Verslag van de vergadering op donderdag 27 maart 1975 van de afdeling II (financiën) van de
gemeenteraad ter voorbereiding van de behandeling van de Ontwerp-begrotirvgen voor 1975.
Aanwezig van de afdeling: mevrouw mr. E.N.J. Smit
en de heren J. ten Brug (weth.), G. Buising, drs. M.H.G.
de Greef, H. Meijerhof, N. Sterk en L. Visser.
Aanwezige overige raadsleden: mevrouw G. Visscher-
Bouwer en de heren J. de Beer (vanaf 19.40 uur), S.
Bouma (vanaf 20.05 uur), G.F. Eijgelaar (weth.) (van
af 19.45 uur), ir. C.G.H. Geerts, O. Heidinga, H. ten
Hoeve, H. Jansma, J.F. Janssen, C. de Jong (vanaf
20.30 uur), A. Klomp, J. Knol, W.S.P.P. de Leeuw
(vanaf 20.35 uur), W. Miedema, A. Pronk, ir. C.L.
Rijpma (weth.), K. Spoelstra, P. van der Veen, P.D.
van der Wal (vanaf 20.20 uur) en K. Weide (weth.).
Voorzitter: de heer J.S. Brandsma, burgemeester.
Voorts zijn aanwezig: de heren P. de Boer, ambte
naar van de afdeling Financiën en Belastingen, W.
Braaksma, plv. hoofd van de afdeling Economische
Zaken, Beleidsplanning en Organisatie, drs. A.J. Bur
ger, ambtenaar van de afdeling Economische Zaken,
Beleidsplanning en Organisatie, P.P. de Jong, secreta
ris, mr. W.J.G. Reumer, loco-secretaris, en C. IJsbran-
dij, hoofd van de afdeling Financiën en Belastingen.
Te behandelen:
Toerekening kosten stedebouw.
Par. 15. Uitgaven en inkomsten, niet begrepen onder
de paragrafen 1 t.e.m. 14.
De Voorzitter: Dames en heren, hartelijk welkom
op deze afdelingsvergadering.
Wij spreken vanavond over de financiën. In de af
deling van weth. Rijpma is de kwestie van de grond-
kosten ter sprake geweest. In één van de daaropvol
gende afdelingen heb ik meegedeeld dat wij daarover
een notitie gemaakt hadden. Ik heb toen voorgesteld
om die vanavond aan de orde te stellen; daar zijn de
toen aanwezige raadsleden mee akkoord gegaan. Ik
stel voor eerst de kwestie van de grondkosten te be
spreken en daarna de financiële problemen.
TOEREKENING KOSTEN STEDEBOUW.
De heer Geerts: Het is plezierig dat u ons dit stuk
gestuurd hebt; ik geloof dat het toch wel wat ondui
delijkheden heeft weggenomen. Ik meen dat er in de
beleidsnota toch een wat foute suggestie gewekt was
die hiermee teniet gedaan is.
Er zijn plannen waarvan de stedebouwkundige kos
ten rechtstreeks in de grondkosten verrekend worden.
Verder zijn er plannen waarvan de stedebouwkundige
kosten geactiveerd worden. Ook komt een deel (50%)
van de stedebouwkundige kosten ten laste van de al
gemene middelen van het lopende dienstjaar.
Ik wil graag allereerst iets zeggen over die plan
nen waarvan de kosten van de stedebouwkundige dienst
rechtstreeks in de grondkosten verrekend worden. Ik
heb daar nog steeds mijn twijfels over. Ik weet niet ze
ker of de grondkosten in Leeuwarden een verdere verho
ging kunnen verdragen. Ik heb daarvoor alleen als
gegeven het rapport van kostenvergelijking met om
liggende gemeenten. Daar komt Leeuwarden uit als de
gemeente die de hoogste grondkosten heeft. Ik ben
het wel met u eens dat dit niet tot vreselijke bedragen
aanleiding geeft, maar ik ben toch nog steeds bang
dat de grondkosten so wie so geen verhoging verdra
gen. Ik ben er gewoon niet uit. Van financiële zijde
is mij wel verzekerd dat het inderdaad op de totale
investering voor een bouwwerk maar een vrij gering
bedrag is, maar ik heb toch wel zo'n beetje het idee
dat die grondkosten ook de totale kosten indiceren,
dat zij een index zijn voor de totale bouwkosten. Ik
ben er dus gewoon nog niet uit. U zegt dat u dit doet
op basis van tijdschrijven. Ik hoop dat u op die basis
f 250.000,boven water krijgt. Ik heb het schema
gezien van de bestemmingsplannen die daarvoor in
aanmerking komen en dan heb ik het idee dat die
f250.000,op deze manier niet boven water komt en
dat je de kosten dan ergens anders vandaan moet zien
te halen. Maar goed, dat is iets waar u misschien ook
nog wel wat over zou kunnen zeggen.
