16iS
Verslag van de vergadering op donderdag 23 februari 1972 van de afdeling III van de gemeenteraad
ter voorbereiding van de behandeling van de Ontwerp-begrotingen voor 1972.
Tiekstra zegt het nu weer dat wij er van uitgaan,
dat dit jaar de Oldehove in de steigers gaat. Maar op
een andere manier gefinancierd dan we destijds ge
hoopt hadden. Ongeveer in deze geest is het gegaan.
(De heer Heidinga: Ja, ja.) Ik neem aan, dat U wel
content bent met dit antwoord? (De heer Heidinga: O
ja, er is toch ook niets aan te doen. (Gelach)
De Voorzitter: Nu zijn we ook door de stof van af
deling II heen en ik zou willen constateren, dat we op
de goede weg zijn. Ik kan me herinneren, dat we het
eerste jaar met deze afdeling of dat nu aan Weth.
Tiekstra lag of aan de aanwezige andere raadsleden;
dat wil ik buiten beschouwing laten om 3.00 uur pas
klaar waren. En het vorige jaar sloeg deze afdeling ook
het record; toen was het 1.00 uur. Toen de heer Tiekstra
mij vroeg, hoe laat het gisteravond in de eerste afde
ling was geworden en ik antwoordde: Half elf en hem
vroeg, of hij om die tijd ook dacht klaar te zijn, ant
woordde hij: Nee, kwart voor elf. Nu, hij heeft dus niet
helemaal juist geschat, maar ver mis was hij niet.
Ik wil U allen voorts hartelijk dank zeggen voor Uw
medewerking. Het vrij vroege uur van afloop is toch,
dacht ik, wel een bewijs, dat we met elkaar op de
goede weg zijn met deze behandeling van de begroting.
De Voorzitter sluit, om 23.00 uur, de vergadering.
Aanwezig van deze afdeling: de heren J. ten Brug
(weth.), G. Buising, H. Jansma, J. Schaafsma, P. Snel
en L. Visser.
Afwezig van deze afdeling: de heer J. B. Singelsma.
Aanwezige overige raadsleden: de dames M. M. Th.
Visser-van den Bos en L. Woudstra-Peene en de heren
G. F. Eijgelaar (van 19.40 tot 22.10 uur), Drs. D. Faber,
(T. H. van Haaren, O. Heidinga (tot 23.25 uur), A.
Klomp (tot 23.35 uur), K. Spoelstra (tot de koffie
pauze), J. T. Vellenga (tot 21.00 uur), G. de Vries (tot
de koffiepauze) en J. Wiersma (tot de koffiepauze).
Voorzitter: de heer J. S. Brandsma, Burgemeester.
Voorts zijn aanwezig: de heren Mr. W. J. G. Reu-
mer, loco-Secretaris, P. Bonnema, Directeur van de
Dienst voor de Gezondheidszorg (tot de koffiepauze),
J. Dekker, Economisch Directeur van de Dienst voor
de Gezondheidszorg (tot de koffiepauze), J. Kühnel,
Directeur van de Schooladviesdienst (na de koffiepau
ze), J. Nauta, ambtenaar van de afdeling Onderwijs,
J. J. Oljans, Hoofd van de afdeling Onderwijs, D. J.
Smit, Directeur van de Gemeentelijke Gezondheids
dienst tot 20.30 uur), H. J. Winkelman, Hoofd
van de afdeling Kabinet en Algemene Zaken, en C.
IJsbrandij, Hoofd van de afdeling Financiën en Belas
tingen.
Te behandelen punten:
Gemeentelijke Gezondheidszorg.
Dienst voor de Gezondheidszorg.
Algemene Dienst
Hoofdstuk IV Volksgezondheid.
Hoofdstuk VIII Onderwijs (algemeen.
Hoofdstuk VIII, par. la Openbaar Kleuteronderwijs.
Hoofdstuk VIII, par. 2a Openbaar basisonderwijs.
Hoofdstuk VIII, par. 3a
Openbaar buitengewoon onderwijs.
Hoofdstuk VIII, par. 4a
Openbaar voortgezet onderwijs.
Hoofdstuk VIII, par. 4b
Bijzonder voortgezet onderwijs.
Hoofdstuk VIII, par. 5 Wetenschappelijk onderwijs.
Hoofdstuk VIII, par. 6 Diversen.
De Voorzitter: Dames en heren, ik stel voor, dat wij
met onze werkzaamheden beginnen. Ik heet U allen
hartelijk welkom op deze vergadering van de Ille af
deling. Ik moet U allereerst mededelen, dat de heer
Singelsma heeft medegedeld, dat hij plotseling is ver
hinderd. En aangezien hij het tot dusverre nog niet
verder heeft gebracht dan één man in zijn fractie, heeft
hij niet een vervanger kunnen aanwijzen. Er zijn dus
5 leden van de afdeling hier vanavond verplicht aan
wezig. Mag ik verder een beroep op U allen doen om,
als U spreekt, goed gebruik te maken van onze prima
microfoons, want ik heb de mededeling gekregen, dat
de stemmen bijzonder slecht op de band komen, niet
omdat de microfoons niet goed werken, maar omdat
de raadsleden ze in de tot nu toe gehouden afdelings
vergaderingen niet juist gebruikten. Misschien wilt U
zo vriendelijk zijn er zoveel mogelijk rekening mee te
houden; anders is het zo moeilijk om het verslag straks
goed op papier te krijgen.
