hier nu met z'n allen zit te slapen, want ik denk dat hij dan
niet luistert.) Ik zeg niet dat de raad zit te slapen. (Me
vrouw De Haan: De heer Jacobse heeft wel gezegd dat wij onze
verantwoordelijkheid niet nemen, daar verzet ik mij tegen.)
Ik constateer dat het voorstel van het college is de Perspec
tiefnota vast te stellen waarin staat dat de taakstelling
voor het komende jaar zal zijn netto f 6 miljoen bezuinigen.
(Mevrouw De Haan: De heer Jacobse doet net of daar geen
discussie over geweest is, die discussie telt toch en de
antwoorden die het college geeft tellen toch.) Uiteraard telt
wat het college toezegt, maar ik heb van het college nog geen
toezegging gehoord dat zij een voorstel zal doen voor een
bedrag dat aanzienlijk hoger is dan die f 6 miljoen die in de
Perspectiefnota staat. (De Voorzitter: Mag ik de heer Jacobse
er voor de orde even op wijzen dat er ook nog geen tweede
termijn van de wethouder is geweest en nog geen finale con
cludering door de voorzitter van wat deze vergadering heeft
opgeleverdWij hebben hier de gewoonte dat wij een raadsver
gadering zien als een proces dat kan leiden tot een accen
tuering van bepaalde zinsneden. Die moet u dus afwachten.)
Wij wachten de reactie van de wethouder over dat bedrag af.
Als zij die f 6 miljoen van tafel haalt en zegt dat zij komt
met een aanzienlijk hoger bedrag, dan heb ik daar vrede mee.
(De heer Krol: Als de heer Jacobse de motie verandert in ten
minste f 6 miljoen, dan zijn wij er toch uit? Dan hebben wij
een duidelijke uitspraak.Ik zou de WD-fractie en andere
fracties die gezegd hebben dat zij ook geen dekking willen
uit het Frigem-fonds willen vragen of zij onze motie niet
steunen om reeds nu aanvullend te bezuinigen en dat ook
denken te dekken. Ergens moet dat geld vandaan komen. Wij
mogen niet aanzuiveren uit dat fonds en je wilt niet bezuini
gen, maar het geld zal toch ergens vandaan moeten komen. Als
je niet mag aanzuiveren uit die fondsen en je wilt niet
bezuinigen, moet het geld toch ergens vandaan komen.
Wij hebben kennis genomen van het antwoord van de wethouder
op onze tweede motie en van de opmerkingen van andere par
tijen dat ook zij vinden dat reeds met de begroting 1995
zoveel mogelijk voorstellen moeten komen om het tekort aan
banden te leggen. Wij nemen daar genoegen mee en trekken de
tweede motie in.
Mevrouw Vlietstra: Mijnheer Krol vroeg of de begroting 1995
wel sluitend zal zijn. Uiteraard is die sluitend. Datzelfde
geldt voor het meerjarenbeleidsplan. Wat dat betreft zijn wij
het volstrekt eens dat dat moet en dat het een reëel sluitend
verhaal moet zijn.
70
Mevrouw De Haan, mevrouw Van Ammers, mijnheer Hoogeveen en
mijnheer Brinks hebben mij geen vragen meer gesteld, dus daar
ben ik snel mee klaar.
Mijnheer Greving doet het verzoek om een ruime marge te nemen
om ook keuzemogelijkheden in te bouwen. Wij hebben dat in het
verleden ook altijd gedaan, dus dat lijkt mij verstandig, dan
kun je vervolgens nog wel discussiëren hoe hoog die marge
moet zijn, maar dat lijkt mij een punt om in de werkconferen
tie eens naar te kijken.
Ten slotte mijnheer Jacobse die zegt: het college wil of
durft de financiële realiteit niet onder ogen te zien. Of hij
heeft niet goed geluisterd of ik heb mij niet helder genoeg
uitgedrukt, laat ik het op het laatste houden. Laat ik dan
nogmaals tegen hem zeggen dat wij juist heel hard bezig zijn
om die financiële realiteit wel onder ogen te zien en ook
alles op tafel te krijgen, alleen op dit moment lukt het niet
om daar een keihard bedrag op te plakken. Wij weten dat het
minimaal f 6 miljoen is, wij weten dat het meer zal zijn,
maar wij hebben de exercitie van de komende twee maanden
nodig om in september aan de raad te kunnen vertellen wat het
echte reële bedrag zal moeten zijn. Dan zegt de heer Jacobse
dat hij van het college nog geen toezegging heeft gehad dat
zij met voorstellen komt voor een hoger bedrag. Uit mijn
vorige antwoord mag hij afleiden - tenzij de exercitie die
komende twee maanden oplevert dat er met f 6 miljoen volstaan
kan worden maar ik geloof dat niet - dat wij in september
voor zullen stellen om van andere bedragen uit te gaan. Maar
op dit moment kan ik die niet geven, het lijkt mij dus ook
niet zinvol om daarover te speculeren.
De Voorzitter: Dat betekent gezien de laatste toelichting dat
de woorden "ten minstens" een dikke streep hebben gekregen.
Volgens mij is dat een belangrijke accentuering die in sep
tember wordt geactualiseerd. Ik stel u voor de beraadslagin
gen te sluiten. Ik vraag de heer Jacobse of hij motie 1
desondanks in stand houdt.
De heer Jacobse: Gezien de beantwoording van de wethouder
trek ik motie 1 ook in.
De Voorzitter: Aan de orde is de stemming.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten overeenkomstig het
71