Verslag van de handelingen van de Gemeenteraad van Leeuwarden van maandag, 3 mei 1982. RAADSVERGADERING van maandag, 3 mei 1982. Aanwezig 36 leden. PvdA: de dames E. Brandenburg-Sjoerdsma, H.J. de Haan-Laagland, H.A. Munsterman-Schotsman, C.J.M. Otsen, G. Visscher-Bouwer, G. VolIerna-Doevendans en T. Wielinga-Graansma en de heren J. ten Brug (weth.), G. Buising, ir. C.G.H. Geerts (weth.), H. ten Hoeve, J.F. Jans sen, H. Meijerhof, A. Pronk, J. Schagen en G. de Vries (weth.). CDA de dames A. Willemsma-de Jong en J.E.M.T. Zondag-Demes en de heren B. Bilker, T.A. Boe lens, D.E. Heere, H. Jansma, C. de Jong, W. Miedema (weth.), mr. H.S. Pruiksma, ir. C.L. Rijpma (weth.), N. Sterk, P.J. Sijbesma en L. Visser. VVD de dames M.A. van Dijk-van Terwisga en M.A.D. Waalkens en de heren J. de Beer en J.R. Bijkersma. PAL mevrouw J. van der Werf en de heer P. D. van der Wal D'66 mevrouw J. de Jong. Afwezig: de heer J. Knol (PvdA). 'oorzitter: deheerJ.S. Brandsma, burgemeester. Secretaris: de heer mr. W.J.G. Reumer. oorts zijn aanwezig: de heren G.J.P. van den Berg, hoofd van de afdeling Sociale Zaken en Wel- ijnsaangelegenheden, P. de Boer, plv. hoofd van de afdeling Financiën en Belastingen, drs. A.J. Burger, ambtenaar van de afdeling Financiën en Belastingen, H. Flinterman, hoofd van de afdeling Ruimtelijke Ordening en Volkshuisvesting, mr. W.L. van Harinxma thoe Slooten, hoofd van de afdeling abinet en Algemene Zaken, mr. J. Knottnerus, hoofd van de afdeling Onderwijs, mr. H.A. Lassche, loco-secretaris, en drs. H. Sikkema, hoofd van de afdeling Economische Zaken, Beleidsplanning en 'rganisatie. Te behandelen: Herwaardering 1982-1986 (bijlage nr. 148). De Voorzitter: Dames en heren, ik stel voor dat wij met onze werkzaamheden beginnen. Ik heet u allen hartelijk welkom op deze vergadering. Wat de procedure betreft lijkt het mij in principe het beste iat wij twee instanties toepassen, iets dat wij normaal ook doen bij de behandeling van raadsvoorstel len. Misschien is een tweede instantie niet eens nodig; dat zou des te gemakkelijker zijn. Wij stellen ons voor dat wethouder Ten Brug, nadat van de zijde van de raad opmerkingen over de herwaarderings- voorstellen zijn gemaakt, eerst zal ingaan op de algemeen financiële facetten en dat daarna de andere :eden van het college elk dat deel voor hun rekening nemen dat op hun portefeuille slaat. Voordat wij met de discussie beginnen wil ik niet nalaten ook vanaf deze plaats wethouder Ten Brug van harte te complimenteren met de hem vorige week verleende koninklijke onderscheiding voor het ve- ie werk dat hij de afgelopen bijna 25 jaar voor de gemeente heeft gedaan. Ik denk dat het velen in de raad genoegen zal hebben gedaan dat de heer Ten Brug deze onderscheiding heeft gekregen. Hartelijk gefeliciteerd, wethouder Ten Brug. (Applaus) (De heer Ten Brug (weth.): Dank u zeer!) Dan geef ik nu in eerste instantie het woord aan de heer Meijerhof. De heer Meijerhof: De Herwaardering 1982-1986 is het logisch gevolg van eerdere stappen die de gemeenteraad heeft genomen om voor een financieel gezonde huishouding te zorgen of, met andere woorden, het realiseren van een structureel sluitend beleidsplan. Op 6 juli 1981 heeft de raad een voorlopig standpunt ingenomen ten aanzien van de collegevoorstellen om een aantal activiteiten aan te wijzen als herwaarderingsproject en een aantal mogelijkheden tot belastingverhoging te onderzoeken als aanvullend dekkingsmiddel. Mijn fractie heeft toen bij monde van de heer Van den Eist een aantal mo-

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1982 | | pagina 1