Ik stel dus aan de orde
Afdeling UI.
Gemeentelijke Gezondheidsdienst.
De hear Jansma: Op fraech 4 fan dizze öfdieling is
antwurde: „Met deze bezetting (van de schoolartsen-
dienst) is het mogelijk de consultatiebureaus voor zui
gelingen en kleuters van de Kruisverenigingen over te
nemen, zoals al geruime tijd in de bedoeling lag." Bi-
tsjut dat, dat de konsultaesjebureaus oernommen wur-
de troch de G.G.D.? Of hawwe de Krüsforieningen hjir
dochs noch wol in bipaelde taek? Ik soe my foarstelle
kinne, dat de forantwurdlikheit by in medikus leit by
sa'n konsultaesjebureau, mar haldt dat yn sa'n gefal
yn, dat de forantwurdlikheit by de Gemeente leit, hwan-
near't it, lyk as hjir, om in gemeente-arts giet? En lei
dit al in hiele tiid yn de bidoeling, sawol fan it Kolleezje
as ek fan de Krüsforieningen?
De heer Schaafsma: Wat vraag 4 betreft, mijn in
lichtingen zijn als volgt (het is een klein historisch
overzicht). Ik dacht, dat de consultatiebureaus m.n. in
Leeuwarden gebrek aan artsenbezetting hadden en toen
uit nood een keer hebben aangeklopt bij de G.G.D. Het
is toen, meen ik, gekomen tot een concept-contract met
destijds dokter Van Driel, maar omdat de G.G.D. toen
ook onderbezet was, is er van een utlening van, ik ge
loof, fs schoolarts niets gekomen. Ik heb het idee,
dat wat op de vraag geantwoord is al geruime tijd in
de bedoeling lag en afkomstig is uit het idee, dat dit
concept-contract er nog altijd ligt. Ik dacht, dat het
alleen de bedoeling was van de G.G.D. Het kan na
tuurlijk ook van beide kanten de bedoeling zijn, maar
dan zou er toch inderdaad eerst een contract gemaakt
moeten worden.
Mevr. Woudstra-Peene: Op vraag 3 (aanstelling
van een bedrijfsarts) wordt geantwoord, dat het niet
gelukt is tot het gewenste resultaat te komen. Ik wilde
alleen maar even weten: Waarom niet?
De heer De Vries: Wij hebben de afgelopen week
maandag in de Raad een gesprek gehad over het
voorstel tot de bouw van een gebouw voor de G.G.D.
en de S.A.D. In de gedachtenwisseling met het College
is op een gegeven moment door Weth. De Jong ge
zegd: Och, het is niet zo urgent, want er zijn wel alter
natieven. Er komen allerlei gebouwen straks en het
volgend jaar vrij in de stad en dan is er wel een op
lossing voor te vinden. Ik ben op die zaak op dat mo
ment niet ingegaan, maar ze heeft me sindsdien toch
wel bezig gehouden. En ik vraag me af: Is deze op
vatting naar de mening van het College wel juist?
Mogen we wel het risico nemen, dat het volgend jaar
de G.G.D. en de S.A.D. wanneer het huurcontract
met de F.B.T.O. afloopt hier en daar in allerlei oude
gebouwen hun intrek moeten nemen Deze diensten
zouden juist naar mijn gevoel een huisvesting moeten
hebben, die hun optimale mogelijkheden voor hulpver
lening biedt.
Mevr. Visser-van den Bos: Ik wil me graag bij de
vraag van de heer De Vries aansluiten en dan ook ver
tellen, dat ik me sinds ik de mededeling terzake heb
gekregen met de kwestie heb beziggehouden, maar
vooral toen ik gisteravond weer hoorde, dat er grote
panden vrij komen in de stad, vroeg ik me weer af:
Is het nu niet mogelijk zeer tijdig te gaan onderzoeken,
of er bij die grote panden ook geschikte zijn om ze in
orde te maken voor een van de diensten, waarvoor we
nu een nieuw gebouw zouden moeten stichten? Dan
hebben we het voordeel, dat, wanneer we een van deze
panden een bestemming zouden kunnen geven ik
weet best, dat ook een verbouwing veel geld kost
ze niet behoeven te verkrotten. En dan hebben we ge
lijk een oplossing voor panden die op plaatsen staan
die zeer kwetsbaar zijn.
De hear Klomp: Ek efkes oer fraech 3. Is it, sjoen
yn it ramt fan üs nuodlike bigreatingsposysje, abslüt
nedich, dat der sa'n bidriuwsarts komt? Kin dat net
ütsteld wurde oant bettere tiden?
De heer Ten Brug (weth.)De heer Jansma heeft
het gehad over de geruime tijd in de bedoeling liggende
overname, zoals het in het antwoord van B. en W.
staat, van de vier consultatiebureaus van de Kruis
verenigingen. De heer Schaafsma heeft i.v.m. de uit
drukking „geruime tijd" een juist historisch overzicht
gegeven, maar hij heeft m.i. de lijn niet juist doorge
trokken. Inderdaad hadden en hebben de Kruisvereni
gingen moeite met de bemanning van de consultatie
bureaus. Zij hebben het was nog in de tijd van dokter