2 3 kwartaal 1966. Als dus de kas op 12 september op genomen wordt, dan wil dat nog niet zeggen, dat de controle over het 3e kwartaal ook heeft plaatsgevon den. Zodoende is die datum van 15 november m.i. nog niet zo gek. Aan het inhalen van de achterstand wordt druk ge werkt op het ogenblik; daar zijn twee krachten extra voor ingezet. Ik heb dan ook de indruk, dat die achter stand snel ingelopen wordt. Het rapport wordt voor kennisgeving aangenomen. Sub B 3 t.e.m. 7. Deze rapporten worden voor kennisgeving aangeno men. Sub C. Dit verzoek wordt in handen van B. en W. gesteld om preadvies. Sub D. De heer Heidinga: Ik heb destijds de zaak van het zwembad in 't Nijlan aangesneden in de Raad en ik was en mèt mij de gehele Raad wel eens on gerust over de wending die ze nam. We hebben vanuit deze Raad het College vaak geprobeerd te stimuleren in een bepaalde richting. Daarom voel ik mij nu ook verplicht even mijn grote voldoening uit te spreken over het bereikte resultaat. Ik geloof, dat de Konink lijke Heide Maatschappij aan haar naam verplicht was tegenover de Gemeente te handelen, zoals ze heeft ge daan, maar een feit blijft ik weet er alles van dat een oplossing van een dergelijke kwestie vaak heel moeilijk is. De Heide Maatschappij heeft zich hier prima gehouden en ik ben verheugd, dat het B. en W. gelukt is deze zaak tot een goed einde te brengen. De heer Van Balen Walter: Het was mij niet mo gelijk uit de mij toegezonden stukken iets over dit zwembad te lezen; ik kreeg n.l. blz. 3 van de Mede delingen niet thuisgezonden. De heer Vellenga: Het was de meeste raadsleden ook wel bekend, dat deze zaak al op haar pootjes te recht gekomen was; waarschijnlijk had het water van de tijd onze memorie op dit punt al een beetje aan getast. Destijds is ook van onze kant nogal vrij kritisch over deze zaak tegen U aan gepraat en ook wij meenden met klem in een bepaalde richting te moeten adviseren. Daarom is het goed, dat, nu een en ander geregeld is, zoals in het onderhavige stuk vermeld gelukkig tevens in het belang van vele gebruikers van dit zwembad ,f ook onze fractie de waarderende woorden aan het adres van Uw College onderstreept. De Voorzitter: Allereerst mag ik namens het Col lege wel zeggen, dat wij dank verschuldigd zijn voor de waarderende woorden en dat Uw voldoening ook volkomen onze voldoening is. Daarom hebben we ge meend, dit stuk op deze wijze aan de Raad te moeten voorleggen, zodat deze officieel van de gang van za ken op de hoogte is. We hebben dit gedaan in het ver trouwen, dat daarmee een punt achter deze historie kan worden gezet. Deze brief wordt voor kennisgeving aangenomen. Punt 3 (bijlage no. 388). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van B. en W. Punt 4a (bijlage no. 401). Voordracht: J. Masséus, alhier. Benoemd wordt de voorgedragene, met algemene stemmen. Punt 4b (bijlage no. 400). Aanbevelingen I. Voorzitter: J. Heetla, wethouder; II. Leden a. P. J. Engels, lid van de Gemeenteraad; b. G. de Vries, lid van de Gemeenteraad; c. Mevr. G. de Blaauw-Hilgenga, alhier; d. H. Wiersma, alhier; e. H. J. Witteveen, alhier; f. Mr. W. Brouwer, alhier; g. 1. Sj. de Vries, alhier; 2. L. Balt, alhier. Benoemd worden in de vacatures I en II a t.e.m. f de aanbevolenen met algemene stemmen. Benoemd wordt in vacature g de heer Sj. de Vries, met algemene stemmen. Punt 4c. De heer Vellenga: Er is in het seniorenconvent niet in een officiële vergadering, maar zo tussen de zaken door besproken, welk