14 Spr. zal er niet verder meer over praten. De posities zijn wel voldoende duidelijk en de burgerij zal over het raadsbesluit haar oordeel wel hebben. Spr. stelt voor, nu de zaak in twee instanties be sproken is, de beraadslagingen te sluiten. Er zijn drie voorstellen. Het voorstel om te besluiten overeenkomstig het concept-raadsbesluit no. 8202 a wordt z.h.st. aange nomen, evenals dat om te besluiten overeenkomstig het concept-raadsbesluit no. 8202 b. De Voorzitter wijst er op, dat het concept-raadsbe sluit no. 8202 c uit drie artikelen bestaat. Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig artikel I. De Voorzitter zegt, dat het amendement van de heren Mani en Bootsma, dat luidt: „Deze verordening heeft terugwerkende kracht tot 1 april 1958", betrekking heeft op de artikelen II en III. Spr. gelooft, dat het juist is, het amendement eerst in stemming te brengen, omdat het voorstel van B. en W. het meest vérgaande is. De heer Van der Veen meende, dat eerst over het meest vérgaande voorstel gestemd moest worden. De Voorzitter: Het is eigenlijk de vraag, wat meer of minder ver gaat. Spr. heeft er echter geen bezwaar tegen, dat eerst over het voorstel van B. en W. ge stemd wordt. Dan zullen nu de artikelen II en III in stemming moeten worden gebracht, alléén wat de datum betreft. Het komt ten slotte op hetzelfde neer. Maar spr. gelooft bij nader inzien toch wel, dat de heer Van der Veen gelijk heeft. De heer W. M. de Jong vraagt, of men hier in de regel niet amendementen laat voorgaan. Spr. vindt dat wel begrijpelijk en in overeenstemming met de praktijk. Hij zou zich kunnen vergissen, als het andersom ge beurde. De Voorzitter zegt, dat het reglement van orde niet spreekt over amendementen. Spr. zou het eigenlijk zó willen zien: er is een voorstel van B. en W. en een voorstel van de beide genoemde heren raadsleden. Als men zo de zaak stelt, gelooft spr., dat de raad juist doet het verstgaande voorstel het eerst in stemming te brengen en dat is het voorstel van B. en W., het voorstel met de vroegste datum: 1 september 1956. Maar ten slotte komt het op hetzelfde neer. Het voorstel van B. en W. wordt verworpen met 19 tegen 9 stemmen. Vóór stemden de heren Tiekstra, Pols, K. de Jong, Van der Meer, Schootstra en Ir. van Balen Walter, mevr. Heijmeijer-Croon en de heren Ras en Mr. van der Veen. De Voorzitter stelt nu het amendement van de heren Mani en Bootsma aan de orde. De heer W. M. de Jong vraagt, of nu door de gehou den stemming het gehele artikel niet verworpen is. Wat is daar nog van over? Kan er nu nog over het niet verworpen deel gestemd worden? De Voorzitter heeft uitdrukkelijk de datum van in gang genoemd; daar gaat het om. Als de heer De Jong stemming over het gehele voorstel verlangt, dan gaat spr. daarmee akkoord. De heer W. M. de Jong vindt het wel goed. Het amendement van de heren Mani en Bootsma wordt aangenomen met 25 tegen 3 stemmen. (Tegen stemden mevr. Heijmeijer-Croon en de heren Ras en Van der Meer). Hierna sluit de Voorzitter de vergadering. Verslag van de handelingen van de gemeenteraad van Leeuwarden van woensdag 16 juli 1958 RAADSVERGADERING van woensdag 16 juli 1958 Aanwezig: 26 leden. Afwezig: de dames Boersma-Hemminga en Boonstra- Rutgers en de heren Ir. van Balen Walter, Becherer, Bootsma, Stobbe, Schootstra, IJtsma en Mr. van der Veen. Voorzitter: de heer J. K. Dijkstra, loco-burgemees ter. Te behandelen punten: 1. Mededelingen. 2. Voorstel tot het verlenen van ontslag aan mej. T. Hoekstra, als onderwijzeres aan de Arendstuinschool I (g.l.o.) (bijlage no. 183). 3. Voorstel tot het verlenen van ontslag aan J. Groenewoud, als onderwijzer aan de Vijverschool I (v.g.l.o.) (bijlage no. 187). 4. Voorstel tot het benoemen van een onderwijzeres aan de Arendstuinschool I (g.l.o.) (bijlage no. 184). 5. Benoemen van een lid van het bestuur van de „Vereniging voor Volkshuisvesting". 6. Benoemen van een lid van het bestuur van de woningvereniging „Leeuwarden". 