Een ander punt is de kwestie van de 25% waarvoor
geactiveerd wordt. Ik heb hier een overzicht waaruit
blijkt dat de totale kapitaallasten na een jaar of 7
gelijk zijn aan de totale kosten waarvoor geactiveerd
moet worden. M.a.w., je kapitaallasten zijn in 1982
even hoog als het bedrag van de activering. Dan moe
ten wij ook wel goed weten waar wij mee bezig zijn
want dit is niet iets dat je terug kunt draaien. Als je
op een gegeven ogenblik na een aantal jaren zegt
Dit systeem bevalt me niet, dan moet je er wel op
rekenen dat je dan ook de kapitaallasten van de voor
gaande jaren mee moet nemen. En dan kom je in 1982
al op dubbele lasten te zitten. Ik heb gewoon mijn twij
fels of dit soort financiering een gezonde financiering
is. Ik ben daar ook niet uit. Ik wil dat in ieder geval
nog een keer ter sprake brengen.
Er zijn bij die bestemmingsplannen ook een aantal
algemene dingen te zeggen. Je kan een hele filosofie
opbouwen over de vraag of je grondkosten so wie so
moet verrekenen; daar is ook nog wel iets over te zeg
gen en daar kan je ook heel verschillend over denken. Er
zijn een aantal redenen waarom je zou kunnen zeggen
dat de kosten van de stedebouwkundige dienst beslist
niet in de grondkosten moeten worden doorberekend.
Ik zal u die redenen besparen; ik kom daar misschien
later nog wel eens op terug.
Dit zijn eigenlijk mijn punten. Ik heb mijn grote
twijfels of de grondkosten in Leeuwarden een verdere
verhoging kunnen verdragen en ik heb ook grote twij
fels of die activering met een afschrijving in 40 jaar
een gezonde financiering is.
De hear Miedema: Us tank foar de ynformaesje
dy't jimme üs noch jown hawwe. It muoit my dat ik
sizze moat dat it der net sa hiel folie düdliker fan
wurden is. It slimste punt dêr't wy mei sieten ik
tocht dat ik dat okkerdeis ek düdlik sein hie is
net oplost mei dit riedsbrief, mar miskien kinne wy
der nou dochs wol ütkomme.
De hear Geerts hat it al hawn oer de 25% dy't ak-
tivearre wurdt. Dêr hawwe wy it ek net sa maklik
mei, hwant ik bin it mei de hear Geerts iens dat, as
jo hjirmei bigjinne, de wei werom der net is. Dat
wy der folie mei opsjitte leau ik net, mar dat de pro
blemen dy't wy oproppe tige great wêze sille leau ik
ek net, dat üs fraksje is ré op dit punt it kolleezje-
foarstel to folgjen.
Hwat de 25% oanbilanget dy't tarekkene wurdt
oan de grounkosten leit it even slimmer. Yn it rieds
brief wurdt steld dat it bidrach oan stêddeboukundige
kosten dat nou op in kavel drukte f 160,wiedat
wurdt nou f 400,Dat is yn wêzen noch in lyts bi
drach. As jo sjogge dat de ried 3 jier lyn sein hat:
f 100.000,stêddeboukundige kosten hevelje wy oer nei
it Grounbidriuw en jo rekkenje dan dêrby de ynflaesje
en de tanimming fan de kosten dan sitte wy hast op
dat bidrach fan f 400,per kavel. Ut dy oerwegingen
soene jo sizze: Dit probleem is de muoite net wurdich
om oer to praten. En dochs leau ik dat dat net in
juste binadering wêze soe. Us eangst is ntl. dat wy
troch de folsleine stêddeboukundige kosten oan de wen-
ningbougebieten ta to rekkenjen swierrichheden krije
mei de grounkosten. Stel dat in dielplan fan in bistem-
mingsplan ütwurke wurdt en dat dêrfoar kalkulaesjes
makke wurde; dêr komt lang om let in grounpriis üt.
Dan kin it wêze dat de minister op in bipaeld momint
seit: De priis foar de kavels dy't foar wenningwetbou
oanwezen binne is my to heech; ik bin net ré dy oer to
nimmen. Dan hat oant nou ta it gebrük west dat de
oerbliuwende kavels djürder waerden omt it bistim-
mingsplan finansieel roun wêze moast. As dat bilied
ek yn de takomst oanhalden wurde soe dan kin üs
fraksje mei dit foarstel net akkoart gean. Mar as it
kolleezje seit: Wy wolle dizze birekkeningswize brüke
om de minister to oertsjügjen dat syn priis to leech
is dan leit it hiel oars, hwant yn prinsipe binne wy
it wol mei it kolleezje iens dat de kosten dy't makke
wurde ek troch de groun droegen wurde moatte. As