soort vacatures dit waren. Er was een vacature bij uit onze raadsfractie. Het leek ons goed om weer een kandidate uit onze fractie te stellen. Dat is mevrouw L. Ringenaldus-Van der Wal. Ik meen, dat de andere vacature een uit de c.h. fractie is, misschien dat van die kant ook een naam genoemd zal worden. De hear Santema: De c.h. fraksje soe graech kan- didaet stelle mefr. Van der Ploeg-Posthuma. De heer Vellenga: Wij kunnen ons ontheven ach ten van de taak over mevrouw Ringenaldus iets te zeg gen, omdat U haar tot en met kent. Misschien is voor velen van ons de naam van mevr. Van der Ploeg niet zo bekend en het is voor de Raad wel prettig, nu toch al niet iemand uit de raadsleden benoemd wordt, te weten, welke dame wij in dit bestuur kiezen. De heer Santema wil stellig wel zo vriendelijk zijn ons iets over haar te vertellen. De hear Santema: Mefr. Van der Ploeg-Posthuma is de frou fan it haed fan de Wilhelminaskoalle, dy't har ek op maetskiplik gebiet biweecht en hja hat greate nocht oan dat wurk. Dat mei miskien in reden wêze, dat ik har by de Rie oanbifelje kin. De Voorzitter: Uiteraard blijft het College en ze ker Uw Voorzitter, zoals te doen gebruikelijk, buiten deze aanbevelingen. Benoemd worden de dames Ringenaldus-v. d. Wal en V.d. Ploeg-Posthuma, beiden met alg. stemmen. De heren Miedema en Schönfeld vormden het stem bureau. Punten 5, 6 en 7 (bijlagen nos. 391, 381 en 390). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 8 (bijlage no. 383). De Voorzitter: Dit voorstel wordt door mij van de agenda afgevoerd, omdat hierbij enkele vraagpunten bestaan, die eerst moeten worden opgelost, om de ze kerheid te hebben, dat het voorstel zich voor uitvoe ring zou lenen. Ik zie de teleurstelling op het gezicht van de heer Heidinga. (Gelach). Punten 9 en 10 (bijlagen nos. 399 en 386). Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van B. en W. Punt 10a (bijlage no. 402). De heer Bakker: Het lijkt mij toe, dat we hier niet lang over behoeven te praten, ik kan haast volstaan met een „hiep hoi", maar voor de zekerheid wil ik dit toch wel in goed gemeenteraads-idioom vertalen. Ik kan U dan meedelen, dat de fractie van de P.v.d.A. van harte haar steun zal geven aan dit voorstel, vooral omdat we begrepen hebben, dat het dunne ijsvloertje in de winter niet schadelijk zal zijn voor de zomerse atletiek-beoefening op de baan. De heer Weide: Ik zou het College ook hulde wil len betuigen voor de enorme snelheid, waarmee dit voorstel bij de Raad binnenkomt. Want dit idee is voortgekomen, voorzover mij bekend, uit een discussie van slechts enkele maanden geleden in de Commissie van advies en bijstand van de Dienst voor Sport en Recreatie. Ik hoop, dat U in de toekomst elk goed idee, dat uit de Raad komt, met dezelfde snelheid zult be handelen. De heer Schönfeld: Dit voorstel juich ik van harte toe. Mede door de uitbreiding van het zuidwestelijk stadsgedeelte bestond er een enorme behoefte aan ijs- recreatie, die tot dusverre vooral door vele jongeren dikwijls op gevaarlijke vijvers werd bedreven. Gezien wij Friezen een schaatsminnend volk zijn, mogen we dit gerust een aanwinst voor onze stad noemen. Boven dien ben ik er zeer gelukkig mee, dat we de atletiek baan nu voor een tweeledig doel kunnen gebruiken. Het verdient m.i. aanbeveling in toekomstige uitbrei dingsplannen met mogelijkheden van dergelijke aard terdege rekening te houden, aangezien we er niet al leen grond, maar ook kosten mee besparen. De hear