veel zand in, wat zeer hinderlijk was.
Misschien wil de Voorzitter deze opmerking doen over
brengen aan de Centrale Keuken.
De Voorzitter In een gewone huishouding is het
eten den eenen dag ook wel eens lekkerder dan den an
deren. Spr. heeft van de erwtensoep uit de Centrale
Keuken gesmuld
De heer Meek gelooft, dat het van belang is, als de
Keuken zich aan de menu's houdt.
De heer Rom Colthoff herinnert er aan, dat de Voor
zitter bij de opening van de Centrale Keuken heeft ge
zegd, dat andere gemeenten hadden gevraagd, of er
ook mogelijkheid tot samenwerking in dezen was. Heeft
zulks nog eenig gevolg gehad
De Voorzitter antwoordt, dat de gemeente, die hij
toen bedoelde, daarop niet teruggekomen is samen
werking met de naastliggende gemeenten is reeds be
sproken en zal eerstdaags tot stand komen, op basis b.v.
van de afgegeven porties. Later heeft een andere ge
meente nog informaties ingewonnen daarmede zijn B.
en W. nog doende.
Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig het
voorstel van B. en W.
Punten 5 en 6 (bijl. 73 en 68). Met alg. stemmen wordt
besloten overeenkomstig de voorstellen
van B. en W.
Punt 7 (bijl. no. 70)
De heer Meck c.s. zien met genoegen dit punt weer
op de agenda. Spr. dankt den Weth. van O.W., dat hij
een kaart bij de stukken heeft gevoegd, waarnaar spr.
destijds gevraagd heeft om een beter overzicht van de
reeds aangekochte panden te verkrijgen. Het blijkt, dat
één hoek van de Weerklank nu grootendeels is aange
kocht. Mocht het zoo voortgaan, dan zullen spr. c.s.
dat zeer op prijs stellen. De saneering van de Weer
klank dient zoo spoedig mogelijk aan kant te zijn.
Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van B. en W.
Punt 8 (bijl. no. 67). Met alg. stemmen wordt besloten
overeenkomstig het voorstel van B. en W.
Punt 9 (bijl. no. 72).
De heer Van der Meulen zegt, dat B. en W. blijkens
hun voorstel voor de financiering van dit werk de hulp
van den Rijksdienst voor de Werkverruiming (Werk
fonds) zullen inroepen. Vroeger hield die hulp o.m. in,
dat het Werkfonds voorwaarden stelde t.a.v. de ar-
beidsloonen, n.l., dat die gewoonlijk moesten liggen be
neden de loonen, vastgesteld bij de collectieve contrac
ten in de bouwbedrijven. Dit lijkt spr. voor dezen tijd
Verslag van de handelingen van den gemeenteraad van Leeuwarden van Woensdag 4 Juni 1941.
29
niet juist meer. De loonen, vastgesteld bij de collectieve
arbeidsovereenkomsten, zijn al aan den lagen kant en
het is dus niet juist om mede te werken aan vaststelling
van loonen, die daar nog beneden liggen. Spr. verzoekt
B. en W. om, als het Werkfonds hulp verleent, het
daarheen te leiden, dat loonen vastgesteld worden, ge
lijk aan die der collectieve arbeidscontracten.
De heer J. de Boer (weth.) antwoordt, dat B. en W.
hebben getracht de medewerking van het Werkfonds
te verkrijgen voor dit werk. Het is bekend, dat het
fonds zekere voorwaarden stelt van technischen, maar
ook van administratieven aard, b.v. wat de arbeids
voorwaarden betreft. Of het echter zijn medewerking
voor dit werk verleent, is niet zeker. Het is zelfs zeer
twijfelachtig, of het werk wel onder de normen te
brengen is, die het fonds gewoonlijk stelt. Wordt echter
wél medewerking verleend, dan gelooft spr., dat B. en
W. zeer gaarne bereid zullen zijn te trachten, de ar
beidsvoorwaarden overeenkomstig die der collectieve
contracten toegepast te krijgen.
Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van B. en W.
Punt 10 (bijl. no. 65). Met alg. stemmen wordt besloten
overeenkomstig het voorstel van B. en W.
Punt 11 (bijl. no. 66).
De heer Buiël heeft geen bezwaar tegen deze voor
schriften als zoodanig, maar vraagt, welke verplichtin
gen verbonden zijn aan het innemen van een vaste
standplaats door dergelijke karren i.z. het opruimen van
den rommel, die daar gemaakt wordt. Bij de Alma Ta-
demastraat b.v. verscheen plotseling zoon wagen,
waarin in den winter nogal flink gestookt wordt. Hier
door kwam er asch op de straat te liggen en ook andere
rommel. Dat is toch niet in orde.
De Voorzitter zegt, dat deze opmerking met het
onderhavige voorstel eigenlijk niets te maken heeft. Als
dergelijke karren er niet komen, kunnen ze ook geen
rommel maken.
De heer BuiëlZe kwamen er welNu het toch
over politieverordeningen gaat, merkt spr. nog op, dat
er hier niet aan openbare gebouwen van de gemeente
aangeplakt mag worden.
De Voorzitter: Dat heeft met de ijscokarren al heele
maal niets te maken
De heer Buiël: Er bestaat toch een verordening, dat
daar niet aangeplakt mag worden
De Voorzitter: Dit is niet aan de orde; het gaat nu
over de verordening i.z. ijscokarren.
De heer Buiël hoopt, dat zijn opmerking toch tot den
Voorzitter is doorgedrongen.
Met alg. stemmen wordt besloten overeenkomstig
het voorstel van den Burgemeester.
Punt 11a (bijl. no. 74). Met alg. stemmen wordt beslo
ten overeenkomstig het voorstel van B. en W.
Punt 12.
De heer Feitsma rapporteert namens de Commissie,
belast geweest met het onderzoek van den geloofsbrief
van den heer T. Laverman en bestaande uit de heeren
Feitsma, Balk en Hooiring, dat de Commissie den ge
loofsbrief en de daarbij overgelegde stukken heeft
onderzocht en in orde bevonden, weshalve zij den Raad
adviseert den heer T. Laverman als lid van den Raad
toe te laten.
Met alg. stemmen wordt dienovereenkomstig besloten.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.