12
u van de woordvoerder van de Partij van de Arbeid-fractïe ai kunnen horen dat de instemming met
dit voorstel niet erg van harte ging. Er is toen gezegd dat een aantal leden van onze fractie nog
aarzelden. Ik aarzel helemaal niet meer. Ik ben volstrekt tegen. Naar mijn mening gaat het hier
om een verlenging van een vergadercircuit, om mij voorzichtig uit te drukken, waarvan de output
voor een deel slechts uit papier zal bestaan. Als wij dit de titel van verlengd locaal bestuur zullen
laten geven, dan lijkt mij dit meer een zinvolle zaak voor de omliggende gemeenten. Daarbij valt
het ontbreken van de gemeente Tietjerksteradeel op. Het heeft niet mijn instemming. Als ik de lande
lijke gang van zaken met betrekking tot de reorganisatie van het binnenlands bestuur volg, dan zie
ik dat de minister ook niet meer zo goed weet hoe het moet met het verlengd locaal bestuur. Er dui
ken nu weer berichten op dat hij denkt aan een eventuele rechtstreekse verkiezing van pregewesten,
regioraden of hoe deze bestuurslaag ook betiteld zal worden. Er zijn fraaie volzinnen te wijden aan
solidariteit van Leeuwarden met de omliggende gemeenten. Mijn scepsis over zulk soort regelingen
kan in één slag worden weggenomen, als het college met het voorstel komt om de culturele centra
in Leeuwarden in deze regeling onder te brengen.
De heer Heere: Zoals u zich waarschijnlijk nog wel zult herinneren van de behandeling van de
continuering van de Regio Leeuwarden in de regioraad, heb ik geprobeerd om artikel 5, de leden e
en f - de opsomming van de ter hand te nemen taken -, uit de regeling te krijgen. Ik moet uit het
stuk dat voor ons ligt concluderen dat deze opsomming er in is gebleven. Ik wens graag de aanteke
ning dat ik mij tegen artikel 5, de leden e en f, heb verklaard.
De Voorzitter: In antwoord op de vragen van de heer Geerts kan ik meedelen dat niet alleen ar
tikel 42, lid 6, uit het voorstel is geschrapt maar ook de artikelen 19 en 25 zijn gewijzigd in de zin
zoals de heer Geerts heeft bedoeld. Als u instemt met het voorstel, gebeurt dat met inbegrip van die
wijziging
Ik ben van mening dat het niet erg zinvol is om in te gaan op de filosofie van de heer Van den
Eist. Hij legde bovendien een stemverklaring af. Zoals verschillenden uwer weten, is in de regio
raad uitvoerig gediscussieerd over datgene wat de heer Heere vanavond naar voren heeft gebracht.
Nadat artikel 42 was teruggenomen, is daaruit geconcludeerd dat wat overbleef niets anders was
dan een intentie-artikel. De grote meerderheid van de regioraad heeft toen besloten om het inten
tie-artikel te laten staan. Dat is de reden geweest waarom wij dit niet veranderd hebben.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met aantekening dat de heer
G.J. van den Eist wenst te worden geacht tegen het voorstel te hebben gestemd en de heer D.E.
Heere tegen artikel 5, de leden e en f, van de ontwerp gemeenschappelijke regeling Regio Fries
land-Noord.
Punt 28 (bijlage no. 95).
Het voorstel van b. en w. wordt bij handopsteken aangenomen met 29 tegen 6 stemmen.
De Voorzitter: Ik stel voor de punten 29 en 29a tegelijk in behandeling te nemen.
Punten 29 en 29a (bijlagen nos. 117 en 117a).
Woningbedrijf.
De heer Van der Wal: Mijn opmerking heeft betrekking op punt 2 van de begroting van het Wo
ningbedrijf, vergoedingen aan de huurders van de woningen van de Simon de Vliegerstraat. Eerder
in deze vergadering hebben wij punt 15, dat op dit onderwerp betrekking heeft, aangehouden tot na
de pauze. In bijlage no. 117 gaat het om een totaal krediet van 80.000, Het lijkt mij beter
om dit punt na de behandeling van punt 15 aan de orde te stellen.
De Voorzitter: Een betere schatting is niet te geven. Ik stel voor dat u toch met dit krediet van
80.000,instemt. Als ten aanzien van punt 15 blijkt dat er een andersluidende beslissing is geno
men, dan is de praktijk dat het college met een voorstel zal komen om een aanvullend krediet vast
te stellen. Niemand kan op dit moment een betere schatting maken.
13
De heer Van der Wal: Ik kan hiermee akkpord gaan.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig de voorstellen van b. en w.
Punt 30a (bijlage no. 104).
Voordracht van de onderscheiden schoolbesturen:
I. namens het protestants-christelijk onderwijs:
a. 1G. H. de Koning;
2. R.J. Jellema;
b. 1R.J. Jel lema;
2. G. H. de Koning;
c. 1A. van der Meulen;
2. Jter Mors;
d. 1W. H. de Boer;
2. A.J. Halma;
li namens het rooms-katholiek onderwijs:
a. 1 D.A. Roorda;
2. A.C. de Veer;
b. 1. ir. H.Y. Boersma;
2. mevrouw A. R.M. Hettinga-Jongma te Goutum;
III. namens het bijzonder neutraal onderwijs:
1 mevrouw M.A. Meijer-Wartena;
2. mevrouw K. Rozema-de Boer;
IV, vertegenwoordigers van het openbaar onderwijs (voordracht van burgemeester en wethouders):
a. mevrouw N. Sandijck-Stielstra;
b. mevrouw T. Sijbrandij-Wieling;
c. T.K. Hogendijk;
d. H. Postmus;
e. H. Wiersma.
De voorgedragenen worden met algemene stemmen benoemd (de heer Boersma 32 stemmen; me
vrouw Hettinga-Jongma 3 stemmen).
Punt 30b (bijlage no. 105).
Aanbeveling van burgemeester en wethouders:
a. G.F. Eijgelaar;
b. S. van der Knoop;
c. Joh. Wijngaarden.
Benoemd worden de aanbevolenen met algemene stemmen.
Mevrouw M.A.D. Waalkens en de heer G.J. van den Eist vormden met de voorzitter het stem
bureau
De Voorzitter schorst, om 20.40 uur, de vergadering voor de pauze.