Miedema: Ik kin my oanslute by hwat de foarige sprekkers sein hawwe, mar der bliuwe in pear fragen en opmerkings oer. Hat it kans, dat de atletyk- baen, dy't dus tydlik under it iis komt to sitten, hjir hinder fan ünderfine sil Is der ünderfining op dit punt opdien hjir en dêr? Iisklub Tjallinga moast har baen yn Huzum kwyt en der binne har bipaelde tasizzingen dien oer in oare baen. Nou sil de Gemeente dêr seis in baen eksploi- tearje folslein akkoart mar ik leau dochs, dat it bistjür fan Tjallinga foar de goede gong fan saken hjir efkes oer ynljochte wurde moat, al soe it mar per lyts briefke wêze. De heer Stek: Wij zijn verheugd over dit voorstel om de sintelbaan in 't Nijlan te gebruiken als ijsbaan, vooral omdat in dit gedeelte van onze stad iets der gelijks niet bestaat. Voorts zult U het mij niet euvel duiden, dat ik er als jong raadslid een beetje trots op ben, dat U met dit voorstel bent gekomen. Waarschijn lijk herinnert de Wethouder zich het gesprek nog wel, dat de heer Bakker en ik en ook andere heren het er tijdens de excursie van de Dienst voor Sport en Recrea tie op 7 oktober j.l. met U over hebben gehad. Ik dacht ook, dat een compliment voor die Dienst hier zeer zeker op zijn plaats was. Nu heeft men mij verteld, dat het voor de sintelbaan funest is, als hier 's winters een ijsbaan op komt. In hoeverre dit waar is, kan ik niet beoordelen. Alleen vraag ik mij wel af: Hoe zit het dan met het U wel bekende Bislet-ijsstadion in Oslo? En dichter bij met de banen in Enschede en Overveen? Om van de vele tennisbanen, die 's winters opgespoten worden, maar niet te spreken. Misschien zou U ons, wat dit betreft, kunnen informeren. Dan een vraag over de tarieven. Ik mis hier n.l. de doorlopende en/of gezinskaart. Ik zou het zeer op prijs stellen, dat ook die bij de tarieven wordt opgenomen. Ten slotte heeft onze fractie nog een uiterst belang rijke vraag: Hoe staat het nu met de ijsclub Tjallinga? Heeft zij reeds grond aangewezen gekregen voor een nieuwe ijsbaan en kan zij hiermee akkoord gaan? Zal zij dus in dit ijsseizoen weer diverse, voor Friesland specifieke, kortebaanwedstrijden kunnen organiseren? Ik vertrouw erop, dat U, wat die laatste vraag betreft, een bevestigend antwoord kunt geven, zodat door het voorstel i.z. de ijsbaan in 't Nijlên het verlangen van de ijsclub Tjallinga niet op „de lange baan" wordt geschoven. De hear Santema: Eltse fraksje hat oer dit ütstel de loftrompet stutsen, mar wy wiene fansels ek wol fan plan dermei yn to stimmen. Wy binne ek bliid mei dizze iisbaen. Wy hawwe wolris praet oer in kunst- iisbaen en doe hat de idé fan in folie makliker en goedkeaper forfangingsmiddel ek al meispile. Nou hat der in pear wiken nei dy tiid immen by nxy west, dy't nochal ris yn Amsterdam kaem en dêr op de sintelbanen faek meidie oan trainingswedstriden. Hoewol wy hjir in hiel goede set dogge, sil der na- tuerlik wol hwat fan de technici ferge wurde, omdat it neffens myn ynljochtings nochal ris foarkomt, dat de sintels in bytsje byelkoar op in bult lizze, hwer- troch üneffenheden yn de banen komme. Mar wy meije, leau ik sjoen ek de ünderfinings, dy't oare stêdden yn Nederlan op dit gebiet hawwe wol for- trouwe, dat dizze baen yn de takomst ek foar Ljouwert bilangryk wêze sil. Us komplimint. De Voorzitter: De Raad maakt mij de beantwoor ding bijzonder gemakkelijk. Wij hebben met het oog op de te verwachten vorst gemeend U dit voorstel nu te moeten doen. Het zou bijzonder jammer zijn