7. Voorstel tot het aankopen van grond, gelegen ten zuidoosten van de Groningerstraatweg, van de Ottema-Kingma-Stichting, alhier (bijlage no. 176). 8. Voorstel tot het aankopen van grond, gelegen nabij de spoorlijnen LeeuwardenZwolle en Leeuwar denHarlingen, van de provincie Friesland (bijlage no. 177). 9. Voorstel tot het verhuren van een opslagterrein, gelegen aan de Hofstraat, aan F. Efdé, alhier (bijlage no. 181). 10. Voorstel tot het afstaan in erfpacht van een perceel bouwterrein, gelegen aan de zuid-oostzijde van de Groningerstraatweg, aan A. van der Berg, alhier (bijlage no. 175). 11. Voorstel tot het afstaan in erfpacht van een perceel bouwterrein, gelegen aan de westzijde van de Pasteurweg, aan J. Hoekstra, alhier (bijlage no. 180). 12. Voorstel tot het onteigenen van gronden, gele gen ten noorden van het Van Harinxmakanaal en ten zuiden van de Julianalaan (bijlage no. 182). 13. Voorstel om te bepalen, dat een herziening van het uitbreidingsplan wordt voorbereid voor het gebied, gelegen tussen de Groningerstraatweg en de spoorlijn naar Stiens (bijlage no. 178). 14. Voorstel tot het verlenen van medewerking aan het bestuur der Nederlands Hervormde Schoolvereni ging, alhier, voor de aanschaffing van leermiddelen voor de school voor gewoon lager onderwijs aan de Beukenstraat. (bijlage no. 179). 15. Voorstellen tot het verlenen van medewerking aan het bestuur van de schoolstichting „St. Joannes de Dooper", alhier, voor de aanschaffing van leermid delen en schoolmeubelen voor de school voor gewoon lager onderwijs aan de Huizumerlaan (bijlagen nos. 185 en 189). 16. Voorstel tot het garanderen van de tijdige be taling van hoofdsom en rente van hypothecaire geld leningen, welke door de N.V. Bouwfonds Nederlandse Gemeenten te Assen aan een tweetal van haar bouw- spaarders zullen worden verstrekt (bijlage no. 186). 17. Voorstel tot het garanderen van de tijdige be taling van rente en aflossing van enkele door de Stich ting „De Nieuwe Leeuwarder Jachthaven", alhier, aan te gane geldleningen ten behoeve van de bouw van nieuwe schiphuizen (bijlage no. 188). 18. Voorstel tot het sluiten van een 4%% rentende onderhandse geldlening, groot f 708.000,met de N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten te 's-Graven- hage (bijlage no. 190). Punt 1. De Voorzitter deelt mede: A. dat Ged. Staten van Friesland hebben goedge keurd: 1. het raadsbesluit van 2 april 1958 tot het aankopen van landerijen, met opstallen, gelegen in Leeuwar den-Noord, van het St. Anthony Gasthuis, alhier; 2. de raadsbesluiten van 14 mei 1958: a. tot het bekrachtigen van de aankoop van de percelen Smidsbuurt nos. 18 en 44; b. tot het aankopen van de percelen Blekerstraat no. 14 en Oldegalileën no. 89, van R. J. Kooistra, te Hardegarijp, resp. van IJ. Ligthart, alhier; c. tot het verstrekken van een onderhandse geld lening, groot f 300.000, -, aan de Stichting Uit gebreid Technische School te Leeuwarden, ten behoeve van de aanschaffing van de inventaris van de van deze Stichting uitgaande school; d. tot het instellen van een rechtsvordering tegen een aantal voormalige huurders van schiphuis- terreinen aan de Lange Negen; 3. het raadsbesluit van 4 juni 1958 tot het sluiten van een onderhandse geldlening, groot f 1.274.000, met de N.V. Bank voor Nederlandsche Gemeenten, te 's-Gravenhage; B. dat zijn ingekomen: 1. rapporten omtrent kasopneming en controle van de administratie van de Geneeskundige- en Gezond heidsdienst, de Energie-bedrijven, de Gemeenterei niging en de Algemene Begraafplaatsen; 2. berichten van verhindering van de dames Boersma- Hemminga, Boonstra-Rutgers en de heer Schoot stra. Al deze mededelingen worden voor kennisgeving aangenomen. Punten 2 en 3 (bijlagen nos. 183 en 187). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 4 (bijlage no. 184). De voordracht van B. en W. luidt als volgt: mej. J. Gerbenzon te Stiens. Benoemd wordt de voorgedragene, met alg. stem men.

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1958 | | pagina 1