14
De Voorzitter heropent, om 21 .25 uur, de vergadering.
Punt 3. (vervolg)
De heer Rijpma (weth.): Wij doen er goed aan om het pand wel aan te kopen. Wij hebben voor
do wegreconstructie een gedeelte van de bij het pand behorende grond nodig. Op dit moment is niet
te overzien of wij met die strook kunnen volstaan. Aan de andere kant zal er enige zekerheid moe
ten komen. Wij staan er niet op dat u zich houdt aan de uitspraak in de raadsbrief dat het pand afge
broken moet worden, maar wij willen wel graag dat u het pand aankoopt. Dan kan bekeken worden
of het pand ten behoeve van rehabilitatie aan anderen wordt doorverkocht. Tot zolang valt het pand
onder het Woningbedrijf.
De Voorzitter: Dit betekent dus dat wij bereid zijn de motie van de heer Van der Wal en mevrouw
Van der Werf over te nemen. (Mevrouw Brandenburg—Sjoerdsma: De wethouder zei het ietsje anders.)Hij
interpreteerde het een beetje voorzichtig. Ik maakte mijn opmerking alleen maar om elk misverstand
te voorkomen. (Mevrouw Brandenburg-Sjoerdsma: U interpreteert het juist?) De wethouder ook, al
leen, hij deed het erg voorzichtig. (De hear Miedema: Ik woe noch graech efkes de letterlike tekst
fan de moasje hearre.)
De tekst van de motie luidt:
"De raad van de gemeente Leeuwarden, in vergadering bijeen op 12 maart 1979, behandelende
de aankoop van het perceel met opstal Verlengde Schrans 41bijlage no. 112, overwegende het his
torische karakter van dit huisje en het feit dat het deel uitmaakt van de te handhaven gevelwand van
de Verlengde Schrans, besluit dat bovengenoemd perceel met opstal na aankoop door de gemeente
doorverkocht zal worden onder de voorwaarde dat het huisje door de nieuwe eigenaar zal worden ge
restaureerd.
(De hear Jansma: As der net ien to finen is dy't it hus restaurearje wol, hoe dan?) Dan komme wy wer
by de ried werom. Dat is nogal logisch, want dan kunnen wij de motie niet uitvoeren.
De heer Ten Hoeve: Ik zou nog één opmerking willen maken. Er is al eens eerder over gediscus
sieerd, maar het zou zinvol zijn om direct na aankoop en direct nadat het huisje leeg staat zodani
ge beslissingen te nemen dat wij nog op een goede manier beslissingen kunnen nemen.
De heer Eijgelaar (weth.): Ik ben het daar wel mee eens, maar ik zal u wel vertellen dat het
niet eenvoudig wordt om de zaak zodanig aan te pakken dat het pand voor verdere verwoesting wordt
gevrijwaard. Het pand kan niet meteen worden verhuurd, zelfs niet tijdelijk. Ik heb hierover grote
zorgen. Ik wil niet dat het Woningbedrijf straks de schuld krijgt dat het pand niet op een behoorlijke
manier bewaard is gebleven.
De heer Geerts: Ik wil nog graag een stemverklaring afleggen. Onze fractie was in meerderheid
voor het niet aankopen van dit pand en had daar een aantal redenen voor. Een van de redenen heeft
de heer Eijgelaar al genoemd, namelijk dat GS het besluit tot aankoop moeten goedkeuren. Het pand
staat intussen een hele tijd leeg, wij praten er nog een tijd over. Tegen de tijd dat wij het pandje
willen restaureren, staat het er niet meer. Dat is een heel praktisch uitgangspunt. Als de huidige
eigenares het moet verkopen, dan zorgt zij er wel voor dat de woning niet wordr afgebroken. Het
pand zal worden gekocht door iemand die erin wil gaan wonen, want anders koopt hij het niet. Ik
dacht dat dit de grootste garantie was om het pand te kunnen laten staan, iets wat wij graag willen.
Het argument van de aanleg van een trottoir over de tuin van het huisje is er nu nog bijgekomen. Ik
heb het idee dat dit punt een beetje aangepast is aan de publiciteit die er rond deze zaak is geweest.
Er moest wat worden gevonden. (De heer Rijpma (weth.): Dat is een veronderstelling die u hard moet
maken.) Het is mijn persoonlijke veronderstelling.