geweest, als er vóór de raads vergadering van 9 januari een winterperiode zou ko men, want dan was de baan natuurlijk niet op tijd tot stand gekomen. Het is een heel simpele oplossing, maar U moet zich wel realiseren, dat de sintelbaan niet onder water wordt gezet. Dat zou inderdaad grote risico's voor de baan hebben opgeleverd. Immers als deze continu onder het ijs zou blijven, dan zouden we de kans lopen, dat de vorst de grond in gaat en dat mag niet gebeuren. Het wordt dus niet een spuitbaan, maar een sproeibaan en dat heeft hetzelfde effect als ondergekoelde regen op de wegen. Het betekent dus de vorming van een vrij dun ijslaagje op de sintelbaan. Dat is elders in den lande veelvuldig gedaan, zonder dat de banen enige schade ondervonden. De Dienst voor Sport en Recreatie heeft zich daarover door deskundigen laten voorlichten en ik memoreer met ge noegen, dat een technicus van een dienst van een der grote steden in ons land zelfs persoonlijk het personeel van onze eigen dienst heeft geïnstrueerd. Deze korte sintelbaan kan niet gebruikt worden voor wedstrijden. Er moet daarvoor 100 m sprint gelopen kunnen worden; er moet een aanzetstuk zijn en men moet een uitloop tot in de bocht hebben. Hier zou dus de bekende 160 m niet kunnen worden geschaatst. Ook de straal van de bochten is voor langebaanwedstrijden ondeugdelijk. Deze baan is er alleen voor bestemd, dat men zich er gezellig op kan vermaken, ook als het licht vriest. Er zijn tussen mij en de voorzitter van de ijsclub Tjallinga contacten geweest over de kwestie van de ijsbaan van deze club en B. en W. zullen binnenkort een bespreking hebben met het bestuur. Het zou na tuurlijk ook prettig zijn Tjallinga bij de sproeibaan in te schakelen, maar het College staat nog onveranderd op het standpunt, dat Tjallinga een eigen baan terug moet hebben. De hear Santema hoecht him net üngerêst to meit- sjen oer de sintelbaen. Dizze moat natuerlik wol tige flak bliuwe. Troch it iis sille der gjin bultsjes op komme. Het uitgeven van doorlopende kaarten, wat de heer Stek wenst, zou natuurlijk alleen maar interessant zijn bij een vrij langdurige vorstperiode. Maar zodra ook de andere ijsbanen gebruikt kunnen worden, zal het ge bruik van deze baan waarschijnlijk wel afnemen. Daar mee hebben we echter nog geen ervaring; het is een experiment. We hopen mèt de Raad, dat dit een goed experiment mag zijn. Technisch zijn er geen bezwaren en als we de bevolking in haar verlangen om te schaat sen zo snel mogelijk tegemoet komen, dan hebben we dat ben ik volledig met de Raad eens wel goed werk gedaan. De heer Weide was wat optimistisch gestemd over de mogelijkheid om elk idee van de Raad vlot uitge voerd te krijgen. Bij bepaalde ideeën kan dat wel, doch het moet natuurlijk niet al te fors worden. Maar dat weet de heer Weide ook wel. Ik ben erkentelijk voor zijn waarneming van de ontvankelijkheid van ons Col lege voor de ideeën van de Raad. De heer Stek: Ik zou nog graag iets willen horen over de gezinskaarten. U zegt: Deze kunnen alleen maar van betekenis zijn gedurende een lange vorst periode. Nu meen ik, dat b.v. Tjallinga ook deze kaar ten heeft. Ze kunnen gelden voor een periode van een maand of twee maanden, maar het lijkt mij toe, dat er wel een bepaalde oplossing voor is. U zult het wel eens bekijken, akkoord, maar is er een mogelijkheid, dat U het zo gaat bekijken, dat U tot invoering over gaat?

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1966 | | pagina 2