De heer Krol: Voorzitter, de CDA-fractie heeft in de commis sievergadering ingestemd met dit voorstel, hoewel met enige aarzeling. Aarzeling omdat wij onze vraagtekens hadden bij de stimulerende werking die zou moeten uitgaan van deze prijs. Daarvoor zijn ook andere structurelere middelen beschikbaar, wij denken dan aan maatregelen zoals bijvoorbeeld het gedif ferentieerd belonen en dat soort zaken. Er bleek toen in de commissie, kennelijk ligt dat nu iets anders, een vrij brede instemming. Wij wilden die instemming nog wat verbreden, vandaar dat wij ook in zullen stemmen met dit voorstel. De heer Oreving: Mijnheer de voorzitter, ik ben ingenomen met het voorstel van het college, al is het misschien wat prema tuur geweest om prenataal deze prijs alvast uit te reiken. Ik begrijp dat er op de tribune iemand halsreikend zit te ver langen naar de uitslag van de eventuele stemming die er komt. Maar ik ben erg ingenomen met een dergelijk voorstel van het college om eens een schouderklopje uit te delen en dat in principe iedereen daarvoor in aanmerking komt. Ik denk dat dat ook de argumentatie van de partijen die er op tegen zijn, met name D66, wat ontkracht. Het gaat hier niet om ongelijke beloning, het gaat ook niet om het feit zoals gezegd werd dat de één wel beloond wordt en de ander niet beloond wordt, want wij hebben een beloningsstructuur en daar houden wij ons gelukkig aan, maar het gaat hier juist om dat extraatje dat je zo nu en dan best eens wilt uitdelen, omdat er ook wel eens wat erg veel negatieve dingen zijn, zoals mevrouw De Haan ook zegt. Ik ben er blij mee dat het college de moge lijkheid heeft om een voorstel te doen en dat er een onaf hankelijke jury is die tot de vaststelling van de kandidaat komt en dat iedereen ideeën en mensen kan aandragen voor het beschikbaar stellen van de prijs. Ik ben er erg mee in genomen De heer Brok: Ook mijn fractie is voor het uitreiken van deze prijs. Nog even iets over de juryleden. Er wordt iemand van de Bestuursakademie Noord Nederland genoemd. Dat mag van ons wel, maar het blijft natuurlijk staan dat er maar een echte bestuursakademie in Nederland is, dat is de Thorbecke Akade- mie. Gelukkig heb ik mogen constateren dat ook iemand van die opleiding in de jury zit. Voor het voorzitterschap van de commissie heb ik de wethouder de suggestie gedaan dat de nestor van de raad te laten zijn. Maar dat wacht ik verder af. 16 Mevrouw Vlietstra (weth.): Voorzitter, ik zou graag aan willen sluiten bij wat mevrouw De Haan en ook de heer Greving gezegd hebben. Het is inderdaad niet meer en niet minder dan de mogelijkheid om één keer per jaar - ook nog op advies van een onafhankelijke jury - een schouderklopje uit te delen aan een ambtenaar of een groep ambtenaren of misschien zelfs een hele afdeling die zich op een bepaalde manier onderscheiden heeft. Het moet dus absoluut niet verward worden met het beloningsbeleid. Ik heb dat ook in de commissie gezegd. Het gedifferentieerd beloningsbeleid is een zaak van volstrekt andere orde. Daar blijkt ook de gelijke behandeling uit. Iedereen die zich onderscheidt in de ogen van het college of in de ogen van zijn of haar directeur valt in principe onder de werking van het beloningsbeleid. Het gaat hier om een volstrekt andere zaak. Toch even naar de bezwaren van mevrouw Schaafsma. Ik begrijp dat één bezwaar weggenomen is. Dat is mooi meege nomen, maar er blijven toch nog twee over. Dat leidt er toe dat de D66-fractie niet in kan stemmen met het voorstel. Natuurlijk mag en kan je altijd verwachten dat ambtenaren gemotiveerd werken en betrokken zijn, maar dat laat onverlet dat je daar af en toe best eens nadrukkelijk bij stil mag staan. Mevrouw De Haan zegt terecht dat als het niet goed gaat dit altijd breed wordt uitgemeten. Daar zijn wij met z'n allen altijd fantastisch in. Als het wel goed gaat denk ik dat wij ook daar af en toe ruimte voor moeten geven. Dit voorstel is nu juist bedoeld om dat op een bepaalde manier te doen. De heer Greving heeft gelijk dat wij daar al wat op geprelu deerd hebben. Hij had daar een mooie uitdrukking voor. Toen ik de heer Van der Berg vanavond binnen zag komen, riep ik al tegen hem: ben je bang dat je je prijs terug moet geven? Gelukkig is dat niet het geval. Dan hadden wij hem wel even gewaarschuwd, maar in de commissie waren de meeste fracties positief en dat blijkt ook vanavond het geval. Overigens had ik de indruk dat de NLP-fractie in de commissie voor was, ik hoor nu de heer Jacobse zeggen dat hij tegen is. Hij geeft daar verder geen motivering bij, maar misschien dat ik dat nog even van hem kan horen. Mijnheer Brinks sluit zich aan bij de D66-fractie. Daar hoef ik verder niet nadrukkelijk op in te gaan. Mevrouw De Haan stemt in met het collegevoorstel. De heer Krol eveneens. De heer Greving en de heer Brok heb ik in de commissie toege- 17

Historisch Centrum Leeuwarden

Raadsverslagen van de gemeente Leeuwarden, 1865-2007 (Notulen) | 1994 | | pagina 9