Verder wil ik nog kwijt dat het mij verwonderd heeft dat de CDA-fractie in eerste instantie niet
op ait punt heeft gereageerd. (De hear Miedema: Us fraksje wie better ynformearre.) Dat is nu pre
cies wat ik even wilde horen. Kennelijk hebben de CDA-fractie en de wethouder wel even met el
kaar gesproken. Wij dus niet. Ik wil u zeggen dat ik tegen dit voorstel ben. Ik ben van mening dat
de meest praktische oplossing om te bereiken wat wij willen het niet aankopen van dit pand is.
De motie van de heer Van der Wal en mevrouw Van der Werf wordt bij handopsteken aangenomen
met 20 tegen 15 stemmen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig hét voorstel van b. en w. met inachtneming van de aange
nomen motie.
Punt 15. (vervolg)
De heer Eijgelaar (weth.): Zoals ook in de raadsbrief wordt vermeld, is het de bedoeling dat de
verbeteringen aan de woningen van de Simon de Vliegerstraat beoordeeld zullen worden door het
Ingenieursbureau. Het Noorden. Dit ingenieursbureau dient te bepalen welk bedrag daarmee gemoeid
is geweest en in welk jaar de verbetering heeft plaatsgevonden. Dit zal gebeuren aan de hand van
aanwezige rekeningen. Als geen nota's voorhanden zijn, dan zullen wij akkoord gaan met het bedrag
dat door het ingenieursbureau als redelijk zal worden aangemerkt. De maximale vergoeding van
2.000,blijft van kracht. Voor, zover mogelijk dient nagegaan te worden of de huidige bewoner
inderdaad de verbetering heeft aangebracht en betaald. Dit zal allereerst gebeuren aan de hand van
een opgave door de bewoners zelf en daarna zal het ingenieursbureau mede door gesprekken met de
bewoners een en ander bekijken. Vervolgens wordt er rapport aan b., en w. uitgebracht, waarna de
beslissing zal worden genomen. Onder woningverbetering vallen die dingen die in de zogenaamde
klusjesregeling zijn aangegeven.
De Voorzitter:Wij vragen u dus of u met deze interpretatie instemt met het voorstel dat wij heb
ben gedaan. Wij ontraden de motie die de heer Van der Wal en mevrouw Van der Werf op dit punt
hebben ingediend.
De motie van de heer Van der Wal en mevrouw Van der Werf kordt bij handopsteken verworpen
met 33 tegen 2 stemmen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de door
het college aan het voorstel gegeven interpretatie.
Punt 19. (vervolg)
De heer De Pree (weth.): De heer Meijerhof geeft als zijn mening dat de problematiek in de
Wielenpolle hoge prioriteit verdient voor wat betreft de oplossing daarvan. In de motie stelt hij dat
het college binnen een half jaar zal moeten komen met maatregelen die men denkt te nemen. Het
probleem hierbij is dat er een vorm van overleg moet bestaan tussen de gemeente enerzijds en de be
woners van de wijk anderzijds, als men maatregelen wil nemen die specifiek op één wijk zijn ge
richt., Het herschikkingsvoorstel, zoals dat in de raadsbrief staat, is nu juist een symptoom van het
feit dat zo'n situatie op het ogenblik niet bestaat. Er moet helemaal opnieuw worden begonnen via
een buurtwerker. Door persoonlijke contacten die hij of zij legt met de bewoners in de wijk moet
worden geprobeerd te komen tot iets als een wijkcomité of wijkorganisatie. Ik ben het eens met de
intentie van de motie, wanneer ik de motie zo mag interpreteren dat het college over een half jaar
- tegen de tijd van de begrotingsbehandeling - met een tussenrapportage komt ten aanzien van de
problematiek in deze wijk. In deze rapportage kunnen vragen worden behandeld als: hoe is het na
de herschikking gegaan? en: hoe is het overleg met de bewonersorganisatie verlopen? Er kan dan
ook nagegaan worden welke ideeën er van die kant naar voren zijn gekomen en wat het college van
die ideeën denkt. Als ik de motie zo mag interpreteren, dan heb ik er geen moeite mee.
De Voorzitter: Dit betekent dus dat het woord "maatregelen", dat in punt b. van de motie wordt
genoemd, vervangen wordt door het woord "rapportage". De rapportage zal dus uiterlijk zes maanden
na deze ter kennis van de raad worden gebracht.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van b. en w. met inachtneming van de over
genomen en gewijzigde motie.
De Voorzitter sluit, om 21 .40 uur, de vergadering.