6
De heer Niemeijer: Het voorgestelde antwoord is toch wel heel wonderlijk. Het gaat hier om een
brief van de bewoners van de Kanaalstraat die antwoord vragen over een bepaalde kwestie die in de Ka
naalstraat heeft gespeeld. Ook PAL heeft over deze kwestie op 5 november 1982 vragen gesteld, die
echter nog steeds niet zijn beantwoord. Niettemin loopt het college al op die beantwoording vooruit,
want de bewoners van de Kanaalstraat worden verwezen naar het antwoord op de schriftelijke vragen
van PAL. Op die vragen is dus nog niet geantwoord en het voorgestelde antwoord lijkt mij dan ook een
beetje onzin. Ik wil voorstellen om dit punt door te schuiven naar de volgende raadsvergadering zodat
wij er dan inhoudelijk over kunnen praten, want daar hebben wij als fractie wel behoefte aan. Ik hoop
dat de antwoorden op de vragen dan ook binnen zijn. Wij hebben al een paar keer over een en ander
gebeld, want ik meen dat de normale termijn drie weken is waarbinnen schriftelijke vragen moeten wor
den beantwoord. Ik hoop dat het college spoedig antwoord zal geven op de vragen.
Mijn twee opmerkingen zijn dus: graag zo spoedig mogelijk beantwoording van de vragen en de be
handeling van dit punt uitstellen naar de volgende raadsvergadering.
De heer Schagen: Ik wil het voorstel van de heer Niemeijer ondersteunen. Ook ik had een aantal
vragen, maar die worden wellicht beantwoord als op de vragen van PAL is geantwoord.
Mevrouw De Jong: Ook ik ondersteun het voorstel van de heer Niemeijer.
De Voorzitter: Wij hadden verwacht dat de vragen al beantwoord zouden zijn toen wij de medede
lingen opstelden. De vragen zijn vorige week in b. en w. aan de orde geweest. Er waren echter nog
een paar vraagpunten die door tijdgebrek niet konden worden afgewerkt. De vragen zullen deze week
worden beantwoord, want ze staan morgen weer op de agenda van b. en w. Het antwoord op de vragen
gaat deze week de deur uit. Ik ga akkoord met het voorstel van de heer Niemeijer om dit punt de vol
gende keer weer op de agenda te zetten.
Sub K.
Het beroepschrift is in handen gesteld van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaar
schriften om advies.
Sub L.
Besloten wordt overeenkomstig het voorstel van b. en w.
Punt 4 (bijlage nr. 451).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Advies inzake de beslissing op het beroepschrift van de heer L.D.
Boorsma. De heer Keuning, voorzitter van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschrif
ten, is in verband met dit agendapunt en de twee volgende agendapunten in ons midden.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van de Raadsadviescommissie voor de Beroep
en Bezwaarschriften.
Punt 5 (bijlage nr. 452).
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van de Raadsadviescommissie voor de Beroep
en Bezwaarschriften.
Punt 6 (bijlage nr. 474).
De Voorzitter: Dit punt luidt: Advies inzake de beslissing op het beroepschrift van de Belangenver
eniging Oranjewijk. Ik wil hierbij tevens in discussie geven de voor de raadsleden ter inzage gelegde
brief van de Belangenvereniging Oranjewijk van 29 november 1982.
Mevrouw Van der Werf: Mijn fractie is tegen het voorgestelde besluit om het bezwaarschrift van de
Belangenvereniging Oranjewijk ongegrond te verklaren. Met name wat betreft dat deel van het be
zwaarschrift dat zich richt op het feit dat de raad op basis van onjuiste gegevens de Belangenvereniging
Oranjewijk slechts vier uur in plaats van acht uur opbouwwerktijd heeft toegekend, moet ons inziens
gegrond worden verklaard. B. en w. geven in een nader door hen ingediend schrijven toe dat de raad
de toekenning van de opbouwwerkti jd heeft gebaseerd op de voorlopige aanvraag in plaats van op de
definitieve aanvraag. De Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften veronderstelt dat
de raad, indien men kennis had genomen van de definitieve aanvraag, waarschijnlijk tot een andere be
slissing zou zijn gekomen. Met andere woorden, de bezwaren zijn reëel gegrond. De overweging dat
deze beslissing nu niet meer herroepen kan worden omdat het IJsbaankwartier anders in zijn belangen
geschaad zou worden lijkt ons ook niet op zijn plaats, omdat het IJsbaankwartier helemaal geen gebruik
maakt van de tijd van een opbouwwerker. Waarom erkennen wij niet heel doodgewoon dat er fouten zijn
gemaakt en dat het bezwaarschrift dus gegrond is? Mijn fractie is het vanuit deze overweging niet eens
met het voorgestelde besluit en wij zullen dan ook tegen het voorstel stemmen.
