doende is geweest. Ik verbaas mij daar eigenlijk niet zo
over, ik heb dat toentertijd al naar voren gebracht. Wij
staan nu voor de constatering dat het onvoldoende is geweest
en inmiddels zijn er nieuwe risico's aan het licht gekomen,
die het vermoeden doen post vatten dat wij er met f 6 miljoen
nog niet zijn. Ik ben met een aantal fracties van mening dat,
als wij het over de hoogte van het bedrag hebben op grond van
informatie die wij nu hebben verder bezuinigd moet gaan
worden op de hoogte van dat bedrag. Ik wil wel kwijt dat ik
ook het stellige vermoeden heb dat f 6 miljoen wellicht
tekort zal zijn en ik wil daarom op dit moment graag van het
college de toezegging dat bij de voorbereiding van de plannen
tot bezuiniging het college gaat kijken naar een aanzienlijk
hoger bedrag. Als wij het niet totaal nodig zouden hebben,
dan is er voor de raad ten minste enige keuzemogelijkheid.
Dat heeft het college in het verleden ook nagestreefd, ik
hoop dat het college dat ook nu weer wil doen. Dat er bezui
nigingsvoorstellen worden voorbereid die aanmerkelijk hoger
zijn als f 6 miljoen, dan kunnen wij als raad besluiten tot
welke ingrijpende zaken wij willen komen.
Ik wil mij op dit moment ook alvast uitspreken over het wel
of niet inzetten van Frigem-gelden. Ik ben daar geen voor
stander van. Ik denk dat dat een van de laatste zaken is die
wij zullen moeten gaan doen, omdat het ook ingrijpt op struc
turele dekking die wij uit dat fonds hebben. Daarvoor hebben
wij het oorspronkelijk ook geparkeerd. Het is ook tegen lange
termijn vastgelegd. Ik sta niet te juichen om die gelden vrij
te maken.
Ik wil nog wel iets zeggen, dat heb ik ook al in de Commissie
Bestuur en Middelen gedaan, over de richting waarin de bezui
nigingen gezocht moeten gaan worden, zonder mij daar uiter
aard op vast te leggen. Ik kom dan ook niet met een motie op
dat punt. Maar wel opvallend is dat wij bij de f 16 miljoen
operatie die wij gehad hebben, gestreefd hebben naar een
invulling van fifty-fifty voor wat betreft het neerleggen van
de taakstelling zowel op interne als op externe zaken, bij de
verdere invulling en de personele consequenties die dat met
zich meebracht. In eerste instantie zou het om 120 full-time
arbeidsplaatsen gaan, dat is terug gebracht naar veel minder
in de latere voorstellen. Uiteindelijk is dat fifty-fifty-
verhaal dus niet boven water gekomen en is het blijven steken
bij ongeveer eenderde-tweederde. Als wij nu kijken waar onze
tegenvallers zitten - dat heeft mevrouw Van Ammers ook al
gezegd - dan zitten die juist in interne oorzaken. Dan ligt
in de rede, ook gezien de vorige operatie die wij gehad
hebben, dat wij met name gaan kijken naar taakstellingen,
herwaarderingen die te maken hebben met onze eigen or
54
ganisatie. Dan zal het onontkoombaar zijn dat er weer ar
beidsplaatsen verloren zullen gaan. Als wij over dit soort
bedragen praten is dat zo. Als dat met zich mee zou brengen
dat daardoor ook taken afgestoten moeten worden, dan is dat
voor mij secondair. Daar zullen wij mijns inziens niet het
accent op moeten leggen. In de eigen organisatie, waarvan ik
weet dat er al behoorlijke spanning is wat betreft de werk
belasting van diverse afdeling, zullen wij denk ik toch het
eerste moeten gaan kijken en nog eens kritisch moeten kijken
wat onze werkelijke wettelijke taken als gemeente zijn.
Mijnheer de voorzitter, ik denk dat de geloofwaardigheid van
de politiek zo langzamerhand echt in het geding is. Mij
bekruipt het gevoel dat wij als raad onvoldoende grip hebben
op de hele ontwikkeling binnen de gemeente. Ik heb ook de
indruk dat wij als raad te vaak voor voldongen feiten worden
geplaatst, terwijl aan de andere kant, ik heb vanavond al
eerder uit de Gemeentewet geciteerd, de Gemeentewet zo duide
lijk is. Er kunnen en er mogen geen uitgaven worden gedaan
als de raad daar geen goedkeuring voor heeft verleend. Toch
komt het keer op keer voor dat budgetten in aanzienlijke mate
overschreden zijn. Ik wil hier kwijt dat een college die dat
zou doen beter naar huis kan gaan. Ik vind dat het college
daar beter bovenop moet zitten. Ook uit de accountants
verklaringen 1992 blijkt dat de budgetbewaking bij de gemeen
te onvoldoende is. Ik sta daarom op het standpunt dat de
bevoegdheden voor concern-financiën ten opzichte van de
diensten wat dat betreft uitgebreid moeten worden. Iets wat
overigens in de LIS-operatie al is opgenomen. Ik denk dat wij
wat dat betreft in de goede richting gaan.
Wel wil ik hier nogeens wijzen op het feit dat wij af moeten
gaan op een aantal automatismen bij het opstellen van de
begroting. Wij hebben wat dat betreft ook nog wat tegoed in
de Commissie Bestuur en Middelen, de één procent extra loon-
compensatie kan er eigenlijk helemaal niet meer in. Het
budget moet uiteindelijk voor de diensten taakstellend zijn
en wij kunnen er niet jaarlijks maar bedragen bovenop blijven
stellen. Overigens heb ik gevraagd om het ambtelijk stuk dat
daarover ligt alsnog in de Commissie Bestuur en Middelen aan
de orde te stellen.
Verder ben ik van mening dat wij ook als raad kritischer
moeten kijken naar dienstbegrotingenDie zijn wel degelijk
in de raad aan de orde, ook daarover is de Gemeentewet duide
lijk. Wij praten hier in de raad niet alleen over concern-
financiën en dergelijke, maar wel degelijk ook over dienstbe
grotingen en die zullen wij hier moeten vaststellen, ook de
begrotingswijzigingen die daarbij horen.
De denkrichting van LIS lijkt goed. Ik zou verder het advies
bij het college neer willen leggen dat er nog altijd een
55