8
1
Punt 34c (bijlage no. 370).
Aanbeveling
1. mej. T. F. Braunius;
2. mej. A. B. Hilhorst.
Benoemd wordt mej. T. F. Braunius met alg. stem
men.
Punt 34d (bijlage no. 398).
Vacature Ir. B. C. van Balen Walter:
Voordracht
1. mevr. R. Benes-Puschnig;
2. mevr. Ir. L. H. de Roo de la Faille.
Benoemd wordt mevr. R. Benes-Puschnig met 33
stemmen (mevr. Ir. L. H. de Roo de la Faille 1 stem)
Vacature Mr. C. Bramer:
Voordracht:
1. de heer Mr. C. Bramer;
2. de heer Mr. W. Brouwer.
Benoemd wordt de heer Mr. C. Bramer met alg.
stemmen.
Vacature Mr. C. H. Beekhuis:
Voordracht:
1. de heer Mr. C. H. Beekhuis;
2. de heer Ir. H. Ehrhardt.
Benoemd wordt de heer Mr. C. H. Beekhuis met
alg. stemmen.
Punt 34e (bijlage no. 398).
Aanbeveling:
de heer W. S. P. P. de Leeuw.
De Voorzitter: Uit de raadsbrief hebt U kunnen
lezen, dat de heer Van Balen Walter in Uw kring
geen onbekende niet terug keert als voorzitter van
de Stichting Culturele Centra. De heer Van Balen
Walter, die ook reeds voorzitter was van de vereni
ging ,,De Harmonie", heeft ervoor gezorgd, dat de
overgang van die vereniging naar de nieuwe situatie
zich zo geruisloos mogelijk heeft voltrokken. De wij
zigingen die zich daarbij voordeden, zijn overigens
zeer ingrijpend geweest. Het is mij bekend, dat de
heer Van Balen Walter de eerste jaren van het be
staan van de nieuwe stichting bijzonder veel tijd en
energie aan die organisatie heeft gegeven. Zonder
enige overdrijving mag ik stellig constateren, dat hij
met vaste hand aan het roer heeft gestaan. Er is deze
paar jaar zeer veel werk gedaan zowel met betrek
king tot de personeelsbezetting als met betrekking tot
het gebouw. Ik ben ervan overtuigd, dat ik namens U
allen spreek als ik de heer Van Balen Walter hartelijk
dank zeg voor al hetgeen hij heeft gedaan in het be
lang van de Stichting Culturele Centra. Met Uw in
stemming hoop ik daarvan nog tegenover de heer
Van Balen Walter persoonlijk duidelijk blijk te geven.
De heer Heidinga: Ik wil mij graag, namens de
Raad, bij Uw woorden aansluiten. Wij hebben de heer
Van Balen Walter hier lange tijd in ons midden ge
had. Wij hebben altijd genoten van zijn manier van
optreden hier en wij hebben ook wel gevolgd alle ar
beid die hij voor onze Harmonie gedaan heeft. Wij
hopen, dat U ook de waardering van de Raad wilt uit
spreken voor het werk van de heer Van Balen Walter
met betrekking tot de Harmonie.
De Voorzitter: Dank U wel, mijnheer Heidinga,
dat zal ik heel graag doen.
Benoemd wordt de heer W. S. P. P. de Leeuw met
32 stemmen (2 stemmen blanco).
Twee raadsleden hadden reeds voor de stemming de
vergadering verlaten.
De heren S. Bouma en A. Klomp vormden met de
Voorzitter het stembureau.
De Voorzitter sluit, om 20.45 uur, de vergadering.
Verslag van de handelingen van de Gemeenteraad van Leeuwarden van maandag 18 december 1972
RAADSVERGADERING
van maandag 18 december 1972.