De heer Keuning: Ik heb aan het advies van de Raadsadviescommissie voor de Beroep- en Bezwaar
schriften eigenlijk niet veel toe te voegen. Het is pas bij de behandeling van het bezwaarschrift in deze
commissie gebleken dat er op een gegeven ogenblik misverstanden zijn ontstaan. De omvang daarvan
heeft de Commissie voor de Beroep- en Bezwaarschriften echter geen aanleiding gegeven om de zaak
wee: opnieuw aan de orde te stellen, omdat de verdeling van de opbouwwerkti jd intussen al helemaal
geregeld was. Wij hebben in ons advies b. en w. in overweging gegeven om de schade voor de Belan
genvereniging Oranjewijk zo beperkt mogelijk te houden en dat men de opbouwwerkti jd die elders over
is alsnog aan deze wijk gaat besteden. Een en ander is ook in het advies van de Commissie voor de Be
roep- en Bezwaarschriften te lezen, zodat ik daar eigenlijk niet veel nieuws aan heb toe te voegen.
Z.h.st. wordt besloten overeenkomstig het voorstel van de Raadsadviescommissie voor de Beroep
en bezwaarschriften met aantekening dat de PAL-fractie wenst te worden geacht tegen te hebben ge
stemd.
De Voorzitter: Ik wil de heer Keuning hartelijk dankzeggen voor zijn aanwezigheid en voor de ge
geven toelichting.
De heer Keuning verlaat hierna de vergadering.
Punt 7 (bijlage nr. 459).
De Voorzitter: Aan de orde is thans: Preadvies omtrent de nota Niet tegen kernwapens alleen, aan
geboden door het PvdA-federatiebestuur en de stuurgroep van PAL. Er is vandaag nog een aan de ge
meenteraad gericht telegram binnengekomen waarvan de inhoud luidt: "Opleiding sociale vredesdienst
verzoekt moties voor kernwapenvri j Leeuwarden aan te nemen." (Mevrouw Van der WerfDit telegram
heeft betrekking op agendapunt 44.) In dit telegram wordt niet verwezen naar een agendapunt. U weet
in ieder geval dat dit telegram aan de raad kenbaar is gemaakt.
Mevrouw Vlietstra: Al in de raadsvergadering van 28 juni 1982 is door het toenmalig fractielid, me
vrouw Otsen, uitgesproken dat de PvdA-fractie het in grote lijnen eens is met de inhoud van de nota
Niet tegen kernwapens alleen van het PvdA-federatiebestuur en de stuurgroep van PAL. Ook de huidige
fractie van de PvdA onderschrijft de inhoud en de conclusies van de nota. Wij vinden het een uitstekend
verhaal dat goed aangeeft waarom civiele verdediging gevaarlijk en zinloos is. Steeds meer mensen ko
men tot de overtuiging dat de bewapeningswedloop ons heeft gebracht aan de rand van een allesvernie
tigende atoomoorlog. De hoeveelheid atoomwapens die zich na de Tweede Wereldoorlog heeft opgesta-
pe1 omvat enige tienduizenden. De beide supermachten, de Sowjetunie en de Verenigde Staten van
Amerika, zijn in staat de wereld vele malen te vernietigen. Nog steeds gaat de wedloop door. Geluk
kig omen steeds meer mensen tot de overtuiging dat het zo niet langer kan en geven uiting aan hun on
gerustheid. Als men goed luistert hoort men de mensen buiten op straat nog roepen. De bewapenings-
wed oop wordt nog versterkt door een verschuiving in militaire strategie, namelijk de verschuiving van
een allesomvattende kernoorlog naar een beperkte kernoorlog. De kernoorlog zal beperkt blijven tot Eu
ropa, hetgeen ons inziens een weinig opwekkende gedachte is. Tegen deze achtergronden en ontwikke
lingen willen wij de civiele verdediging beoordelen. Een ontwikkeling zoals ik die zojuist heb geschetst
wijzen wij af en daarmee samenhangend wijzen wij ook de civiele verdedigingsmaatregelen af, dat wil
ze9gen maatregelen die gericht zijn op oorlogsrampen.
Civiele verdediging is naar onze mening om een aantal redenen gevaarlijk. Uitgangspunt van ci
viele verdediging is niet het voorkomen van een kernoorlog, maar het accepteren van zo'n oorlog. Ci
viele verdediging suggereert dat een kernoorlog te voeren en te overleven is, waardoor een zekere,