Aanwezig 35 raadsleden: de dames E. Brandenburg-
Sjoerdsma, J. Dijkstra-Bethlehem, G. Visscher-Bouwer
en M. M. Th. Visser van den Bos en de heren S. Bouma,
J. ten Brug (weth.), G. Buising, G. F. Eijgelaar, T. H.
van Haaren, J. Heetla (weth.), O. Heidinga, S. Hiem-
stra, H. Jansma, J. F. Janssen, J. de Jong, K. J. de
Jong (weth.), A. Klomp, J. Knol, W. S. P. P. de Leeuw,
H. Meijerhof, W. Miedema, J. Schaafsma, J. B. Singel-
sma, P. Snel, K. Spoelstra (tot de theepauze), N. Sterk,
J. Tiekstra (weth.), Mr. B. P. van der Veen, P. van der
Veen, J. T. Vellenga, L. Visser, G. de Vries, P. D. van
der Wal, K. Weide (weth.) en J. Wiersma.
Afwezig: de heren W. Hemstra en Ir. C. L. Rijpma.
Voorzitter: de heer J. S. Brandsma, Burgemeester.
Secretaris: de heer P. P. de Jong.
Voorts zijn aanwezig de heren Mr. W. J. G. Reumer,
loco-Secretaris, W. Braaksma, adj. Hoofd van de afde
ling Bedrijven en Controle, M. F. Koopmans, Hoofd van
de afdeling Sociale Zaken en Welzijnsaangelegenheden,
Mr. H. J. Winkelman, Hoofd van de afdeling Kabinet
en Algemene Zaken, en C. IJsbrandij, Hoofd van de
afdeling Financiën en Belastingen.
Te behandelen punten:
1. Begrotingen van de gemeentelijke takken van
dienst en van de begroting van de algemene dienst der
Gemeente voor het jaar 1973
a. algemene beschouwingen;
b. punten genoemd in bijlage no. 406;
c. vaststellen van de begrotingen.
2. Verzoek om verlening van een aanvullende bij
drage uit het Gemeentefonds (bijlage no. 407).
3. Wijzigen van de verordening op de heffing en in
vordering van een straat- en rioolbelasting (bijlage
no. 409).
4. Heffen van opcenten op de hoofdsom der perso
nele belasting (bijlage no. 410).
5. Kleinverbruikerstarieven elektriciteit (bijlage no.
405).
6. Investeringen van een aantal takken van dienst
voor het dienstjaar 1973 (bijlage no. 411).
7. Aanwijzen van de grondslag voor de heffing van
belastingen terzake van onroerend goed (bijlage no.
408).
De Voorzitter: Dames en heren, hartelijk welkom op
deze vergadering van de Raad. Het is een belangrijke
vergadering. Wij hebben als eerste en ook hoofdpunt
op onze agenda staan: de begrotingen van de gemeen
telijke takken van dienst en de begroting van de alge
mene dienst voor het jaar 1973. Wij gaan het eerste
punt in drieën behandelen. Eerst komen de algemene
beschouwingen, dan de punten welke zijn overgebleven
uit de afdelingsvergaderingen en welke zijn samenge
vat in bijlage no. 406, en tot slot zullen wij dan de be
grotingen al dan niet vaststellen; als het een beetje
kan moet dat natuurlijk wel gebeuren.
Voordat wij met onze discussies beginnen, wil ik
eerst nog even aan de Secretaris vragen of er berich
ten van verhindering zijn binnengekomen.
De heer P. P. de Jong (secr): Inderdaad is van
twee raadsleden, n.l. de heren Hemstra en Rijpma, be
richt van verhindering ontvangen.
Punt la.
Algemene beschouwingen.
De heer Vellenga: Het carillon gaat weer spelen.
Vanaf 1945 is daarover gepraat, in en buiten de Raad.
Eindelijk is het dan zo ver. En als men later zal vra
gen: Wanneer is het carillon weer gaan spelen?, dan
zullen sommigen misschien antwoorden: Dat was in
dezelfde tijd, dat Leeuwarden artikel 12-gemeente zou
worden. Tot het repertoire van het carillon zal niet be
horen de vooroorlogse Schlager: Geen geld en toch
geen zorgen. Dat devies mag voor bepaalde fliereflui
ters gelden, maar niet voor gemeenten. In Leeuwarden
zijn de reserves op, de rek is eruit. Een eensgezind Col
lege presenteert deze begroting, die hopelijk ook door
een eensgezinde Raad zal worden aangenomen. Ik heb
dit voorjaar, sprekend over de begroting 1972, reeds
gezegd, dat er een verantwoord beleid is gevoerd, dat
praktisch altijd de instemming van de hele Raad of
van een duidelijke meerderheid in die Raad had. Daar
om leek ons en lijkt ons snijden in eigen vlees, knab
belen aan de rand van het uitgavenpatroon, niet alleen
onjuist vanwege de geringe financiële effecten, maar
ook bestuurlijk-psychologisch fout. Geen geld, en daar
om wel zorgen. En daarom zullen de twee Johannes-
sen, de twee Jannen en de twee Klazen die samen het
College vormen (Gelach) daar had U zelf nog nooit
aan gedacht, merk ik zich op het Ministerie van
Binnenlandse Zaken hebben te vervoegen. Melden bij
loket 12. Opstellen in rijen van tien, want er staan
meer te wachten. De gemeente van gemeenten die ar
tikel 12 belijden, breidt zich geregeld uit. Ik zou eerst
spreken van gemeenten die artikel 12 onderhouden,
maar dat klopt niet, want niet de gemeenten onder
houden artikel 12, maar ze worden onderhouden op
grond van artikel 12.
Op de agenda staat onder punt 2: Verzoek om ver
lening van een aanvullende bijdrage uit het Gemeente
fonds. Welnu, dat verzoek zal ginds in behandeling
worden genomen. De inspecteur vertelt. De inspecteur
vertelt verder. Er zal gecijferd en geanalyseerd wor
den en na veel overleg en overleggingen zal dat tot een
resultaat leiden. Als het erg goed gaat, mag Wethou
der De Jong van dat resultaat misschien iets weten.
Maarde Raad staat aan het hoofd der Gemeente
in volstrekte onwetendheid. De V.N.G. heeft op die
„Geheime Operatie artikel 12" in recente publikaties
duidelijk gewezen. Daarom ben ik voor een punt 2a:
Brief aan de Minister van Binnenlandse Zaken om vol
ledige informatie van B. en W. en de Raad tijdens en
stellig aan het eind van de artikel 12-procedure. Af
schrift van zulk een brief aan Gedeputeerde Staten.
Nadere financiële beschouwingen levert de heer
Knol.
Ik wijs nog wel op één der aspecten van dit soort
armlastigheid, n.l. het weer verder terug duwen van de
gemeentelijke bevoegdheden. Tot verwondering van ve
len overigens niet van ons zijn de laatste jaren
de centraliserende tendenzen toegenomen, ondanks het
feit, dat er geen socialisten in de Regering zaten. In
menige sector gaat de rijksoverheid zo sterk domine
ren, dat er voor de lokale gemeenschappen weinig
ruimte over blijft. En opnieuw zijn er een aantal wets
ontwerpen onderweg die gemeenten nog meer hervor
men tot gedeconcentreerde rijksdiensten. De V.N.G.
somt een aantal sprekende voorbeelden op in de open
brief aan de kabinetsformateur, getiteld: „De gemeen
ten in de tang." De formateur is er nog niet, maar de
tang wel Los van die wetsontwerpen en die voor
beelden weten we zelf hoe het gaat met bijv. subsidies
op het terrein van de infrastructuur. Je kunt er niet
zonder, maar je wordt gedicteerd. Je wilt niet in het
korset, maar hoe kom je anders aan de miljoenen
Nou, en om der wille van de smeer, voel je dan de
baleinen niet meer Dat betekent, dat, als de nota-
Langman door het Parlement is, we toch weer probe
ren te profiteren van de beperkte perspectieven wat
de verbetering van de infrastructuur betreft. Dat geldt
ook voor de spreiding van de rijksdiensten, m.n. ook